De bestemming Bos is toegekend aan die delen van het buitengebied die bebost zijn. Hierbij is aansluiting gezocht bij het geldende bestemmingsplan buitengebied maar in afwijking daarvan zijn twee al jaren bestaande specifieke functies opgenomen. 1.Motorcrostterrein Lierop. Dit terrein dat al tientallen jaren bestaat, is in de vorm van een aanduiding op de verbeelding aangegeven. Het terrein mag niet worden uitgebreid en het gebruik mag niet worden geïntensiveerd. Het terrein mag tot maximaal acht uur per week worden gebruikt, hierdoor kan het niet uitgroeien tot een ‘grote lawaaimaker’ in de zin van artikel 40 van de Wet geluidhinder, waarvoor deze wet specifieke regels bevat. 2.Lux et terra Lierop Op deze locatie staat het atelier van de beeldend kunstenaar Luciën van der Eerden. Op het terrein staan beelden en andere kunstwerken en er worden onder meer tentoonstellingen, cursussen en theaterproducties gegeven. Ook dit terrein wordt in de vorm van een aanduiding op de verbeelding aangegeven. |
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Bos’ aangewezen gronden zijn bestemd voorbosbouwkundige doeleinden ten behoeve van het behoud van duurzaam bos ter plaatse en behoud van de groeiplaats.
Voor de gronden met de functie- aanduiding ‘specifieke vorm van bos- multifunctioneel bos’(sbo-mfb) gelden daarnaast de volgende doeleinden:
- Behoud, herstel en/of ontwikkeling van natuurwaarden in het algemeen en van de op de verbeelding aangeduide specifieke natuurwaarden in het bijzonder.
- Behoud, herstel en/ of ontwikkeling van abiotische en landschapswaarden.
- Waterhuishoudkundige doeleinden ten behoeve van de onder 1 en 2 genoemde doeleinden in het algemeen en in het bijzonder ter plaatse van de aanduiding ‘hydrologisch waardevol’.
- Waterwinning ter plaatse van de desbetreffende aanduiding.
- Extensief recreatief medegebruik.
- Ter plaatse van de aanduiding’ motorcrossterrein’ is een motorcrossterrein toegestaan.
- Ter plaatse van de aanduiding ‘ kampeerterrein’is een verenigingskampeerterrein toegestaan.
- Ter plaatse van ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van bos- beeldentuin en atelier’ (sbo-btat) is een beeldentuin met atelier toegestaan.
Op de tot Bos bestemde gronden mag niet worden gebouwd behalve in beperkte mate op de gronden met de aanduidingen ‘verenigingskampeerterrein’ en ‘beeldentuin en atelier’’. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden.
- Gebouwen mogen een goothoogte hebben van maximaal 3m¹ en een bouwhoogte van maximaal 4,5m¹.
- De gezamenlijke oppervlakte van gebouwen binnen de aanduiding ‘verenigingskampeerterrein’ mag maximaal 40m² zijn.
- Binnen de aanduiding ‘beeldentuin en atelier’ is een atelier toegestaan met een oppervlakte van maximaal 150m².
- De hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde mag maximaal 3m¹ zijn.
11.3 Afwijken van bouwregels
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het toestaan van wildrasters, terreinafscheidingen en andere daarmee vergelijkbare kleine bouwwerken, geen gebouw zijnde. De maximale hoogte is 3m¹.
11.4 Specifieke gebruiksregels
Onder met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
- Het gebruik van de voor motorcrossterrein aangeduide gronden voor een inrichting die in belangrijke mate geluidhinder kan veroorzaken, zoals bedoeld in artikel 40 van de Wet geluidhinder.
- Het openstellen en gebruiken van het van het terrein voor motorcrossactiviteiten gedurende meer dan acht uur per week. Hierbij blijven buiten beschouwing de openingstijden gedurende ten hoogste drie weekeinden per kalenderjaar met het oog op het voorbereiden en houden van motorcrosswedstrijden. Tot het weekeinde worden gerekend zaterdagen, zondagen en algemeen erkende feestdagen of daarmee gelijk gestelde dagen als bedoeld in artikel 3 van de Algemene Termijnenwet, die op een vrijdag of een maandag vallen.
11.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
- het verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de bodem;
- het diepploegen, diepwoelen of het uitvoeren van andere ingrepen in de bodem, allen dieper dan 0,50m¹, waaronder ook begrepen de aanleg van leidingen;
- het graven, dempen dan wel verdiepen, vergroten of anderszins herprofileren van waterlopen, sloten en greppels;
- het verwijderen van landschapselementen;
- het verwijderen van onverharde wegen of paden;
- het beplanten van gronden met opgaand houtgewas ten behoeve van tuinbouw of agrarische houtteelt ( alleen voor zo ver aangeduid met cultuurhistorisch/ archeologisch waardevol;
- het aanleggen en of verharden van wegen of paden dan wel het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen:
- voor zo ver groter dan 1250m² als het veepaden op huiskavels betreft of eigen bedrijfswegen direct aansluitend op een bestemmingsvlak Agrarisch- agrarisch bedrijf;
- voor zo ver groter dan 200m² als het overige verhardingen betreft.
Een omgevingsvergunning als hiervoor aangegeven is niet vereist voor:
1.werken of werkzaamheden die vallen onder het normale onderhoud en beheer van de gronden overeenkomstig de bestemming dan wel van ondergeschikte betekenis zijn.
2.werken of werkzaamheden die reeds in uitvoering zijn dan wel op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan nog mogen worden uitgevoerd op basis van een eerder verleende vergunning.
De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de waarden zie in de bestemmingsomschrijving zijn genoemd.