direct naar inhoud van 2.2 Vigerend gemeentelijk beleid
Plan: Kom Vrouwenpolder
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0717.0031BPVrpAp-VG01

2.2 Vigerend gemeentelijk beleid

Het gemeentelijk beleid voor de kern Vrouwenpolder is vastgelegd in verschillende beleidsstukken. In deze paragraaf zijn enkel de Structuurvisie Vrouwenpolder, de Kadernotitie Detailhandel en Horeca, Project Vrouwenpolder en het Tweede woningen beleid verkort weergegeven. Deze beleidsdocumenten geven de belangrijkste beleidskaders weer en hoe dit is vertaald in voorliggend bestemmingsplan.

Structuurvisie Vrouwenpolder (2002)

Het gemeentelijk beleid voor de kern Vrouwenpolder is vastgelegd in de Structuurvisie Vrouwenpolder. Het doel van de structuurvisie is het ontwikkelen van een integrale, toekomstgerichte ruimtelijke beleidsvisie, gericht op behoud en versterking van de ruimtelijke kwaliteit en de identiteit van de verschillende kernen in de gemeente.

Beleid

Voor de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden van de kern gelden de volgende uitgangspunten:

  • behoud en versterking van een aantrekkelijk woonmilieu met de daarbij behorende voorzieningen;
  • behoud en versterking van de recreatieve waarde van de kern;
  • een goede landschappelijke en stedenbouwkundige inpassing van de nieuwe verkeersstructuur (N57).

Aanbevelingen uit het beleid en vertaling in dit bestemmingsplan

Het centrumgebied biedt voldoende mogelijkheden voor een goed voorzieningenniveau. Gelet op de evenwichtige afstemming tussen wonen en recreatie en de ruimtelijke kenmerken van het centrumgebied is op voorhand geen substantiële uitbreiding van het centrumgebied gewenst. In het centrumgebied wordt functieverandering van bijvoorbeeld woningen naar horeca en detailhandel aanvaardbaar geacht. Horeca is slechts in beperkte mate toegestaan. Uitgangspunt is een maximum aantal van 8 horecagelegenheden.

Kadernotitie detailhandel en horeca (2006)

In 2006 is de Kadernotitie detailhandel en horeca vastgesteld. De kadernotitie is een actualisatie/aanscherping van de paragrafen over horeca en detailhandel in de in 2002 door de gemeenteraad vastgestelde structuurvisie Vrouwenpolder.

In de structuurvisie is ten aanzien van horeca en detailhandel aangegeven dat het bestaande concentratiegebied voor horeca en detailhandel voldoende mogelijkheden biedt voor een goed voorzieningenniveau. Om die reden is op voorhand dan ook geen substantiële uitbreiding van het centrumgebied gewenst. Dit betekent echter niet dat er geen enkele ontwikkeling kan worden toegestaan. In het centrumgebied is functieverandering aanvaardbaar. In de notitie wordt een maximum van 8 horecavestigingen aangehouden.

Beleid

Als centrumgebied is aangemerkt de Dorpsdijk aan beide zijden van nummer 11 tot en met 44 inclusief de hoekpanden. In bijlage 2 is de begrenzing van het centrumgebied weergegeven. Verder is in deze notitie gedetailleerder ingegaan op de vestiging en omvang van detailhandels- en horecavestigingen. Voor detailhandel wordt 500 m² aan bruto verkoopoppervlak (bvo) per vestiging aanvaardbaar geacht. Daghoreca is toegestaan tot 50% van het aantal panden binnen het centrumgebied.

Vertaling beleid in bestemmingsplan

Voor dit bestemmingsplan zijn centrumvoorzieningen geïnventariseerd (zie bijlage 3). Er is op dit moment sprake van 5 panden met een (volwaardige) horecafunctie. De verhouding tussen het aantal detailhandels- en horecavestigingen binnen het centrumgebied is evenwichtig en sluit aan bij het beleid dat er nog ruimte is voor 3 (volwaardige) horecafuncties in het centrumgebied. Verdere toevoeging van horeca in het centrumgebied zal het evenwicht tussen detailhandel en horeca uit balans brengen.

