Plan: | Kom Vinkel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002305-1401 |
het bestemmingsplan Kom Vinkel met identificatienummer NL.IMRO.0796.0002305-1401 van de gemeente 's-Hertogenbosch.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de activiteiten in hoofdzaak niet publieksaantrekkend zijn en die als ondergeschikte functie in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijk uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie.
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een woning die deel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit drie of meer woningen, niet zijnde gestapelde woningen.
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 meter achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen.
inrichting die tot een, krachtens artikel 1.1, derde lid, Wet milieubeheer, aangewezen categorie behoort en die is gericht op het voortbrengen van producten door het telen van gewassen of door het houden van dieren, zijnde: een (vollegronds)teeltbedrijf, een veehouderij, een glastuinbouwbedrijf of een overig agrarisch bedrijf.
bedrijf dat geheel of in overwegende mate gericht is op het leveren van goederen en diensten aan agrarische bedrijven of dat agrarische producten bewerkt, vervoert of verhandelt, zoals loonwerkbedrijven, bedrijven voor mestopslag en handel, veetransport en veehandel, met uitzondering van mestbewerking.
bedrijf dat geheel of in overwegende mate gericht is op het verlenen van diensten aan particulieren of niet-agrarische bedrijven waarbij gebruik gemaakt wordt van het telen van gewassen, het houden van dieren of het toepassen van andere land-, bos- of natuurbouwkundige methoden, met uitzondering van mestbewerking.
het bedrijfsmatig, geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen en het installeren van goederen die verband houden met het ambacht.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
een op de kaart of in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een bouwvlak, bestemmingsvlak of bouwperceel aangeeft, dat maximaal bebouwd mag worden.
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen.
de totale oppervlakte van de voor bedrijfsuitoefening benodigde bedrijfsruimte, inclusief de verkoopvloeroppervlakte, opslag- en administratieruimten en dergelijke.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting rechtstreeks verband houdt met voor de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is.
een kleinschalige overnachtingsaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
het agrarisch bedrijf zoals deze qua afmetingen en qua bebouwing aanwezig en in werking was op peildatum 1 oktober 2010 (vaststelling provinciale verordening Ruimte) of zoals dat op die peildatum aanwezig of in werking kon zijn krachtens verleende omgevingsvergunning(en) voor het agrarisch bedrijf.
het gebruik van de gronden en bouwwerken dat aanwezig is op het tijdstip van de vaststelling van het bestemmingsplan of zoals dat kan worden gebruikt krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het gebruik, daaronder valt niet het gebruik dat reeds in strijd was met het daarvoor geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
bouwwerken die op het tijdstip van de vaststelling van het bestemmingsplan aanwezig zijn of nog kunnen worden gebouwd krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het bouwen, daaronder valt niet het gebruik dat reeds in strijd was met het daarvoor geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
(verkoop)vloeroppervlakte, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaat of tot stand zal komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw. Een bijgebouw kan zijn een aangebouwd bijgebouw in de vorm van een aanbouw of een uitbouw, dan wel een vrijstaand bijgebouw.
het opdelen, binnen de bestaande (hoofd) bouwmassa, van een boerderij (gebouw) in niet meer dan 2 woningen of een in de regels aangegeven ander maximum aantal woningen.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren (of horizontale balklagen) is begrensd en waarvan de lagen een nagenoeg gelijk omvang hebben, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw, dakopbouw en/of zolder.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
de grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
iedere bovenbeëindiging van een gebouw.
hoogste punt van een schuin dak.
een gedeelte van een gebouw, gesitueerd op de bovenste bouwlaag van een gebouw, met een oppervlakte van maximaal 60% van de oppervlakte van de bovenste bouwlaag en een afstand van minimaal 1 meter tot de voorgevel.
laagste punt van een schuin dak.
bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen.
een bouwkundige constructie waarin geen te openen delen aanwezig zijn en met een in NEN 5077 bedoelde karakteristieke geluidwering die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidsbelasting van die constructie en 33 dB onderscheidenlijk 35 dB(A), alsmede een bouwkundige constructie waarin alleen bij uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits de delen niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden;
een vorm van recreatief medegebruik die nauwelijks of geen invloed heeft op de in de bestemmingsomschrijving van de bestemmingen gegeven doeleinden.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een woning die met een andere woning verbonden is door middel van aan- of bijgebouwen, niet zijnde gestapelde woningen.
