direct naar inhoud van Artikel 24 Algemene ontheffingsregels
Plan: Vlissingen bestemmingsplan Buitengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0718.bpbuitengebied-vg99

Artikel 24 Algemene ontheffingsregels

24.1 Ontheffingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van de planregels voor:

  • a. een Nieuwe Economische Drager (NED) op gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden, ter plaatse van een bouwvlak' en op gronden met de bestemming 'Wonen aanduiding voormalig agrarisch bedrijf (vab)' met inachtneming van het volgende:
    • 1. ontheffing kan worden verleend voor:
      • een NED, die voorkomt in de positieve lijst Nieuwe Economische Dragers zoals opgenomen in bijlage 1;
      • overige bedrijfsactiviteiten, die naar aard en omvang gelijk te stellen zijn met de NED's, zoals vermeld in bijlage 1;
    • 2. de oppervlakte van een NED bedraagt ten hoogste de in bijlage 1 genoemde omvang;
    • 3. tenzij toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in sublid b, vindt de NED plaats in bestaande gebouwen op een bouwvlak;
    • 4. de NED, of alle NED's tezamen, behorende bij een agrarisch bedrijf, wordt of worden uitgeoefend in een kleinschalige omvang, hetgeen blijkt uit:
      • de arbeidsbehoefte;
      • de ruimtelijke uitstraling;
      • de verkeersaantrekkende werking;
    • 5. de verkeersveiligheid en de verkeersplanologische functie van de aanliggende wegen niet negatief wordt beïnvloed;
    • 6. opslag van goederen ten behoeve van de NED buiten gebouwen is niet toegestaan;
    • 7. nieuwe bouwwerken, geen gebouwen zijnde, lichtmasten en lichtbakken voor reclamedoeleinden daaronder begrepen, zijn niet toegestaan;
    • 8. ontheffing leidt niet tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen;
    • 9. ontheffing wordt verleend indien is aangetoond dat is voorzien in een adequate landschappelijke inpassing die bestaat uit een beplantingsstrook met een dichte struik- en boomlaag van voornamelijk streekeigen soorten, met een breedte van ten minste 10 meter;
    • 10. ontheffing wordt slechts verleend als zorg wordt gedragen voor ruimtelijke kwaliteitswinst in de vorm van landschaps- of natuurontwikkeling of het verbeteren van de inrichting van het erf ter plaatse van het bouwvlak; alvorens tot wijziging over te gaan vragen burgemeester en wethouders hierover schriftelijk advies van een deskundige;
    • 11. ontheffing wordt slechts verleend als een privaatrechtelijke overeenkomst is gesloten over de aanleg, het beheer en het onderhoud van de landschappelijke inpassing en ruimtelijke kwaliteitswinst;
  • b. het vervangend nieuw bouwen van een gebouw ten behoeve van een Nieuwe Economische Drager (NED) op gronden met de bestemming 'Agrarisch met waarden', ter plaatse van een 'bouwvlak' en op gronden met de bestemming 'Wonen aanduiding voormalig agrarisch bedrijf (vab)' met inachtneming van het volgende:
    • 1. de oppervlakte van het gebouw ten behoeve van de NED bedraagt ten hoogste het in bijlage 1 genoemde oppervlakte;
    • 2. ontheffing wordt verleend, indien tenminste eenzelfde oppervlak aan bestaande agrarische bedrijfsgebouwen behorende tot hetzelfde agrarisch bedrijf of bestaande bedrijfsgebouwen, behorend tot het voormalige agrarische bedrijf, wordt gesloopt;
    • 3. ontheffing wordt uitsluitend verleend, indien ook toepassing is of wordt gegeven aan het bepaalde in lid a van dit artikel;
  • c. het realiseren van een paardenbak op gronden met de bestemming 'Agrarisch met Waarden', 'Wonen' en 'Tuin', met inachtneming van het volgende:
    • 1. het oppervlak van de paardenbak bedraagt ten hoogste 800 m² ;
    • 2. ontheffing wordt niet verleend:
      • binnen een afstand van 100 meter van gronden met de bestemming Natuur;
      • binnen een afstand van 100 meter van gronden met de bestemming Water-Deltawater;
      • binnen een afstand van 50 meter ten opzichte van de meest nabij gelegen woning van derden;
      • binnen een afstand van 100 m van gronden met de bestemming Verblijfsrecreatie;
    • 3. de paardenbak grenst aan een bouwvlak of bestemmingsvlak, waarbinnen een agrarisch bedrijf of een woning is toegestaan en aanwezig is;
    • 4. verlichting door middel van lichtmasten is niet toegestaan;
    • 5. geluidsinstallaties zijn niet toegestaan;
    • 6. ontheffing leidt niet tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van aangrenzende bestemmingen en functies;
    • 7. ontheffing wordt verleend, indien is aangetoond, dat de landschapswaarden, zoals benoemd in lid 3.1 onder b, niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad, waartoe dient te worden voorzien in een adequate landschappelijke inpassing.
  • d. afwijkingen van de in deze voorschriften voorgeschreven breedte- en dieptematen, oppervlakten, afmetingen en bebouwingspercentages en/of de uitkomst daarvan, met uitzondering van de hoogtebepalingen, tot ten hoogste 10%;
  • e. afwijkingen tot ten hoogste 10.00 meter in de plaats, richting of afmetingen van bestemmings- en bouwgrenzen ten behoeve van:
    • 1. een geringe aanpassing van het tracé of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling, indien de verkeersveiligheid of de verkeersintensiteit daartoe aanleiding geeft;
    • 2. een ruimtelijk of technisch beter verantwoorde situering van bouwwerken;
    • 3. een aanpassing van de bij uitmeting van een terrein blijkende werkelijke toestand;
  • f. het oprichten van antennes, antenne-opstelpunten en zend- en ontvangstmasten voor mobiele telefonie, radio- en televisiecommunicatie en alarmeringsvoorzieningen, zoals een sirene, tot 40.00 meter.
24.2 Procedureregel

Bij toepassing van de ontheffingsbevoegdheid gelden de algemene procedureregels in deze planregels.