direct naar inhoud van 1.4 Aanpak en bestemmingsmethodiek
Plan: Oisterwijk Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0824.BPbuitengebied2010-0002

1.4 Aanpak en bestemmingsmethodiek

Beleids- en ontwikkelingsgerichte aanpak

De opgave voor het opstellen van een nieuw bestemmingsplan Buitengebied maakt duidelijk dat er zwaardere eisen worden gesteld aan het bestemmingsplan dan voorheen het geval was. Het instrument bestemmingsplan buitengebied is belangrijker maar ook ingewikkelder geworden. De toekomstmogelijkheden, die door steeds meer factoren worden beïnvloed, komen meer centraal te staan. Een en ander verlangt een beleids- en ontwikkelingsgericht plan. Dat wil zeggen een bestemmingsplan dat naast een adequate en flexibele regeling van de feitelijke situatie ook gericht is op het oplossen van specifieke en actuele planologische problemen en vraagstukken in het plangebied en het benutten van kansen en mogelijkheden. Met andere woorden: geen bestemmingsplan dat uitsluitend de huidige situatie vastlegt (behoud en bescherming, tegengaan ongewenste ontwikkelingen, vastleggen van een "eindbeeld") maar een bestemmingsplan dat vooral ook een beleids- en toetsingskader biedt voor sturing van gewenste ontwikkelingen en veel meer een (gewenst) ruimtelijk proces aangeeft.

Van belang daarbij is ook dat aandacht geschonken wordt aan de vertaling van het beleid in een handhaafbare regeling.

Bestemmingsmethodiek

Voor het nieuw op te stellen plan is naar een planopzet gezocht waarbij de ontwikkelingsdimensie van het beleid goed tot uitdrukking komt. Hierbij wordt nadrukkelijk rekening gehouden met de reikwijdte van het instrument bestemmingsplan ("wat kan en moet geregeld worden").

Deze aanpak leidt tot een bestemmingsmethodiek waarbij:

  • het bestaande gebruik wordt vastgelegd: bestemming van de huidige gebruiksvormen en de mate waarin deze zich rechtstreeks kunnen ontwikkelen;
  • de ontwikkelingsmogelijkheden worden aangegeven voor bestaande en nieuwe functies en onderscheiden deelgebieden: toetsingskader voor toekomstige ontwikkelingen en functieveranderingen.

Met deze bestemmingsmethodiek wordt getracht het onderscheid tussen huidige gebruiksvormen, nieuwe gebruiksvormen en beleidsintenties zo scherp mogelijk in de regeling te vertalen.