direct naar inhoud van Artikel 15 Woongebied - Uit te werken
Plan: Waterrijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0772.80056-0301

Artikel 15 Woongebied - Uit te werken

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Woongebied - Uit te werken' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, met daarbij behorende bijgebouwen en nevenruimten, met inbegrip van een ruimte voor aan-huis-verbonden beroep en ruimten voor beperkt bedrijfsmatig gebruik, erven en overige voorzieningen;
  • b. verkeer - verblijfsgebied, inclusief parkeer- en openbare ruimten;
  • c. recreatieve voorzieningen;
  • d. groen- en speelvoorzieningen;
  • e. nutsvoorzieningen;
  • f. waterhuishoudkundige voorzieningen (o.a. waterlopen, waterpartijen en waterberging);
  • g. geluidbeperkende voorzieningen;
  • h. andere bij een woongebied behorende voorzieningen;

met de daarbij behorende gebouwen en bouwwerken, niet zijnde gebouwen en erven.

15.2 Uitwerkingsregels

Burgemeester en wethouders werken de in artikel 15.1 beschreven bestemming uit met inachtneming van de hieronder genoemde regels;

15.2.1 Hoofdgebouwen
  • a. binnen de bestemming 'Wonen-Uit te werken' mogen als hoofdgebouw uitsluitend woningen met bijbehorende parkeervoorzieningen (al dan niet ondergronds) worden gebouwd;
  • b. de bebouwingshoogte van een hoofdgebouw mag maximaal datgene bedragen dat als aanduiding "maximum bouwhoogte in meters" is opgenomen op de verbeelding;
  • c. bij de behandeling van de uitwerking wordt de procedure als opgenomen in artikel 13.5.1gevolgd.

15.2.2 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen en de bijgebouwen bij een hoofdgebouw mag per bouwperceel niet meer bedragen dan 65% van de oppervlakte van het bouwperceel;
  • b. de goothoogte van een aan- en uitbouw en een bijgebouw mag niet meer dan 3,5m bedragen met dien verstande dat de goothoogte nooit meer mag bedragen dan de goothoogte van het bijbehorende hoofdgebouw; indien het dak is/wordt uitgevoerd in de vorm van een kap mag de bouwhoogte maximaal 4 m bedragen;
  • c. de vloeroppervlakte ten behoeve van een aan-huis-verbonden beroep niet meer dan 50 m2 mag bedragen;

15.2.3 Verblijfsgebied
  • a. Bij de nadere uitwerking wordt bepaald welke gronden in ieder geval dienen te worden gereserveerd voor de bestemming Verkeer - Verblijfsgebied;
  • b. op de voor Verkeer - Verblijfsgebied aan te wijzen gronden mogen voorzieningen voor de verkeersgeleiding en verlichting alsmede andere in de verkeersbestemming passende functies alsmede nutsvoorzieningen worden gebouwd
  • c. met betrekking tot parkeren dient te worden voldaan aan de parkeernormen zoals opgenomen in Bijlage 1.

15.2.4 Groen
  • a. Bij de nadere uitwerking wordt bepaald welke gronden in ieder geval dienen te worden gereserveerd voor groen.
  • b. Op de voor Groen aan te wijzen gronden mogen voorzieningen voor de verkeers- geleiding en -verlichting alsmede andere in de verkeersbestemming passende functies alsmede nutsvoorzieningen worden gebouwd. Verkooppunten voor motorbrandstoffen zijn niet toegestaan.

15.2.5 Geluidwerende voorzieningen
  • a. In de nadere uitwerking worden regels gesteld ten aanzien van de situering van geluidswerende voorzieningen; hiertoe worden bebouwingslijnen op de analoge verbeelding bij het uitwerkingsplan ingetekend;
  • b. in de nadere uitwerking worden regels gesteld ten aanzien van de maatvoering van geluidwerende voorzieningen.

15.3 Bouwregels
15.3.1 Gebouwen

Op deze gronden mag uitsluitend worden gebouwd in overeenstemming met een in werking getreden uitwerkingsplan en met inachtneming van de in dat plan opgenomen regels.

15.3.2 Voorlopig bouwverbod en ontheffing bouwregels

Zolang en voor zover de in lid 15.2 bedoelde uitwerking niet onherroepelijk is, mag er niet worden gebouwd.

15.4 Afwijken van de bouwregels

Het college van burgemeester en wethouders kan afwijken van artikel 15.2, indien de op te richten bebouwing naar zijn bestemming en gebruik, alsmede naar zijn afmetingen en zijn plaats binnen het plangebied in overeenstemming zal zijn met, dan wel op verantwoorde wijze kan worden ingepast in een reeds vastgesteld uitwerkingsplan of een daarvoor ter inzage gelegd ontwerp.