een woning die geheel of gedeeltelijk boven/onder een andere woning is gelegen.
een perceel, gelegen aan een hoek van twee wegen c.q. het openbaar gebied.
gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
huisvesting in of bij een woning van één huishouden van maximaal twee personen, van wie ten minste één persoon mantelzorg verleent aan of ontvangt van een bewoner van de woning.
het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimten (kamers) waarbij voorzieningen worden gedeeld, veelal ten behoeve van kamerverhuur;
tent, tentwagen, kampeerauto, caravan of enig ander onderkomen of verblijf, geen bouwwerk zijnde, dat geschikt is voor tijdelijk recreatief nachtverblijf;
terrein, geheel of gedeeltelijk ingericht en bedrijfsmatig geëxploiteerd, dat is bestemd om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
de volledige of nagenoeg volledige afdekking van een gebouw in een gebogen vorm danwel met een dakhelling van ten minste 15° en ten hoogste 75°.
agrarisch bedrijfsgebouw waarvan de wanden en het dek voornamelijk bestaan uit glas of een ander lichtdoorlatend materiaal en dienend voor de productie van gewassen onder geconditioneerde klimaatomstandigheden waaronder mede begrepen een schuurkas of een permanente tunnel- of boogkas hoger dan 1,5 meter.
gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde van het landschap, gericht op ruimtelijke, ecologische, cultuurhistorische en recreatieve aspecten;
een eenzijdige kapconstructie waarbij het hoogste punt over de gehele, of nagenoeg de gehele lengte in één gevel is gelegen.
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorziening;
een bedrijf dat gericht is op het lesgeven in paardrijden aan derden en daarvoor paarden en/of pony's houdt, zulks in combinatie met een of meer van de navolgende activiteiten of voorzieningen: het in pension houden van paarden en pony's, horeca-activiteiten (kantine, foyer e.d.), logies- en/of verenigingsaccommodatie en het houden van wedstrijden of andere evenementen.
intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt gebonden aan een hulp behoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtsreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten overstijgt, en waarvan de behoefte met een verlaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal medisch adviseur kan worden aangetoond;
activiteiten die in ruimtelijk opzicht ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie op een bouwperceel.
vestiging op een locatie die volgens het geldende bestemmingsplan niet is voorzien van een (bouwvlak op een) bestaand bouwperceel of de (af)splitsing van een (bouwvlak op een) bestaand bouwperceel;
het snijpunt van twee hellende vlakken.
functie waarvoor maximaal 35% van de vloeroppervlakte als zodanig mag worden gebruikt.
weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar vaarwater en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer;
een kap waarbij tussen het hoogste punt van de bovenste bouwlaag en de punten waar de kap op het gebouw rust, nog bebouwing in verticale zin aanwezig is; er is slechts sprake van een opgetilde kap als het aantal bouwlagen zoals aangeduid reeds aanwezig is.
(binnen) opslag van goederen die geen regelmatige verplaatsing behoeven, niet bestemd zijn voor handel en niet worden opgeslagen voor een elders gevestigd niet-agrarisch bedrijf, zoals (seizoens)stalling van (antieke) auto's, boten, caravans, campers en dergelijke.
agrarisch bedrijf dat niet binnen de begripsbepaling van veehouderij, vollegrondsteeltbedrijf of glastuinbouwbedrijf valt;
detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan het productieproces.
het zich tegen vergoeding beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander.
een min of meer publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de omvang en uitstraling zodanig is, dat de activiteit past binnen de desbetreffende woonomgeving en derhalve in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie, kan worden toegestaan.
aaneengesloten terrein ten behoeve van de bedrijfsmatige uitoefening van diensten op het gebied van dag- of verblijfsrecreatie, met de daarbij behorende voorzieningen;
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan.
voorzieningen bedoeld voor recreatief gebruik zoals musea, sportterreinen, speeltuinen, hondenoefenterreinen, dierenparken, openluchttheaters en groepsaccommodaties;
een onoverdekte voorziening bedoeld voor het berijden, africhten en laten bewegen van paarden.
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een (raam)prostitutiebedrijf, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub, een privé-huis of een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
een zelfbedieningszaak in goederen met hoofdzakelijk een grote verscheidenheid aan levens- en genotmiddelen.
een woning die onderdeel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit twee woningen, niet zijnde gestapelde woningen.
agrarisch bedrijf gericht op het fokken, mesten en houden van runderen, varkens, schapen, geiten, pluimvee, tamme konijnen en pelsdieren;
in een detailhandelsvestiging voorkomende hoeveelheid bedrijfsoppervlakte, gemeten in m² op de vloer van de bedrijfsruimte, ten behoeve van de uitstalling ter verkoop, het verkopen of het leveren van goederen of het verlenen van aanverwante diensten.
de totale oppervlakte van hoofdgebouwen en aan- en bijgebouwen op de begane grond en de verdieping(en) met inbegrip van beneden peil gelegen bouwdelen.
vloeroppervlakte van een horeca-bedrijf.
erf dat geen onderdeel is van het achtererfgebied.
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen.
langs een wegzijde met een regelmatige ligging of nagenoeg regelmatige ligging van de voorgevels van de bestaande bebouwing: de evenwijdig aan de as van de weg gelegen lijn, welke, zoveel mogelijk aansluitend aan de ligging van de voorgevels van de bestaande bebouwing, een zoveel mogelijk gelijkmatig beloop van de rooilijn overeenkomstig de richting van de weg geeft;
een bedrijf dat zich toelegt op het (doen) leveren van goederen op schriftelijke, telefonische of elektronische order van klanten en dat op de bedrijfslocatie geen directe contactmogelijkheden (balie, showroom, afhaalcentrum) met klanten biedt.
een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.
voor bewoning bestemd gebouw dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst en op een daartoe bestemd perceel is geplaatst.
een zorgboerderij is een agrarisch bedrijf waar mensen met een zorg en of hulpvraag een passende dagbesteding vinden en/of meewerken.
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de zijgevel van een gebouw tot aan de perceelgrenzen.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf de afdekking van de bovenste bouwlaag tot aan het hoogste punt van de dakopbouw.
vanaf de bovenkant goot, boeibord of daarmee gelijk te stellen constructiedeel tot aan het hoogste punt van de kap.
de diepte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk of ingeval dat geen gevelvlakken of scheidingsmuren aanwezig zijn, de oppervlakte vanaf de buitenzijde van het dak neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de oppervlakte van alle op een bouwperceel gelegen bouwwerken tezamen.
De voor 'Agrarisch - Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt de volgende regels:
De oppervlakte van de gebouwen, met uitzondering van de bestaande bedrijfswoning(en), mogen ten hoogste de omvang hebben van de gebouwen die:
Op een bedrijfswoning als bedoeld in lid 3.1 zijn de regels zoals opgenomen in 17.2.3, 17.2.4, 17.3.1 en 17.3.2 overeenkomstig van toepassing
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De oppervlakte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veehouderij' mag ten hoogste de omvang hebben van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde die:
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.5 onder a voor het bouwen van terreinafscheidingen met een hoogte van 3 m, als vaststaat dat deze niet is gesitueerd voor de voorgevel van de bedrijfswoning en hierdoor het stedenbouwkundig en landschappelijk beeld en de verkeersveiligheid niet wordt aangetast;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in die zin dat de aangegeven aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - veehouderij' wordt verwijderd als de betreffende veehouderij ter plaatse is beëindigd dan wel niet feitelijk aanwezig is en is ter plaatse omgeschakeld naar agrarische bedrijfsvoering niet zijnde een veehouderij.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Wonen' voor zover het de voormalige agrarische bedrijfswoning betreft als vaststaat dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Wonen' ten behoeve van de splitsing van de voormalige agrarische bedrijfswoning in twee woningen als vaststaat dat :
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Bedrijf' ten behoeve van het vestigen van agrarisch technische hulpbedrijven en/of agrarisch verwante bedrijven, als vaststaat dat:
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende activiteiten uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 4.3.1 vervatte is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
Het bevoegd gezag verleent de in lid 4.3.1 genoemde vergunning als vaststaat dat de activiteiten geen onevenredige afbreuk doen aan de landschappelijke waarden en geen onvenredig nadelige zal gevolgen hebben voor de naast gelegen gebieden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Natuur' ten behoeve van behoud en/of ontwikkeling van natuur, als vast staat dat:
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Op een bedrijfswoning als bedoeld in lid 5.1 zijn de regels zoals opgenomen in 17.2.3, 17.2.4, 17.3.1 en 17.3.2 overeenkomstig van toepassing.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming 'Wonen' voor zover het de voormalige bedrijfswoning betreft en als vaststaat dat:
De voor Bedrijf - Nutsvoorziening aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor Centrum aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met dien verstanden dat de functies a t/m h alleen op de begane grond mag plaatsvinden;
met bijbehorend(e):
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Op een woning als bedoeld in lid 7.1 zijn de regels zoals opgenomen in 17.2.3, 17.2.4, 17.3.1 en 17.3.2 overeenkomstig van toepassing
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van 8.2 onder a als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
Het bevoegd gezag kan voor de vestiging van het nieuw horecabedrijf of vergroting van het bestaande vloeroppervlak met een omgevingsvergunning afwijken van 7.1 lid h als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
met bijbehorend(e):
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Op een woning als bedoeld in lid 8.1 zijn de regels zoals opgenomen in 17.2.3, 17.2.4, 17.3.1 en 17.3.2 overeenkomstig van toepassing
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.2 onder a, als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of in gebruik te geven of te laten gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.
Onder gebruik in strijd met de bestemming als bedoeld onder 8.4.1 wordt in iedergeval verstaan het gebruik van de gronden en bouwwerken voor een supermarkt.
Het bevoegd gezag wijkt met een omgevingsvergunning af van het bepaalde in lid 8.4 indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.1 onder a als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met dien verstande dat de functies als genoemd onder a tot en met e uitsluitend zijn toegelaten op de begane grond.
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.2.2 onder a als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of in gebruik te geven of te laten gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming;
Onder gebruik in strijd met de bestemming als bedoeld onder 9.4.1 wordt in iedergeval verstaan het gebruik van de gronden en bouwwerken voor een supermarkt.
Het bevoegd gezag wijkt met een omgevingsvergunning af van het bepaalde in lid 9.4 indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.1 onder a als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.1 onder d als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het is verboden binnen de 'Functieaanduiding waterberging' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren die de werking van de waterberging kunnen belemmeren. Onder deze activiteiten behoren in ieder geval:
Het in lid 10.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Het bevoegd gezag verleent de in lid 10.3.1 bedoelde vergunning als vaststaat dat de werken of werkzaamheden geen onevenredige afbreuk doen aan de functie van de waterberging.
Binnen de 'Functieaanduiding natuur' is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 10.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Het bevoegd gezag verleent de in lid 10.4.1 bedoelde vergunning als vaststaat dat de werken of werkzaamheden geen onevenredige afbreuk doen aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de in het gebied aanwezige natuurwaarden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter plaatse van het op de plankaart aangegeven aanduiding 'Wetgevingszone-wijzigingsgebied' aan de Populierenstraat in Vinkel de bestemming 'Groen' te wijzigen in een bestemming 'Wonen' ten behoeve van één vrijstaande woning, als vaststaat dat:
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met dien verstande dat het vloeroppervlakte horeca per bestemmingsvlak niet meer mag bedragen dan het bestaande vloeroppervlakte horeca;
tevens ook voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Op een woning als bedoeld in lid 11.1 zijn de regels zoals opgenomen in 17.2.3, 17.2.4, 17.3.1 en 17.3.2 overeenkomstig van toepassing
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.2.2 onder a als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of in gebruik te geven of te laten gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming;
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.4.1 als strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.1 onder a als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Op een woning als bedoeld in 12.1 zijn de regels zoals opgenomen in 17.2.3, 17.2.4, 17.3.1 en 17.3.2 overeenkomstig van toepassing
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 12.2.2 en toestaan dat een gebouw gedeeltelijk buiten een bouwvlak wordt gebouwd, als bij het verlenen van de omgevingsvergunning vast staat dat:
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m.
Op de gronden binnen deze bestemming mag niet ondergronds worden gebouwd.
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 13.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden welke:
Het bevoegd gezag verleent de in lid 13.3.1 bedoelde vergunning als vaststaat dat de werken of werkzaamheden geen onevenredige afbreuk doen aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de in het gebied aanwezige natuurwaarden.
