direct naar inhoud van 2.2 Provinciaal en regionaal beleid
Plan: Waalre-Noord (gebied Heistraat Noord en Bosvilla's)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0866.BP00158-0301

2.2 Provinciaal en regionaal beleid

2.2.1 Structuurvisie Noord-Brabant en Verordening ruimte

In de Wro is vastgelegd hoe de bevoegdheden voor ruimtelijke ordening zijn verdeeld tussen de gemeenten, provincies en het rijk. Zo kan de provincie (instructie)regels opstellen waarmee een gemeente rekening moet houden bij het ontwikkelen van ruimtelijke plannen: de planologische verordening. Door deze regels weten gemeenten al in een vroeg stadium waar ze aan toe zijn.

De onderwerpen die in de verordening staan komen uit de provinciale structuurvisie. Daarin staat welke belangen de provincie wil behartigen en hoe ze dat wil doen. De verordening is daarbij een van de manieren om die provinciale belangen veilig te stellen.

De Verordening ruimte Noord-Brabant is opgedeeld in een tweetal fasen. De 1e fase is op 23 april 2010 vastgesteld en op 1 juni 2010 in werking getreden. Deze 1e fase regelt een beperkt aantal onderwerpen. De bepalingen voor deze onderwerpen zijn gebaseerd op het bestaande beleid dat voorheen was opgenomen in de Interimstructuurvisie en de Paraplunota. In de 2efase volgen onderwerpen waar nu nieuw beleid voor wordt ontwikkeld. Dit zijn onderwerpen waarvan uitwerking wordt gekoppeld aan totstandkoming van de structuurvisie. Deze 2e fase van de Verordening ruimte is eind 2010 vastgesteld, tegelijkertijd met de nieuwe provinciale structuurvisie en op 1 maart 2011 in werking getreden. De invoering van de Verordening ruimte leidt er toe dat de Paraplunota ruimtelijke ordening geen functie meer heeft en is ingetrokken.

In de verordening komen de volgende onderwerpen aan bod die voor het plangebied relevant zijn:

  • stedelijke ontwikkeling: wonen en (middel-)zware bedrijventerreinen;
  • ecologische hoofdstructuur (EHS);
  • waterbergingsgebieden.

Stedelijke ontwikkeling

Uit onderstaand kaartbeeld blijkt dat aansluitend op de kern Waalre een 'zoekgebied verstedelijking; stedelijk concentratiegebied' is aangegeven. Het plangebied valt binnen dit zoekgebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00158-0301_0001.jpg"

Figuur 1a: uitsnede Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 kaart stedelijke ontwikkeling

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00158-0301_0002.jpg"

In artikel 3.3 lid 1 en 2 van de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 is opgenomen dat een bestemmingsplan, gelegen in een zoekgebied voor stedelijke ontwikkeling, kan voorzien in een stedelijke ontwikkeling mits de toelichting daaromtrent een verantwoording bevat. Uit deze verantwoording moet blijken dat er financiële, juridische of feitelijke mogelijkheden ontbreken om de beoogde vorm van stedelijke ontwikkeling binnen bestaand stedelijk gebied van een van de kernen van de gemeente te situeren, in het bijzonder door middel van inbreiden, herstructureren, intensiveren, meervoudig ruimtegebruik of enige andere vorm van zorgvuldig ruimtegebruik (= ruimtelijke kwaliteit in artikel 2.1).

In artikel 3.3 lid 4 is daarnaast opgenomen dat een bestemmingsplan:

  • a. ertoe strekt dat de stedelijke ontwikkeling aansluit bij bestaand stedelijk gebied of plaatsvindt in een nieuw cluster van stedelijke bebouwing;
  • b. bij de stedenbouwkundige en landschappelijke inrichting van de stedelijke ontwikkeling rekening houdt met de aanwezige ruimtelijke kwaliteiten en structuren in het gebied zelf en in de naaste omgeving, waaronder mede begrepen de ontwikkeling van een groene geleding ten behoeve van ecologische en landschappelijke verbindingen (zie hieronder bij 'Bevordering van ruimtelijke kwaliteit').

