Plan: | Kom Vlierden, 1e herziening |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0762.BP201010-C001 |
Bij externe veiligheid gaat het om de veiligheid van de bevolking die in het plangebied zou kunnen komen te wonen of werken, in relatie tot de productie, de opslag, het transport en het gebruik van gevaarlijke stoffen in of buiten het plangebied, voor zover die activiteiten risico’s voor de bevolking kunnen opleveren.
De risicobenadering externe veiligheid kent twee begrippen om het risiconiveau voor activiteiten met gevaarlijke stoffen in relatie tot de omgeving aan te geven. Dit zijn de begrippen het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). In de wet- en regelgeving is het groepsrisico niet vervat in een vaste grenswaarde of norm. Voor het groepsrisico geldt een verantwoordingsplicht, waarbij de oriëntatiewaarden moet worden gezien als ijkpunt.
Voor het aspect externe veiligheid heeft Cauberg-Huygen een onderzoek verricht (d.d. 30 juni 2010, rapportnr. 20101276-02), bijlage 14 naar de nieuwbouwplannen voor het plangebied Kom Vlierden in relatie tot externe veiligheidsrisico’s ten gevolge van het transport van gevaarlijke stoffen over het spoor Eindhoven-Venlo, weg en transportleidingen en risicovolle inrichtingen waarop het Besluit externe veiligheid van toepassing is. Voor het LPG-tankstation aan de Vlierdenseweg 232 is een separaat onderzoek verricht, bijlage 15 (d.d. 30 juni 2010, rapportnr. 20101276-03). Hieronder volgt een samenvatting en de conclusies van de uitgevoerde onderzoeken.
Het plangebied is direct naast de Vlierdensedreef gelegen. Conform de rapportage ‘Inventarisatie vervoer gevaarlijke stoffen, Gemeente Deurne’ d.d. 6 juni 2008 vindt over deze weg vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Ook over de Vlierdenseweg vindt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats, namelijk vanaf de Vlierdensedreef tot aan het aan deze weg gelegen LPG-tankstation (nr. 232).
Voor de bepaling van het plaatsgebonden en groepsrisico wordt in de rapportage gebruik gemaakt van de vuistregels uit de ‘Handreiking externe veiligheid vervoer (VNG, 1998)’. Deze vuistregels geven drempelwaardes waaronder geen sprake zal zijn van een ruimtebeslag uit het oogpunt van externe veiligheid.
Plaatsgebonden risico
Conform de genoemde rapportage hebben de betreffende wegen geen 10-6 PG contour. Het plaatsgebonden risico levert derhalve geen beperkingen op voor de planontwikkeling.
Groepsrisico
Ten aanzien van het groepsrisico is in de rapportage aangegeven dat voor de betreffende wegen geldt dat geen sprake is van een (dreigende) overschrijding van de oriënterende waarde op basis van toepassing van de vuistregels.
Op basis van de in de inventarisatie vastgestelde transportaantallen (maatgevend 130 LPG-tankwagens per jaar) geldt voor de Vlierdenseweg en Vlierdensedreef een drempelwaarde van 49 personen per hectare (bij tweezijdige bebouwing, weg buiten de bebouwde kom). De gemiddelde personendichtheid ter hoogte van het plangebied bedraagt circa 4 personen per hectare (nachtperiode). Hiermee blijft de personendichtheid ruim onder de genoemde drempelwaarde en derhalve levert het groepsrisico geen beperkingen voor het plangebied op. Gezien het feit dat binnen de 200 meter-zone sprake is van de ontwikkeling van een tweetal woningen, zal het groepsrisico in (zeer) beperkte mate toenemen.
Conclusie
Voor beide wegen geldt dat geen sprake is van een 10-6 plaatsgebonden risicocontour.
Ook het groepsrisico levert geen beperkingen op voor het plangebied. Ten gevolge van de ontwikkeling van een tweetal woningen (binnen de 200 meter-zone van genoemde wegen) zal sprake zijn van een (zeer) beperkte toename van het groepsrisico. Bij de verantwoording wordt in beeld gebracht of en zo ja, in welke mate het berekende groepsrisico aanvaardbaar is.
Voor wat betreft de aan te houden veiligheidsafstanden bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen in de omgeving van bestaande gastransportleidingen is van toepassing de circulaire van het Ministerie VROM ‘’zonering rond hogedruk aardgastransportleidingen’’ (DGMH/B nr. 0104004) van 26 november 1984. Uitgangspunt van deze richtlijn is dat ernaar gestreefd moet worden om bestemmingen die voorzien in het regelmatig verblijf van personen buiten de zogeheten toetsingsafstanden te realiseren.
