direct naar inhoud van 4.3 Archeologie
Plan: Kom Warmond 2009, 2e herziening
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1525.BP2012WAR10008-0401

4.3 Archeologie

4.3.1 Regelgeving en beleid

Rijksbeleid

De Wet op de archeologische monumentenzorg (een wijzigingswet van de Monumentenwet 1988) is het eindresultaat van de implementatie van het Europese Verdrag inzake de bescherming van het archeologisch erfgoed in de Nederlandse Wetgeving. De wet bevat 3 belangrijke uitgangspunten:

  • het streven naar behoud in situ van archeologische waarden;
  • het tijdig betrekken van de archeologische waarden in de ruimtelijke ordening door het opnemen van harde juridische eisen in bestemmingsplannen;
  • de verstoorder betaalt voor het onderzoek en de documentatie van archeologische waarden als behoud in de bodem niet tot de mogelijkheden behoort.

Provinciaal beleid

De provincie heeft de wettelijke taak het archeologisch bodemarchief te beschermen en te beheren. Zij toetst plannen die een effect hebben op het Zuid-Hollandse bodemarchief. Zo velt de provincie een oordeel over de archeologische onderbouwing bij ontgrondingsaanvragen, saneringsplannen, land- en natuur ontwikkelingsplannen, milieueffectrapportages, gebiedsgericht beleid, omgevingsvergunningen en bestemmingsplannen.

In de Structuurvisie van de provincie wordt aangegeven dat de bekende en potentiële archeologische vindplaatsen benoemd zijn in de Cultuurhistorische Hoofdstructuur (CHS). Deze vindplaatsen dienen beschermd te worden. Uitgangspunt van Europees, landelijk en provinciaal beleid is behoud in situ van archeologische waarden; dat wil zeggen dat het archeologisch erfgoed in principe niet verstoord dient te worden.

Archeologisch onderzoek is in ieder geval niet nodig als bij bodemverstoring geen archeologische waarden of verwachtingswaarden dreigen te worden verstoord of als de werkzaamheden ingeval van archeologische verwachtingswaarden niet dieper worden uitgevoerd dan 30 cm onder het maaiveld of het plan een omvang kent van minder dan 100 m²; de CHS vormt hierbij uitgangspunt. In overeenstemming met de (wijziging van de) Monumentenwet 1988 kunnen gemeenten hiervan gemotiveerd afwijken, mits dit wordt onderbouwd met archeologische onderzoeksgegevens met voldoende spreiding over het gebied. Bekende archeologische waarden op grond van de Cultuurhistorische Hoofdstructuur Zuid-Holland dienen altijd beschermd te worden door opname in de gemeentelijke ruimtelijke plannen.

Gemeentelijk beleid

In de nota 'Onder de grond, beleid voor archeologie in Teylingen' is het gemeentelijk archeologiebeleid vastgelegd. Het beleid is gebaseerd op wetgeving en de archeologische verwachtings- en beleidskaart van Teylingen en heeft tot doel om het archeologisch erfgoed te behouden en te beschermen. Voor het nemen van beslissingen is een archeologische verwachtings- en beleidskaart opgesteld. Deze geeft inzicht in de archeologische waarden en verwachtingen in Teylingen. Op basis van deze kaart kunnen initiatiefnemers zo goed mogelijk worden geïnformeerd over eventuele archeologische consequenties van ruimtelijke ingrepen.

Op de archeologische beleidskaart zijn de archeologisch waardevolle gebieden aangegeven. De gebieden zijn onderverdeeld in Archeologisch Waardevolle Verwachtingsgebieden AWV 1 t/m 6 en Archeologische Waardevolle Gebieden AWG 1 t/m 2. Per gebied is een standaard voorschrift aangegeven.

4.3.2 Onderzoek en conclusie

Op de archeologische beleidskaart van de gemeente heeft het plangebied zowel een hoge als een lage archeologische en onbekende verwachtingswaarde (zie afbeelding 4.1).

afbeelding "i_NL.IMRO.1525.BP2012WAR10008-0401_0009.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1525.BP2012WAR10008-0401_0010.png"

Uitsnede archeologische verwachtingenkaart gemeente Teylingen

Vanwege een hoge kans op archeologische sporen en een onbekende verwachting, is voor een gedeelte van het plangebied in de regels de dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 1 opgenomen. Voor de gebieden met een lage archeologische verwachting is een dubbelbestemming Waarde - Archeologie - 3 opgenomen. Binnen bepaalde voorwaarden dient voorafgaand aan de werkzaamheden een verkennend archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd.