5.2 Bouwregels
Op de voor 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken ten dienst van de bestemming, met dien verstande dat:
-
a. uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegestaan;
-
b. in afwijking van het bepaalde onder a schuilstallen zijn toegestaan, uitsluitend zover deze reeds legaal bestonden op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerpplan, op de plaats en tot de afmetingen zoals die bestonden op genoemd tijdstip.
5.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
-
a. teeltondersteunende voorzieningen met een permanent karakter zijn niet toegestaan;
-
b. voeropslagvoorzieningen zijn niet toegestaan;
-
c. paardenbakken zijn niet toegestaan;
-
d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde (waaronder erf- en terreinafscheidingen) bedraagt niet meer dan 1 meter;
-
e. poorten zijn toegestaan tot een hoogte van maximaal 2 meter.
5.5 Wijzigingsbevoegdheid
5.5.1 Uitbreiding agrarisch bedrijf
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' wijzigen in de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf' zonder de aanduiding 'intensieve veehouderij' en zonder de aanduiding 'intensieve kwekerij' voor de uitbreiding van het agrarisch bedrijf, onder de voorwaarden dat:
-
a. de gronden grenzen aan gronden met de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf' en de wijziging plaatsvindt in het kader van uitbreiding van het agrarische bedrijf dan wel ten behoeve van het dierenwelzijn;
-
b. de wijziging uit bedrijfseconomisch oogpunt noodzakelijk is voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering en/of ontwikkeling van een reëel agrarisch bedrijf;
-
c. na wijziging de totale oppervlakte van het bestemmingsvlak 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf' niet meer bedraagt dan 2 hectare, waarbij tenminste 10% van het bestemmingsvlak (grootte na wijziging) wordt aangewend voor een goede landschappelijke inpassing;
-
d. de wijziging niet strekt tot uitbreiding van intensieve veehouderij;
-
e. de wijziging milieuhygiënisch uitvoerbaar is;
-
f. de gebiedswaarden substantieel worden versterkt conform een ingediend landschapversterkingsplan, door middel van het aanleggen van landschaps- of natuurlijke elementen, het aanbrengen van beeldkwaliteit en/of het herstellen van cultuurhistorische elementen aan gebouwen en/of omgeving;
-
g. de artikelen 5.5.8 en 5.5.9 in acht worden genomen.
5.5.2 Vormverandering agrarisch bedrijf
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' wijzigen in de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf' ten behoeve van de vormverandering van het vlak met de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf', onder de voorwaarden dat:
-
a. de gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' grenzen aan gronden met de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf';
-
b. de totale oppervlakte van de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf' niet toeneemt;
-
c. ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' de vormverandering niet mag plaatsvinden ten behoeve van een intensieve veehouderij;
-
d. de wijziging milieuhygiënisch uitvoerbaar is;
-
e. de gebiedswaarden substantieel worden versterkt conform een ingediend landschapversterkingsplan, door middel van het aanleggen van landschaps- of natuurlijke elementen, het aanbrengen van beeldkwaliteit en/of het herstellen van cultuurhistorische elementen aan gebouwen en/of omgeving;
-
f. de artikelen 5.5.8 en 5.5.9 in acht worden genomen.
5.5.3 Teeltondersteunende voorzieningen
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' wijzigen in de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf' met de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - teeltondersteunende voorzieningen toegestaan' voor de uitbreiding van het agrarisch bedrijf voor permanente en/ of tijdelijke teeltondersteunende voorzieningen, onder de voorwaarden dat:
-
a. de gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' grenzen aan gronden met de bestemming 'Agrarisch - Agrarisch bedrijf';
-
b. de wijziging noodzakelijk en/of gewenst is in het kader van een doelmatige bedrijfsvoering;
-
c. na de wijziging de omvang van het aanduidingvlak 'specifieke vorm van agrarisch – teeltondersteunende voorzieningen' niet meer bedraagt dan 1,5 hectare, waarbij tenminste 10% van het bestemmingsvlak (grootte na wijziging) wordt aangewend voor een goede landschappelijke inpassing;
-
d. de wijziging milieuhygiënisch uitvoerbaar is;
-
e. de gebiedswaarden substantieel worden versterkt conform een ingediend landschapsversterkingsplan, door middel van het aanleggen van landschaps- of natuurlijke elementen, het aanbrengen van beeldkwaliteit en/of het herstellen van cultuurhistorische elementen aan gebouwen en/of omgeving;
-
f. de artikelen 5.5.8 en 5.5.9 in acht worden genomen.
5.5.4 Vormverandering Wonen
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' wijzigen in de bestemming 'Wonen' ten behoeve van de vormverandering van het vlak met de bestemming 'Wonen', onder de voorwaarden dat:
-
a. de totale oppervlakte van de bestemming 'Wonen' niet toeneemt;
-
b. de wijziging milieuhygiënisch uitvoerbaar is;
-
c. de gebiedswaarden substantieel worden versterkt conform een ingediend landschapversterkingsplan, door middel van het aanleggen van landschaps- of natuurlijke elementen, het aanbrengen van beeldkwaliteit en/of het herstellen van cultuurhistorische elementen aan gebouwen en/of omgeving;
-
d. de artikelen 5.5.8 en 5.5.9 in acht worden genomen.
5.5.5 Vergroting Wonen
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' wijzigen in de bestemming 'Wonen' ten behoeve van de vergroting van het vlak met de bestemming 'Wonen', onder de voorwaarden dat:
-
a. de oppervlakte van de bestemming 'Wonen' met maximaal 15% toeneemt;
-
b. de wijziging milieuhygiënisch uitvoerbaar is;
-
c. de gebiedswaarden substantieel worden versterkt conform een ingediend landschapversterkingsplan, door middel van het aanleggen van landschaps- of natuurlijke elementen, het aanbrengen van beeldkwaliteit en/of het herstellen van cultuurhistorische elementen aan gebouwen en/of omgeving;
-
d. de artikelen 5.5.8 en 5.5.9 in acht worden genomen.
5.5.6 Natuurontwikkeling
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Natuur en Landschap' wijzigen in de bestemming 'Natuur' en/ of 'Water' al dan niet onder het toevoegen van de dubbelbestemming 'Waarde - Leefgebied soorten van stromend water' ter plaatse van de aanduidingen 'wro-zone - natuurontwikkelingsgebied', onder de voorwaarden dat:
-
a. de inrichting van de gronden tot natuur of water geen onevenredige belemmering vormt voor het gebruik van de belendende agrarische percelen;
-
b. de natuurontwikkeling op deze gronden geschiedt enkel op basis van vrijwillige medewerking van de grondeigenaren.
5.5.7 Bonussloopregeling
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding uitgesloten - bebouwing' opnemen onder de voorwaarde dat op de betreffende gronden sloop heeft plaatsgevonden zoals bedoeld in 4.4.5 en 4.4.6.
5.5.8 Voorwaarden wijziging
Ten aanzien van de in 5.5.1 t/m 5.5.5 genoemde bevoegdheden geldt dat:
-
a. op gronden gelegen grenzend aan de aanduiding 'milieuzone - ecologische verbindingen' de wijziging uitsluitend is toegestaan, onder de voorwaarde dat het functioneren van de verbindingszone niet onevenredig wordt aangetast;
-
b. op gronden gelegen grenzend aan de aanduiding 'milieuzone - beekherstel' de wijziging uitsluitend is toegestaan, onder de voorwaarde dat dit gebied niet minder geschikt wordt voor de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen;
-
c. door de wijziging de landschappelijke, ecologische, cultuurhistorische of archeologische waarden niet onevenredig worden aangetast.
5.5.9 Advies
Met betrekking tot de toepassing van de in 5.5.1 t/m 5.5.5 genoemde bevoegdheden wordt advies ingewonnen bij:
-
a. de WUBBB ten aanzien van de vraag of de gebiedswaarden in voldoende mate worden versterkt bij uitvoering van het ingediende landschapversterkingsplan (voor zover deze voorwaarde bij de wijzigingsbevoegdheid is opgenomen), waarbij de WUBBB zich zo nodig baseert op een deskundigenrapport;
-
b. de AAB wanneer sprake is van een bedrijfseconomisch advies en/of belang;
-
c. het waterschap ten aanzien van de vraag of de waterhuishoudkundige situatie niet onevenredig wordt aangetast.