Op basis van de risicokaart Brabant kan worden geconcludeerd dat binnen het plangebied een hogedrukgasleiding van de Gasunie is gelegen, te weten leiding Z-541-01KR-006-GL. Omtrent de aanwezigheid van deze leiding is informatie ingewonnen bij de Gasunie. Door de Gasunie is aangegeven dat deze leiding inmiddels is losgekoppeld van het gastransport en drukloos en gasvrij is gemaakt. Deels is de leiding reeds verwijderd bij reconstructiewerkzaamheden. Enkele delen van de leiding zijn wel nog aanwezig en genieten nog een kathodische bescherming, maar deze zullen ook in de toekomst niet meer in gebruik worden genomen. Gezien het feit dat er in de betreffende leidingdelen geen gas meer aanwezig is of druk staat, is een beoordeling in het kader van externe veiligheid niet aan de orde.
In het plangebied is een risicovolle inrichting gelegen. Het betreft een LPG-tankstation aan de Vlierdenseweg 232. Derhalve is door Cauberg-Huygen een QRA uitgevoerd, bijlage 15 (rapportnr. 20101276-03, d.d. 30-06-2010).
Plaatsgebonden risico
Omdat sprake is van een zogenaamde categoriale inrichting is het niet toegestaan de plaatsgebonden risicocontouren te berekenen. Uitgegaan moet worden van de risicoafstanden zoals vermeld in de Regeling Externe Veiligheid voor Inrichtingen. Bij besluit van 17 juni 2008 is de doorzet gelimiteerd tot 1.000 m3 per jaar. Een kopie van de beschikking d.d. 17 juni 2008 is als bijlage 16 toegevoegd. Daarnaast was ten tijde van het opstellen van de rapportage nog geen (volledige) invulling gegeven aan de uitvoering om alle LPG-tankauto’s te voorzien van een hittewerende coating, hoewel de datum van 1 januari 2010 reeds is verstreken. Derhalve bedragen de aan te houden afstanden voor het plaatsgebonden risico voor 10-6 per jaar:
LPG-tankstation aan de Vlierdenseweg 232
De voorgenomen ontwikkelingen binnen het bestemmingsplan Kom Vlierden bevinden zich niet binnen de plaatsgebonden risicocontour van 10-6 per jaar van het tankstation. Het plaatsgebonden risico vormt geen belemmering voor de voorgenomen ontwikkelingen.
Groepsrisico
Het groepsrisico ten gevolge van het LPG-tankstation ligt ruim onder de oriëntatiewaarde. De ontwikkelingen binnen het bestemmingsplan Kom Vlierden zorgen voor een geringe toename van het groepsrisico. Bij de verantwoording wordt in beeld gebracht of en in welke mate het berekende groepsrisico aanvaardbaar is.
Het ontwerpbestemmingsplan is voor advies voorgelegd aan de VeiligheidsRegio Brabant-Zuidoost. Dit advies is op 5 november 2010 ontvangen en als bijlage 17toegevoegd aan dit plan. Tevens is de lokale brandweer om advies gevraagd ten aanzien van de bluswatervoorziening en de bereikbaarheid. Dit advies is op 17 november 2010 ontvangen. Zie bijlage 18 voor het lokale brandweer advies. Naar aanleiding van de voornoemde adviezen is deze verantwoording van het groepsrisico tot stand gekomen.
Algemeen
De gemeente Deurne heeft de ambitie om haar inwoners een veilige omgeving te bieden. De beleidsvisie is erop gericht om de risico’s waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld door activiteiten met gevaarlijke stoffen tot een aanvaardbaar minimum te beperken. De risicobronnen die betrekking hebben op het plangebied ten aanzien van het groepsrisico zijn;
De verantwoording heeft dan ook betrekking op bovenstaande risicobronnen.
Kom Vlierden, 1e herziening
De verantwoording heeft betrekking op ontwikkellocatie 06 en een twee verspreid liggende kavels. De ontwikkellocaties zijn bestemd voor de opvang van de natuurlijke groei en de eigen woningbehoefte. De woningen zijn van belang voor de levendigheid van het drop en dienen in die zin een maatschappelijk belang.
