direct naar inhoud van Artikel 8 Bedrijf - Nutsbedrijf
Plan: Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0779.RDBPbuitengebied-vs01

Artikel 8 Bedrijf - Nutsbedrijf

8.1 Bestemmingsomschrijving
8.1.1 Algemeen

De voor Bedrijf - Nutsbedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. nutsvoorzieningen;
  • b. nutsbedrijven;
  • c. doeleinden ten dienste van de bacteriologische bescherming van het grondwater;
  • d. water en waterhuishoudkundige doeleinden;

met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen en overeenkomstig de in 8.1.2opgenomen nadere detaillering van de bestemming.

8.1.2 Nadere detaillering van de bestemming

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 8.1.1:

a Staat van nutsbedrijven

Op de gronden met deze bestemming zijn overeenkomstig de aanduidingen uitsluitend toegestaan de nutsbedrijven genoemd in de navolgende Staat van nutsbedrijven:

Afkorting   Aanduiding   Nutsbedrijf   Adres   Huisnu mmer   Bebou wde oppervl akte  
(sb-n2)   specifieke vorm van bedrijf - nuts 2   transformator   Korte Broekstraat   11A    
(sb-n3)   specifieke vorm van bedrijf - nuts 3   gasstation   Parallelweg   3    
(sb-n4)   specifieke vorm van bedrijf - nuts 4   gemaal   Aanwassenweg   2   gemaal 320 m2, opslagloods 100 m2
 
(sb-n5)   specifieke vorm van bedrijf - nuts 5   bergbezinkbassin   Landonk   ong    
b Waterhuishoudkundige doeleinden

De gronden binnen een strook van 5 m aan weerszijden vanaf de insteek van de met Water bestemde watergangen zijn tevens bestemd voor waterhuishoudkundige doeleinden.

8.2 Bouwregels
8.2.1 Toegestane bebouwing

Uitsluitend mag worden gebouwd ten behoeve van deze bestemming.

8.2.2 Bedrijfswoning

Uitsluitend ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning" is een bedrijfswoning toegestaan, en maximaal één per aanduiding.

8.2.3 Bouwvlak

Gebouwen mogen uitsluitend worden opgericht ter plaatse van de aanduiding "bouwvlak".

8.2.4 Bebouwde oppervlakte

De in de Staat van nutsbedrijven als opgenomen in 8.1.2 onder a aangegeven bebouwde oppervlakte van gebouwen mag niet worden overschreden. Voor zover geen opervlakte in de tabel is opgenomen geldt de bestaande vloeroppervlakte als maximum.

8.2.5 Maatvoeringseisen

De bouwwerken, behorende bij de functies als opgenomen in de Staat van nutsbedrijvenin 8.1.2 onder a, dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:

Bedrijfsgebouwen
 
Min.   Max.  
goothoogte   n.v.t.   6  
bouwhoogte   n.v.t.   17,5 m  
dakhelling   0°   45°  

Bedrijfswoning   Min.   Max.  
goothoogte   n.v.t.   6 m  
bouwhoogte   n.v.t.   10 m  
inhoud     maximaal 750 m3 (incl. aangebouwde bijgebouwen)  

Vrijstaande bijgebouwen bij bedrijfswoning   Max.  
gezamenlijke oppervlakte per woning   80 m2  
goothoogte   3,5 m  
bouwhoogte   6 m  

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde   Max.  
bouwhoogte erfafscheidingen   voor voorgevelrooilijn: 1 m;
overige: 2 m  
bouwhoogte van carports c.q. overkappingen   3 m  
oppervlakte van een carports c.q. overkapping   20 m2  
bouwhoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   6 m  
8.2.6 Maatvoeringseisen (kleine) nutsvoorzieningen

In afwijking van het bovenstaande geldt voor de bouwwerken in de vorm van kleine nutsvoorzieningen, die niet zijn genoemd in de Staat van nutsbedrijven in 8.1.2 onder a, de volgende maatvoeringseisen:

  • a. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 3 m;
  • b. de bebouwde oppervlakte bedraagt niet meer dan 15 m2.
8.3 Specifieke gebruiksregels
8.3.1 Strijdig gebruik

In aanvulling op het bepaalde van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c Wabo wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen:

  • a. het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik;
  • b. het gebruik van vrijstaande bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte;
  • c. woondoeleinden, met uitzondering van de toegestane bedrijfswoningen;
  • d. bewoning van bedrijfsruimten en bijgebouwen;
  • e. een aan huis verbonden beroep of bedrijf;
  • f. een seksinrichting;
  • g. een geluidzoneringsplichtige inrichting;
  • h. een risicovolle inrichting;
  • i. de opslag van gevaarlijke stoffen, zoals kunstmeststoffen en propaan anders dan bestaande situaties, die een 10-6 risicocontour hebben die de aanduiding "bouwvlak" overschrijdt.
8.4 Afwijken van de gebruiksregels
8.4.1 Omgevingsvergunning mantelzorg in afhankelijke woonruimte

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.3.1 onder b en toestaan dat een bijgebouw gebruikt wordt als afhankelijke woonruimte, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • a. een dergelijke bewoning is noodzakelijk vanuit een oogpunt van mantelzorg. Omtrent de medische noodzaak wordt hiertoe advies ingewonnen bij een indicatie-orgaan;
  • b. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en bedrijven;
  • c. er wordt voldaan aan de natuur-, milieuwet- en regelgeving;
  • d. indien sprake is van een geurgevoelig object wordt er voldaan aan de geurnormen krachtens de Wet geurhinder en veehouderij, dan wel krachtens een op deze wet gebaseerde verordening;
  • e. de afhankelijke woonruimte wordt ingepast binnen de toegestane bijgebouwen, waarbij ten behoeve van mantelzorg niet meer dan 80 m2 mag worden gebruikt;
  • f. de omgevingsvergunning bevat de naam van de zorgbehoevende(n), de naam van de zorgverlener(s) en de aanwijzing van het bijgebouw dat als afhankelijke woonruimte wordt gebruikt;
  • g. indien de gronden zijn gelegen buiten de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied bestaand stedelijk gebied' en er sprake is van een ruimtelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel 1.1 onder 71 van de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011 dan dient er voldaan te worden aan de zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit, zoals is opgenomen in artikel 2.1 van de Verordening ruimte Noord-Brabant 2011.