direct naar inhoud van Artikel 18 Recreatie - Volkstuinen
Plan: Buitengebied 2011
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0865.vghBPbuitengebied-OH01

Artikel 18 Recreatie - Volkstuinen

18.1 Bestemmingsomschrijving

De op de verbeelding voor Recreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. volkstuinen;
  • b. in stand houden en bewaren van de samenhang van het Nationaal Landschap Het Groene Woud
  • c. behoud, herstel en/of duurzame ontwikkeling van de ecologische hoofdstructuur, voor zover die gronden daarbinnen zijn gelegen;

ter plaatse van de gebiedsaanduiding:

  • d. 'middelhoge en hoge archeologische verwachtingswaarde', tevens voor de bescherming en instandhouding van de middelhoge en hoge archeologische verwachtingswaarde. De regeling opgenomen in artikel 46.1.1 dient in acht te worden genomen;
  • e. 'cultuurhistorisch waardevol gebied', tevens voor de bescherming en instandhouding van het cultuurhistorisch waardevolle gebied. De regeling opgenomen in artikel 46.1.1 dient in acht te worden genomen;
  • f. 'landgoederen', een landgoed alsmede de instandhouding en behoud van de samenhang ervan;
  • g. 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied', een extensiveringsgebied. De regeling opgenomen in artikel 46.2 dient in acht te worden genomen;

met de daarbijbehorende voorzieningen:

  • h. tuinen en erven;
  • i. wegen, voet- en rijwielpaden;
  • j. parkeervoorzieningen;
  • k. groenvoorzieningen;
  • l. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.

18.2 Bouwregels
18.2.1 Algemeen
  • a. Parkeervoorzieningen dienen in voldoende mate aanwezig te zijn en dienen binnen het bouwvlak te worden gerealiseerd.

18.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. per tuinkavel is maximaal één kas en één berging toegestaan;
  • b. de oppervlakte van een kas bedraagt maximaal 10 m²;
  • c. de bouwhoogte van een kas bedraagt maximaal 2,25 meter;
  • d. de oppervlakte van een berging bedraagt maximaal 3 m²;
  • e. de bouwhoogte van een berging bedraagt maximaal 2,25 meter.

18.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 5 meter, met uitzondering van het bepaalde in sub b;
  • b. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt maximaal 2 meter;
  • c. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 3 meter met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen, welke op de zijdelingse perceelsgrens gebouwd mogen worden.

18.2.4 'Specifieke bouwaanduiding - bestaande bebouwing toegestaan'

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bestaande bebouwing toegestaan' gelden de volgende regels:

  • a. in afwijking van het bepaalde in 18.2.2 geldt dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bestaande bebouwing toegestaan' uitsluitend de bestaande bebouwing is toegestaan.

18.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. geluidszoneringsplichtige inrichtingen;
  • b. seksinrichtingen;
  • c. opslag van goederen en materialen binnen en buiten het bouwvlak;
  • d. wonen;
  • e. wonen in bijbehorende bouwwerken;
  • f. het bewonen van de bedrijfswoning als burgerwoning.