Aangezien er op dit moment geen inbreidingslocaties, herstructureringslocaties en/ of intensiveringslocaties beschikbaar meer zijn binnen het bestaand bebouwd gebied van de kern Waalre, komt het zoekgebied voor verstedelijking in aanmerking voor het invullen van de verstedelijkingsbehoefte voor Waalre. De ontwikkeling van het plan maakt onderdeel uit van de totaalontwikkeling van Waalre-Noord, fase 1, die na een langdurig en zorgvuldig proces tot stand is gekomen. Op de huidige agrarische gronden vindt een woningbouwontwikkeling plaats waarbij ook wordt geïnvesteerd in natuur en landschap. Er is nadrukkelijk sprake van een totaalontwikkeling van het gebied met woningbouw en natuurontwikkeling, (zie ook 2.3.6 Gebiedsvisie Waalre - Noord). Bovendien vindt de ontwikkeling plaats aansluitend aan het bestaand stedelijk gebied. De gebiedsvisie is in samenwerking met de provincie opgesteld.

Bevordering van ruimtelijke kwaliteit

Daarnaast moet conform artikel 2.2 lid 1 bij plangebieden buiten 'bestaand stedelijk gebied' worden verzekerd dat de realisering van de beoogde ruimtelijke ontwikkeling gepaard gaat met een aantoonbare en uitvoerbare fysieke verbetering van de aanwezige of potentiële kwaliteiten van bodem, water, natuur, landschap of cultuurhistorie of van de extensieve recreatieve mogelijkheden van het gebied waarop de ontwikkeling haar werking heeft of van het gebied waarvan de gemeente de voorgenomen ontwikkeling in de hoofdlijnen heeft beschreven.

De totale ontwikkeling van Waalre Noord wordt conform de Gebiedsvisie Waalre-Noord landschappelijk ingepast door middel van een 'Groene Mantel' aan de noordzijde van dit gebied. De Groene Mantel valt samen met de Groenblauwe mantel conform het provinciaal beleid. Het gaat hierbij om een integrale versterking van de gebiedskwaliteit, waarbij natuur en landschap belangrijke identiteitsdragers vormen. Tevens vindt in dit gebied een deel van de benodigde compensatie van de EHS plaats (zie hieronder en 5.3 Flora en fauna) in de vorm van bebossing wat zorgt voor een groene buffer die dienst doet als visueel scherm en luchtfilter richting de A2.

Ook de verschillende deelgebieden in Waalre Noord worden landschappelijk ingebed, waardoor natuur en landschap geïntegreerd wordt met de woonomgeving. De groenstructuur in het plangebied van onderhavig bestemmingsplan bestaat uit boombeplanting die het lint (Heistraat) en de waterroute begeleid. In de waterbuurt (noordzijde) krijgt de brede boulevard een groene inrichting. Het betreft een extensief verblijfsgebied, primair voor voetgangers en fietsers (extensieve recreatie). De bosbuurt (zuidzijde) kenmerkt zich door een brede groene omzoming die de woningen inpakt. Ter plaatse wordt boom- en struikbeplanting aangebracht al of niet in combinatie met wadi's. Als opvallend element is een groenvoorziening beoogd in aansluiting op de omzoming van de bosvilla's.

Om deze landschappelijke verbetering ook financieel te borgen wordt een gemeentelijk groenfonds opgericht. Hierin zal de gemeente een bedrag gelijk aan 1% van de (gemiddelde) gronduitgifteprijs van de gronden met de bestemming "Wonen" storten, waarmee de realisatie kan worden bekostigd.

Ecologische hoofdstructuur

Daarnaast is aan de noordzijde een deel van het plangebied in de EHS gelegen. Op onderstaande uitsnede van de kaart 'Natuur en landschap' is te zien dat een deel van het plangebied, aan de oever van de Meeris en een bosje tussen de Heistraat en Meeris, onderdeel uitmaakt van de EHS. Aangezien een deel van de EHS verwijderd wordt en elders gecompenseerd, moet de begrenzing van de EHS worden gewijzigd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00158-0301_0003.jpg"

Figuur 1b: uitsnede Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 kaart Natuur en Landschap

Voor de EHS geldt dat de compensatie van de oeverstrook reeds is vastgelegd in het bestemmingsplan “Waalre-Noord, fase 1a”. Het andere bosje zal worden gecompenseerd in het kader van dit bestemmingsplan, conform het 'Natuurcompensatieplan Waalre-Noord, fase 1' dat is opgesteld voor de gehele 1e fase van de ontwikkeling Waalre-Noord. Zoals gezegd vindt compensatie plaats in de zogenaamde Groenblauwe mantel, waardoor dit bestemmingsplan ook een bijdrage levert aan de realisatie van deze landschappelijke zone. Op de verbeelding en in de regels zijn de specifieke plaats waar deze compensatie zal plaatsvinden en de wijze waarop vastgelegd.

Aanvullend zal door middel van gebiedsaanduidingen op de verbeelding worden aangegeven waar EHS wordt verwijderd (door de aanduiding “overig - verwijderde EHS”) en waar natuurcompensatie zal plaatsvinden (door de aanduiding “overig - toegevoegde EHS”). Om dit mogelijk te maken dient de gemeente conform artikel 4.6 onder toepassing van 4.7 van de Verordening ruimte een verzoek in tot aanpassing van de begrenzing van de EHS conform het "Nee-tenzij principe".

Er is nadrukkelijk sprake van een totaalontwikkeling van het gebied met woningbouw en natuurontwikkeling conform de Gebiedsvisie Waalre Noord (zie 2.3.6 Gebiedsvisie Waalre - Noord).

2.2.2 Provinciale milieuverordening Noord-Brabant

In de Provinciale milieuverordening Noord-Brabant (PMV) zijn milieuregels opgenomen die het drinkwater moeten beschermen. Het grondwater rond de Brabantse drinkwaterwinningen wordt beschermd met speciale zones. In Noord-Brabant zijn veertig gebieden waar grondwater wordt opgepompt om drinkwater van te maken. Met beschermende maatregelen ziet de provincie erop toe dat het grondwater in deze gebieden niet vervuild raakt. In verschillende beschermingszones is het dan ook verboden om bodembedreigende activiteiten uit te voeren. In bepaalde gevallen en met de juiste voorzorgsmaatregelen kan er toestemming worden verkregen. Bijvoorbeeld voor het uitvoeren van herstelwerkzaamheden aan de riolering. Voor de meeste activiteiten moet u vooraf een melding doen waarin u aangeeft welke voorzorgsmaatregelen u treft. De provincie beoordeelt of de maatregelen voldoende zijn.

Zonering
Er zijn verschillende beschermingszones waarvoor eigen regels gelden:

  • het waterwingebied direct rond de pompputten;
  • het grondwaterbeschermingsgebied;
  • de boringvrije zone.

Grondwaterbeschermingsgebieden en boringvrije zones liggen als een schil rond de waterwingebieden. De grens van deze gebieden is de lijn, van waaraf het grondwater een periode van 25 jaar nodig heeft om de pompputten te bereiken (de 25-jaars zone). In enkele zeer kwetsbare gebieden is tevens de 100-jaars zone aangewezen, vanwege de bijzondere kwetsbaarheid van de winning. Bij de vaststelling van de zonegrens van een boringvrije zone is uitgegaan van de (horizontale) reistijd van het grondwater door het watervoerende pakket waaruit wordt gewonnen.

Het verschil tussen de grondwaterbeschermingsgebieden en de boringvrije zones is dat zich in een boringvrije zone tussen het maaiveld en het watervoerende pakket waaraan het grondwater wordt onttrokken een aaneengesloten slecht doordringbare kleilaag bevindt. In de grondwaterbeschermingsgebieden ontbreekt zo’n laag, of deze is niet aaneengesloten of dun. Grondwaterbeschermingsgebieden zijn daarmee kwetsbaarder voor verontreinigingen en aantastingen dan boringvrije zones.

Bij de vaststelling van de PMV Noord-Brabant 2010 zijn de begrenzingen van de 25- en 100-jaarszones en die van de boringvrije zones ongewijzigd gebleven, met uitzondering van de begrenzing van de winning Macharen.

Het onderdeel ‘Grondwaterbescherming’ van de PMV regelt de bescherming van de openbare drinkwaterwinning. In grondwaterbeschermingsgebieden zijn bepaalde typen bedrijven verboden; andere hebben extra vergunningvoorschriften. Ook gelden regels voor activiteiten buiten bedrijven. Het plangebied bevindt zich alleen in de boringvrije zone, zoals op de figuur is te zien.

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00158-0301_0004.png"

Figuur 2: themakaart water van verordening ruimte

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00158-0301_0005.png"

In de Verordening ruimte van de provincie is alleen de volgende zinsnede opgenomen met betrekking tot de boringvrije zone. Een bestemmingsplan dat is gelegen in een boringvrije zone strekt mede tot het behoud van de beschermende kleilaag in de bodem. Daarmee valt men voor de verdere werking terug op de PMV.