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 14.2.2 en toestaan dat een gebouw gedeeltelijk buiten een bouwvlak wordt gebouwd, als vaststaat dat:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op of in deze grond mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een maximale hoogte van 3 m.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen geldt algemeen dat in of op deze gronden uitsluitend voor deze bestemming mag worden gebouwd.
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, gelden de volgende regels :
Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of in gebruik te geven of te laten gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming;
onder strijdige bestemming wordt in ieder geval verstaan:
Een aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit als bedoeld in artikel 17.1 onder b. moet voldoen aan de volgende voorwaarden:
Ter behoud van karakteristieke panden zijn burgemeester en wethouders bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen voor de realisering van één extra grondgebonden woning (woningsplitsing) binnen een bestaand woongebouw als vaststaat dat:
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en te verwachten archeologische waarden van de gronden.
Binnen deze dubbelbestemming zijn geen bouwwerkzaamheden toegestaan, die een grondoppervlakte betreffen groter dan 50 m² en meer dan 0,50 m beneden maaiveld.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 18.2 en toestaan dat onder maaiveld gebouwd, mits:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het verbod onder lid 18.4.1 geldt niet voor werken of werkzaamheden:
Het bevoegd gezag verleent een omgevingsvergunning als bij de verlening daar van vaststaat dat:
Als uit het rapport als genoemd in lid 18.4.3 onder b of uit andere beschikbare informatie als genoemd in lid 18.4.3 lid c blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door de werken of werkzaamheden of het slopen zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning een of meer van de volgende voorwaarden verbinden:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat deze bestemming komt te vervallen, als uit een nader archeologisch onderzoek blijkt dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en te verwachten archeologische waarden van de gronden.
Binnen deze dubbelbestemming zijn geen bouwwerkzaamheden toegestaan, die een grondoppervlakte betreffen groter dan 100 m² en meer dan 0,5 m beneden maaiveld.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 19.2 en toestaan dat onder maaiveld gebouwd, mits:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het bevoegd gezag verleent een omgevingsvergunning als bij de verlening daar van vaststaat dat:
Als uit het rapport als genoemd in lid 19.4.3 onder b of uit andere beschikbare informatie als genoemd in lid 19.4.3 lid c blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door de werken of werkzaamheden of het slopen zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning een of meer van de volgende voorwaarden verbinden:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin dat deze bestemming komt te vervallen, als uit een nader archeologisch onderzoek blijkt dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De gronden met de aanduiding 'Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' zijn tevens bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de kwaliteit van het grondwater.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag het volgende werk, geen bouwwerk zijde, of werkzaamheden ter plaats van de aanduiding 'Milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied' uit te voeren:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 21.1.1 mag alleen en moet worden geweigerd indien door het uitvoeren van het werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredig afbreuk wordt gedaan aan de kwaliteit van het grondwater voor de drinkwatervoorziening en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 21.1.1 wordt verleend het werk, geen bouwwerk zijnde, op grond van de Provinciale Milieu Verordening is goedgekeurd.
Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 21.1.1 is niet vereist voor:
In aanvulling van de voorschriften behorende bij de ter plaatse geldende bestemming, mag een bouwwerk, dat op de verbeelding is voorzien van een 'Aanduiding - karakteristiek pand', geheel of gedeeltelijk worden vernieuwd en/of veranderd, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen te stellen aan de oorspronkelijke percellering, de situering en de afmetingen van bouwwerken, indien en voor zover dat noodzakelijk is om de beeldbepalende waarden van een op hetzelfde bouwperceel gelegen bouwwerk, dat op de plankaart is voorzien van een aanduiding "Aanduiding - karakteristiek pand", te behouden.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:
Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of in gebruik te geven of te laten gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met de bestemmingen van dit plan.
Onder gebruik in strijd met de bestemming als bedoeld onder 23.1 wordt in iedergeval begrepen:
Het bevoegd gezag kan, als bij de verlening van de omgevingsvergunning vaststaat dat het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden niet onevenredig worden aangetast, afwijken van de regels en de verbeelding:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 22.2 onder a, als vaststaat dat:
Het bevoegd gezag wijkt met een omgevingsvergunning af van het bepaalde in artikel 23, als bij de verlening van de omgevingsvergunning vast staat dat strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 23.3 onder a, als vaststaat dat:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Kom Vinkel.