direct naar inhoud van 4.6 Recreatie
Plan: Oisterwijk Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0824.BPbuitengebied2010-0002

4.6 Recreatie

Huidige situatie

Voor de beschrijving van het huidige toeristisch-recreatieve aanbod is gebruik gemaakt van het "Beleidsplan Toerisme en Recreatie Oisterwijk 2005-2010" (gemeente Oisterwijk, 4 maart 2005).

De volgende elementen zijn van groot belang voor de aantrekkingskracht van de gemeente Oisterwijk en haar buitengebied.

Oisterwijkse bossen en vennen en de Kampina

Vanuit Brabant en overig Nederland komen verblijfstoeristen en (dag)recreanten naar Oisterwijk. Voor een vakantie of om te fietsen, te wandelen en te genieten van de natuur en de rust. Het bos- en vennengebied ten zuiden van Oisterwijk beschikt over een uitgebreid fiets- en wandelpadennet. Ook zijn er de nodige ruiterpaden. Volgens een systeem van knooppunten zijn er routenetwerken voor wandelaars, fietsers en ruiters. Het gebied is met de auto goed bereikbaar waardoor mede de behoefte is ontstaan om de druk op het gebied te verminderen.

Bezoekerscentrum Natuurmonumenten

Per jaar bezoeken ca. 100.000 mensen het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten aan de Groot Speijcklaan. Dit bezoekerscentrum is daarmee een belangrijke trekker voor toerisme en recreatie in Oisterwijk. Het hoge bezoekersaantal heeft ook een keerzijde: grote druk op het aangrenzende natuurgebied. Natuurmonumenten heeft het voormalige restaurant Groot Speijck aan de van Tienhovenlaan verworven en zal het bezoekerscentrum naar deze nieuwe locatie verplaatsen.

Cultuur

Cultuur wordt gezien als een onmisbaar onderdeel van het maatschappelijke leven binnen de gemeente Oisterwijk. Door culturele voorzieningen zoals het natuurtheater aan de Gemullehoekenweg wordt de samenhang tussen natuur en cultuur(historie) zichtbaar.

Culinair toerisme

Oisterwijk beschikt over een groot aanbod aan horecabedrijven en hotels. Deze bedrijven, die zowel voor de eigen inwoners als voor toeristen en recreanten aantrekkelijk zijn, bevinden zich in de kernen en in het buitengebied. Een aantal daarvan is van hoogwaardige kwaliteit.

Vermaaks- en sportvoorzieningen

Oisterwijk heeft geen grote, landelijke toeristisch-recreatieve trekker. Wel zijn er tal van recreatieve voorzieningen zoals het Strand en Recreatiebad Staalbergven, uitspanning Piet Plezier en Kanoboerderij De Reusel, die samen jaarlijks vele bezoekers trekken.

Verblijfsaccommodaties

De gemeente beschikt, voor een kort of langer verblijf, over een breed pakket aan hotels (inclusief vergaderfaciliteiten), pensions en campingbedrijven. De accommodaties bevinden zich vooral aan de Oirschotsebaan en de Scheibaan. Het agrotoerisme is in Oisterwijk met 26.000 overnachtingen "bij de boer" relatief omvangrijk.

Toekomstige ontwikkelingen

Het beleidsplan geeft een beknopte schets van algemene toeristisch-recreatieve trends en kenmerkende marktbewegingen die hierdoor ontstaan.

De consument geeft steeds meer geld uit aan vrijetijdsbesteding; het belang van belevingswaarde is sterk toegenomen en wie niet investeert, raakt marktaandeel kwijt. De directe omgeving is voor consumenten het belangrijkste recreatieve gebied, mits de omgeving daarop is ingericht en er toereikende voorzieningen zijn. Voor de toekomst is te verwachten dat samenwerkingsverbanden tussen verschillende aanbieders van toeristisch-recreatieve producten (natuur, cultuur, horeca en dergelijke) steeds belangrijker worden. De vraag naar recreatiewoningen zal stijgen (als gevolg van toenemende vergrijzing, stijging van de welvaart en krapte op de woningmarkt). Het toeristisch kamperen neemt toe in populariteit.

Verwacht mag worden dat een de volgende beleidslijnen eveneens tot ontwikkelingen leiden in de toekomst.

Het Groene Woud

Bij de ontwikkeling van het natuurpark Groene Woud wordt ook gestreefd naar versterking van het toeristisch-recreatieve kernproduct van de regio en worden dwarsverbindingen gelegd met bijvoorbeeld de cultuurhistorie in het gebied. Dit kan een belangrijke impuls geven aan de kwaliteiten en aan het imago van onder andere Oisterwijk als toeristisch- recreatieve bestemming.

