Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Buitengebied Someren
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0847.BP02011002-VS02

Artikel 20 Water

  
Toelichting
De bestemming ‘Water’ is toegekend aan bestaande waterlopen en waterpartijen van enige omvang waardoor een afzonderlijke bestemming gerechtvaardigd is. Waterlopen en waterpartijen zijn niet alleen waterhuishoudkundig van belang maar hebben ook betekenis voor natuurontwikkeling en/of recreatie. Ook de Zuid Willemsvaart heeft de bestemming Water gekregen zij het met de specifieke aanduiding vaarweg’.
In het glastuinbouwgebied Vlasakkers zijn bepaalde gronden aangewezen als gietwatervoorziening en/of piekberging en als piekberging en/ of infiltratievoorziening
 
20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. Waterhuishoudkundige doeleinden, waaronder onderhoud en beheer, in de vorm van met name aan- en afvoer van water voor zowel landbouw als natuur.
  2. Natuurontwikkeling.
  3. Behoud, herstel en/of ontwikkeling van landschappelijke waarden in de vorm van waardevolle oeverbeplanting en/ of landschapselementennatuurontwikkeling.
  4. Instandhouding en ontwikkeling van een ecologische verbindingszone
  5. Ter plaatse van de aanduiding ‘vaarweg’: water en waterhuishoudkundige voorzieningen voor de scheepvaart ( bestaande vaarroute) met daarbij behorende voorzieningen zoals stuwen, sluizen, bruggen, bewegwijzering en bebording, dijken, oevers en onderhoudswegen en behoud en/of herstel van landschappelijke waarden in de vorm van aanwezige waardevolle laan- of bermbeplanting.
  6. Gietwatervoorziening en/of hemelwaterpiekberging ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van water- gietwatervoorziening en/ of piekberging".
  7. Hemelwaterpiekberging en/ of infiltratievoorziening ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van water- piekberging en/of infiltratievoorziening".
  8. Groenvoorzieningen ten behoeve van landschappelijke inpassing van nabij gelegen kassen en bedrijfsgebouwen van glastuinbouwbedrijven ten opzichte van het omringende landschap.
  9. Extensief recreatief medegebruik.

20.2 Bouwregels


20.2.1 Algemeen
Behoudens het bepaalde onder 20.2.2. mogen op of in de in 20.1 bedoelde gronden uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd ten dienste van de bestemming, mits de hoogte niet meer bedraagt dan 3 meter. Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘gietwatervoorziening en/of piekberging" mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van dergelijke watervoorzieningen worden gebouwd tot een maximale hoogte van 4m¹.
 
20.2.2 Vaarweg

Op of in de in 20.1 bedoelde gronden met de nadere aanduiding ‘vaarweg’ mag als volgt worden gebouwd:
  1. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals sluizen, bruggen, afmeerpalen, borden e.d. tot een maximale hoogte van 12 m.
  2. Gebouwen, zoals wachthuisjes mits de oppervlakte per gebouw niet groter is dan 35m2 en de hoogte niet meer bedraagt dan 4,5m. De gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen mag niet meer zijn dan 200m².
20.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het aanleggen van verhardingen en/of watervijvers ter plaatse van de aanduiding ‘gietwatervoorziening en/of piekberging, tenzij het bestaande gebruik ter plaatse al verhardingen en/of watervijvers omvat.