Effectbeschrijving en potentiële slachtoffers
Voor het LPG-tankstation en het vervoer er naar toe over de weg is het maatgevende scenario een explosie. Bij het maatgevende ongevalscenario explosie is sprake van een warme BLEVE (Boiling Liquid Expanding Vapour Explosion). Het effectbeeld van een warme BLEVE is een vuurbol met een straal van 100 meter. Binnen deze straal van 100 meter bevinden zich geen overlevenden en zijn gebouwen en bouwwerken onherstelbaar verwoest. De maximale effectafstand bedraagt 400 meter. Daarbuiten vallen statistisch gezien geen slachtoffers meer. Het aantal gewone slachtoffers is een veelvoud van het aantal dodelijke slachtoffers. De gewonden zijn voor de hulpdiensten het meest relevant.
Preventie/zelfredzaamheid bevolking
De aard en omvang van de infrastructuur is zodanig vormgegeven, dat personen zich bij een calamiteit op een snelle wijze van de risicobron af kunnen begeven. Daarnaast maakt de betreffende ontwikkeling enkel woningbouw met een normale mobiliteitsfactor mogelijk en wordt de vestiging van nieuwe risicovolle bedrijven in het plangebied uitgesloten.
Hulpverlening/bestrijdbaarheid/bereikbaarheid
De eerste hulpverlening door de brandweer kan, gelet op de afstand tot de kazerne, relatief snel op gang komen. De huidige opkomsttijd is circa 8 minuten en voldoet hiermee aan de gestelde zorgnormen zoals deze zijn vastgelegd in de Leidraad repressieve basisbrandweer-zorg. De omgeving van de weg en het LPG-tankstation is zodanig ingericht dat hiermee de bereikbaar goed is en kent voldoende ontsluitingswegen die voor de hulpverlening toegankelijk zijn. De bluswaterdekking binnen het gebied is adequaat.
Daarnaast beschikt de gemeente Deurne over een rampenplan, wat de komende jaren regelmatig wordt geoefend. Evenals de rest van de gemeente Deurne beschikt het gebied over een alarmeringssysteem bij rampen e.d..
Basisnet en Plasbrandaandachtsgebied (PAG)
Het vervoer van gevaarlijke stoffen over de Vlierdensedreef en het betreffende gedeelte van de Vlierdenseweg betreft geen basisnet route. Derhalve is een plasbrandaandachtsgebied niet van toepassing.
Conclusie
De gemeente Deurne is van mening dat, ondanks de beperkte toename van het groepsrisico, sprake is van een aanvaardbaar niveau van veiligheid. Gelet op de kleine kans op een ramp met beperkt aantal slachtoffers versus de goede zelfredzaamheid, bestrijdbaarheid en bereikbaarheid. Derhalve achten wij het restrisico acceptabel.
Ten aanzien van de brandveiligheid geldt voor alle objecten in het plangebied een bereikbaarheidseis voor de brandweer. Alle objecten moeten tot op maximaal 25 meter kunnen worden bereikt met een brandweervoertuig. Binnen 40 meter van de toegang van ieder object moet een primaire bluswatervoorziening, bij voorkeur een ondergrondse brandkraan met voldoende capaciteit, beschikbaar zijn.
Enkele objecten binnen het plangebied brengen een extra risico met zich mee. Bij incidenten vragen de volgende objecten mogelijk extra inzet van hulpverleners:
Voor de jaren 2001, 2002 en 2003 zijn de ongevallenlocaties binnen het plangebied in beeld gebracht.
Het merendeel van de ongevallen vond plaats op de Vlierdenseweg. Voor het overige hebben in genoemde periode een beperkt aantal ongevallen plaatsgevonden op de Pastoriestraat - Brouwhuisweg en in de woonbuurt Dorpsakkers.
Duidelijk zichtbaar is de afname van het aantal ongevallen op de Vlierdenseweg na realisatie van de rondweg.
Sociale veiligheid verdient bij het opstellen van bestemmingsplannen de nodige aandacht. Te denken valt hierbij aan een heldere wegenstructuur, overzichtelijke openbare ruimten (straten, paden, plantsoenen), voldoende verlichting, hangplekken en dergelijke.
In dit kader spelen onder meer het politiekeurmerk Veilig wonen, collectieve beveiliging, het Netwerk jeugdoverlast en het project Senioren en Veiligheid een belangrijke rol.
In Vlierden spelen geen zaken van openbare orde en veiligheid die een directe relatie hebben met het bestemmingsplan.