Reconstructie

In de reconstructieplannen is aandacht voor de kwaliteit en kwaliteitsverbetering van het toeristisch-recreatieve product. De haalbaarheid van kwaliteitsverbetering wordt mede bepaald door de ontwikkelingsruimte die recreatiebedrijven wordt geboden. Verder wordt gesproken over het ontwikkelen van nieuwe producten, zoals bijzondere vormen van verblijven (cultuurhistorisch), wellnessvoorzieningen (beautyfarm), kleinschalige golfbanen, een dagrecreatieve trekker in Reusel-Noord / Oisterwijk-Zuid, kleinschalige waterrecreatie, groepsaccommodaties en paardenhouderij. Bij de verdere ontwikkeling van agrotoerisme wordt gesproken over bijzondere vormen van logies, verkoop van streekeigen producten, versterking van de cultuur, ontwikkelingsmogelijkheden met het oog op herstel en behoud van (historische) boerderijen en schuren. Tot slot is in Oisterwijk een gebied aangewezen waar een (te verplaatsen) camping kan worden gevestigd.

Reconstructie, het Groene Woud en StructuurvisiePlus

De recreatieve druk op het natuurgebied heeft ertoe geleid dat de noodzaak is gegroeid om de stroom van recreanten te beheersen. In de reconstructieplannen en het plan voor het Groene Woud wordt voorgesteld om het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten nadrukkelijker als recreatieve of groene poort in te richten of zonodig te verplaatsen naar een locatie waar het een volwaardige functie als recreatieve poort kan vervullen. Een recreatieve poort vormt de ingang van een bos- of natuurgebied waar de bezoeker de auto kan parkeren en vervolgens te voet, per fiets of te paard het gebied kan gaan verkennen. Bij een recreatieve poort zijn dan ook startplaatsen van verschillende typen routes. Bij een recreatieve poort zijn bij voorkeur een horecavoorziening en ruime parkeermogelijkheden aanwezig en is er informatie over het gebied te zien en te verkrijgen. Andere voorzieningen die er een plaats zouden kunnen krijgen zijn bijvoorbeeld fietsverhuur, een speelbos en een stuk struinnatuur.

Kanoboerderij De Reusel is in de reconstructieplannen ook opgenomen als recreatieve poort maar zal, gelet op de ligging op afstand van het bos- en vennengebied, een andere invulling krijgen dan andere recreatieve poorten.

Naast de recreatieve poorten zijn er ook de zogenoemde recreatieve entrees zoals deze in de StructuurvisiePlus worden voorgesteld. Ook hier is sprake van een recreatief overstappunt (de auto laten staan) en de entrees zijn met name bedoeld om de autodruk aan de noordzijde van de Oisterwijkse bossen en vennen te verlichten. Vooralsnog zijn de volgende locaties hiervoor in beeld: 't Stokske, camping De Boskant en het gebied Voorste Stroom / sportpark Den Donk.

Wet op de Openluchtrecreatie

Op 1 januari 2008 is de Wet op de Openluchtrecreatie (WOR) vervallen. Andere instrumenten, waaronder het bestemmingsplan hebben de rol van de WOR, voor zover gewenst, overgenomen. In het bestemmingsplan kunnen de ruimtelijk relevante aspecten, verbonden aan verblijfsrecreatie nader worden geregeld. Hierbij kan gedacht worden aan het opnemen van een toegesneden recreatieve bestemming, het stellen van een maximum aan het aantal te exploiteren permanente en niet-permanente standplaatsen, waarborgen van landschappelijke inpassing en voorwaarden met betrekking tot de gebouwde voorzieningen (omvang en locatie).

Sectorale bouwstenen voor het beleid

Met behulp van het beleidsplan recreatie worden de volgende, voor het ruimtelijke beleid relevante bouwstenen geformuleerd:

  • verdere stimulering van recreatie en toerisme met een focus op kwaliteit, variatie en duurzaamheid;
  • het verminderen van het autoverkeer in het bos- en vennengebied door de ontwikkeling en aanleg van groene poorten en recreatieve entrees;
  • het toeristisch ontsluiten van cultuur en cultuurhistorie en het versterken van de relatie natuur en cultuur; inzetten op de realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS);
  • het ontwikkelen van agrotoerisme waarbij een hoger ambitieniveau van de voorzieningen wordt nagestreefd; het benutten van de (geringe) marktruimte voor agrarische dagrecreatieve activiteiten, verblijfsrecreatieve accommodaties en kleinschalige logiesvormen (daarbij wordt eerder gedacht aan kwaliteitsverbetering in combinatie met groei van de bestaande accommodaties dan aan nieuwe accommodaties);
  • tegengaan van permanente bewoning van vakantiewoningen en stacaravans;
  • rekening houden met de mogelijke verplaatsing van een recreatiebedrijf naar het gebied Oirschotsebaan;
  • rekening houden met de verplaatsing van het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten.