Plan: | Spechtenlaan fase II, Odiliapeel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0856.T09210094A-0401 |
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels.
tabel 1: bouwregels voor hoofdgebouwen
maatvoeringseisen | vrijstaande woning | halfvrijstaande woning | geschakelde woning | aaneengesloten woning |
maximale bouwdiepte | 15 m | 12 m | 12 m | 10 m |
maximale breedte | 15 m | 12 m | 12 m | 10 m |
minimale breedte bouwperceel bij nieuwbouw |
12 m | 9 m | 9 m | 6 m |
situeringseisen | ||||
Voorgevel in of op een maximale afstand tot gevellijn | 2 m | 2 m | 2 m | 2 m |
minimale afstand tot zijdelingse perceelsgrens | 3 m aan beide zijden | 3 maan één zijde | 3 maan één zijde | - |
minimale afstand tot achterste perceelsgrens | 8 m | 8 m | 8 m | 8 m |
tabel 2: bouwregels voor bijgebouwen
maatvoeringseisen | eis |
maximale oppervlakte aan bijgebouwen per woning: | |
bouwpercelen tot en met 500 m2 | 50 m2 , mits het deel van het bouwperceel achter de maximaal toegelaten bouwdiepte van hoofdgebouwen voor niet meer dan 50% is dan wel wordt bebouwd. |
bouwpercelen van meer dan 500 m² | 50 m2 vermeerderd met 10% van het oppervlakte van het bouwperceel boven de 500 m2 tot een maximum van 100 m2, mits het deel van het bouwperceel achter de maximaal toegelaten bouwdiepte van hoofdgebouwen voor niet meer dan 50% is dan wel wordt bebouwd. |
maximale goothoogte | 3 m |
maximale bouwhoogte | 5 m |
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde (met uitzondering van overkappingen), gelden de situerings- en maatvoeringseisen zoals aangegeven in tabel 3.
tabel 3: bouwregels voor bouwwerken, geen gebouw zijnde, niet zijnde overkappingen
maximale bouwhoogte | maximale bouwhoogte | maximale bouwhoogte | maximale bouwhoogte | |
situering | erfafscheidingen | tuinmeubilair en speeltoestellen | vlaggenmasten en antennes | overige bouwwerken |
tussenperceel | ||||
voor de voorgevelrooilijn | 1 m | 1 m | 6 m | 1 m |
achter de voorgevelrooilijn | 2 m | 3 m | 6 m | 3 m |
hoekperceel | ||||
voor de voorgevelrooilijn | 1 m | 1 m | 6 m | 1 m |
aan de zijde van het zijerf dat direct grenst aan de openbare weg of openbaar groen | ||||
< 1 m achter de voorgevelrooilijn | 1 m | 3 m | 6 m | 1 m |
< 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | 3 m | 6 m | 3 m |
Voor het bouwen van overkappingen gelden de situerings- en maatvoeringseisen zoals aangegeven in tabel 4.
De oppervlakte aan overkappingen wordt niet meegerekend bij de totale oppervlakte van bijgebouwen op een bouwperceel.
tabel 4: bouwregels voor overkappingen
situerings- en maatvoeringseisen | eis |
overkappingen mogen alleen worden gebouwd binnen het bouwvlak | |
minimale afstand tussen de voorgevelrooilijn en voorzijde overkapping | 1 m |
maximale goothoogte | 3 m |
maximale bouwhoogte | 5 m |
maximale totale oppervlakte | 25 m² |
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen overeenkomstig het bepaalde in artikel 14 ten aanzien van:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 7.2.1onder c. en worden toegestaan dat meer woningen worden gebouwd, mits:
Het gebruik van gedeelten van een woning voor de uitoefening van beroepsmatige activiteiten is toegestaan, met dien verstande dat:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend:
Het bepaalde onder a. tot en met e. is niet van toepassing voor zover het betreft:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 7.5.2onder a. voor het toestaan van een gebruik van een vrijstaand bijgebouw als afhankelijke woonruimte, met dien verstande dat:
De omgevingsvergunning wordt ingetrokken als de bij het verlenen van de vergunning bestaande noodzaak vanuit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.