direct naar inhoud van 8.3 Bewoningsgeschiedenis
Plan: Buitengebied noord en Kloosterstraat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002152-1401

8.3 Bewoningsgeschiedenis

Tijdens diepe ontgravingen en ontzandingen in de omgeving van 's-Hertogenbosch en Rosmalen zijn herhaaldelijk werktuigen aangetroffen die er op wijzen dat in dit gebied al ruim 35.000 jaar geleden mensen en dieren leefden. Met name uit de zandput van De Groote Wielen (Rosmalen) en de Noorderplas zijn dergelijke oude resten aangetroffen. De kampjes van de jagers-verzamelaars uit deze periode liggen echter verstopt onder vele meters zand en klei en komen daarom alleen bij diepe bodemingrepen aan het licht. Vanwege de diepe ligging (10 tot 13 meter onder het maaiveld) en de geringe omvang van de kampementen zijn de resten van deze oudste bewoningsfasen vrijwel niet op te sporen met archeologisch onderzoek. De dekzandruggen zijn door hun relatief hogere ligging altijd een aantrekkelijke locatie voor bewoning geweest. Gezien de ouderdom van de dekzandruggen kan deze bewoning teruggaan tot het Laat-Paleolithicum (vanaf circa 15.000 jaar geleden) maar sporen uit deze periode zijn nog maar weinig bekend in de gemeente 's-Hertogenbosch. In het bestemmingsplangebied zijn geen concrete aanwijzingen voor bewoning uit het Laat-Paleolithicum en Mesolithicum. De oudste bewoningssporen zijn aangetroffen in plangebied Kloosterstraat. Op verschillende locaties ten zuidoosten van de huidige A2 zijn stenen bijlen en pijlspitsen gevonden die wijzen op bewoning in het Neolithicum. Ook in plangebied Buitengebied Noord zijn aanwijzingen voor bewoning uit deze periode maar omdat de vondsten niet eenduidig zijn te dateren is die toeschrijving onzeker. Plangebied Kloosterstraat en Buitengebied Noord zijn in de Bronstijd zeker bewoond geweest. In Buitengebied Noord zijn op verschillende locaties scherven en vuurstenen artefacten uit deze periode gevonden. In plangebied Kloosterstraat zijn tijdens archeologische opgravingen zelfs een grafmonument en een huisplattegrond uit de Bronstijd aangetroffen. Ook uit de IJzertijd zijn talloze aanwijzingen voor bewoning in de plangebieden. Het plangebied Kloosterstraat lijkt zelfs redelijk intensief bewoond te zijn geweest want hier zijn verschillende huisplattegronden en erven opgegraven. In plangebied Buitengebied Noord is een terrein met sporen van bewoning uit de IJzertijd aangewezen als een terrein van hoge archeologische waarde. Op basis van losse vondsten kan voor plangebied Buitengebied Noord worden aangenomen dat de bewoning vrijwel continu heeft doorgelopen in de Romeinse tijd en Vroege Middeleeuwen. Voor plangebied Kloosterstraat lijkt dit beeld toch iets genuanceerder. Bewoning uit de Romeinse tijd is aangetoond maar voor bewoning uit de Vroege Middeleeuwen zijn maar weinig aanwijzingen. Mogelijk was het gebied door toenemende vernatting en veengroei niet aantrekkelijk en is men uitgeweken naar de hogere en drogere delen van het dekzandlandschap. Vanaf de Late Middeleeuwen zijn er zowel voor plangebied Kloosterstraat als Buitengebied-Noord voldoende aanwijzingen voor bewoning. Op de dekzandrug bij Rosmalen is in de Late Middeleeuwen intensief gewoond en geboerd. In deze periode is vermoedelijk ook het plaggendek ontstaan waardoor het oorspronkelijke maaiveld flink werd opgehoogd. In het gebied Sprokkelbosch is nog een aantal percelen aanwezig waar het plaggendek redelijk intact gebleven is (afbeelding 3). Dit gebied is daarom deels aangewezen als gemeentelijk archeologisch monument en deels als een terrein van hoge archeologische waarde.

In plangebied Kloosterstraat wordt rond 1467 op een van de hoge dekzandkoppen (Eikendonk), een klooster gesticht. Aan het einde van de 16e eeuw had het klooster te lijden onder een tekort aan nieuwe intredingen en vonden geregeld plunderingen plaats. Rond 1650, kort nadat de laatste bewoonsters waren overleden, is het klooster gesloopt. Bij de aanleg van de A2 kwamen de resten van het klooster weer tevoorschijn maar afgezien van enkele kleine onderzoeken van de lokale heemkundevereniging heeft er geen archeologisch onderzoek plaatsgevonden. Ter plaatse van het voormalige klooster zijn percelen (aan weerszijden van de A2) aangemerkt als terreinen van hoge archeologische waarde.

Tijdens de belegering van de stad 's-Hertogenbosch maakten de hogere delen binnen het Plangebied Kloosterstraat deel uit van de verdedigingswerken van het Staatse leger. Op de hoge dekzandkoppen lagen schansen die via een systeem van wallen en grachten met elkaar waren verbonden. Hoewel veel van de verdedigingswerken na de inname van de stad zijn geslecht, kunnen in de ondergrond nog wel restanten worden aangetroffen.

Op historische kaarten uit het begin van de 19e eeuw is de bewoning in plangebied Buitengebied-Noord hoofdzakelijk beperkt tot de bewoningsas van de Kruisstraat. In plangebied Kloosterstraat zijn geen kernen van bebouwing te zien. Verspreid liggen wel enkele boerderijen waaronder eentje ter hoogte van het voormalige klooster Eikendonk.