direct naar inhoud van Artikel 13 Groen
Plan: Gennep Noord
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0907.BP10010NoordGNP-OH01

Artikel 13 Groen

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen, bermen en beplanting;
  • b. parken en plantsoenen;
  • c. paden, speelvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding;
  • d. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden en het stedenbouwkundig beeld ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - monument';
  • e. nutsvoorzieningen;

Met bijbehorende bouwwerken geen gebouwen zijnde, wegen en verhardingen en met inachtneming van de keur van het waterschap.

13.2 Bouwregels
13.2.1 Gebouwen

Gebouwen mogen niet worden gebouwd;

13.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde maximaal:

  • a. lichtmasten 6 m;
  • b. overige bouwwerken geen gebouwen zijnde 3 m.

13.3 Omgevingsvergunning
13.3.1 Verboden werkzaamheden

Het is ter plaatse van de aanduiding 'houtwal' verboden op de in dit artikel behorende gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de in de volgende tabel vermelde andere-werken uit te voeren of te doen uitvoeren.

Omgevingsvergunningplichtige andere-werken   Criteria voor de verlening van de omgevingsvergunning  
Het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en oppervlakte-verhardingen   De landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast.  
Het graven, verbreden, uitdiepen, dempen en/of verleggen van watergangen   De landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast.  
Het ontginnen, bodemverlagen of afgraven, het ophogen, egaliseren   De landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast.  
Het vellen en rooien van houtgewas
 
De landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast.  
Het aanbrengen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur   De landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast.  
Het aanleggen van picknickplaatsen, speel- en/of ligweiden   De landschappelijke- en natuurwaarden mogen niet onevenredig worden aangetast.  

13.3.2 Uitzondering

Het onder 13.3.1 vervatte verbod geldt niet voor andere-werken:

  • a. waarvoor ten tijde van de inwerkingtreding van het plan omgevingsvergunning is verleend;
  • b. die ten tijde van de inwerkingtreding van het plan in uitvoering waren;
  • c. die het normale beheer en onderhoud betreffen.

13.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de bestemming te wijzigen in 'Verkeer'. Met dien verstande dat aan de volgende voorwaarden voldaan dient te worden:

  • a. het gebruik voor verkeer de waarden van de bestemmingen in de omgeving niet onevenredig aantast;
  • b. aangetoond is dat door de wijziging de waterhuishouding en verkeerskundige en stedenbouwkundige situatie niet onevenredig worden verstoord;