De supermarkt die centraal in het centrum ligt maakt geen deel uit van het centrumgebied, evenals Restaurant De Heksenketel en Hotel Café Restaurant Duinoord.

Project Vrouwenpolder

Beleid

In 2008 werd de behoefte aan structurele verbetering van de ruimtelijke omgeving in Vrouwenpolder onder de aandacht gebracht. Aandachtspunten zijn een gebrek aan samenhang tussen de dorpskern en het toeristisch gebied, de behoefte aan een facelift voor de toeristische infrastructuur, druk op de kwaliteit en omvang van de voorzieningen en mogelijke gevolgen van de voorspelde bevolkingskrimp. In 2009 is een denktank geformeerd om voor deze aandachtspunten een visie op te stellen. Dit heeft geresulteerd in het rapport “Kust..Rust..”. Als vervolg op deze visie heeft de gemeenteraad in november 2010 de “Opzet voor een ontwikkelingsvisie Vrouwenpolder” vastgesteld om te komen tot een ontwikkelingsvisie in de vorm van een Dorpsplan met enkele deelplannen. Het dorpsplan wordt de basis voor toekomstige planologische ontwikkelingen voor een planduur van circa 10 jaar. Het dorpsplan zal met name op de ruimtelijke component van Vrouwenpolder ingaan; daar waar relevant zal er afstemming met maatschappelijke ontwikkelingen zijn.

Vertaling beleid in bestemmingsplan

Vooruitlopend op de resultaten van het dorpsplan is voor de Dorpsdijk nummers 19 tot en met 31a een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om herontwikkeling van dit gebied mogelijk te maken. In paragraaf 2.3 wordt hier nader op ingegaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0717.0031BPVrpAp-VG01_0002.jpg"

Figuur 2.1. Plangebied project Vrouwenpolder (bron: gemeente Veere)

Tweede woningen beleid

Vrouwenpolder is als badplaats mede bepalend voor het recreatieve gezicht van de gemeente Veere. Toerisme en recreatie vormen samen met wonen dan ook de belangrijkste functies voor de verdere ruimtelijk-functionele ontwikkeling van de kern. Gelet op de grote druk door recreatie en toerisme op de woonfunctie in de kern is de onderlinge afstemming van deze functies een belangrijk aandachtspunt om het evenwicht zoals die er nu is ook in de toekomst te behouden.

Beleid

Tweede woningen spelen in veel kernen een belangrijke rol in de woningmarkt. Zij geven problemen voor de leefbaarheid en woonkwaliteit. In de Gebruiksverordening 2ewoningen is het gebruik van woningen in het werkingsgebied als tweede woning verboden. Op basis van deze verordening voert de gemeente een gericht handhavingsbeleid. Flankerend beleid is evenwel noodzakelijk om de bestaande voorraad in de kernen optimaal te kunnen benutten en de negatieve effecten voor de leefbaarheid te beperken. Effecten hiervan zijn naar verwachting pas op langere termijn te verwachten. Het terugbrengen van tweede woningen in de permanente sfeer gaat overigens niet ten koste van de woningbouwcapaciteit.

Aanbevelingen uit het beleid en vertaling in dit bestemmingsplan

In dit bestemmingsplan is in beginsel aan woongebouwen de bestemming 'Wonen' toegekend. De bestemming 'Verblijfsrecreatie' is enkel voorbehouden aan objecten die daarvoor worden gebruikt en geschikt zijn. Het terugdringen van het bezit van een tweede woning in de kern Vrouwenpolder kan daarmee ook via het spoor van het bestemmingsplan worden bewerkstelligd. Immers, structureel recreatief gebruik van een voor 'Wonen' bestemde woning is niet toegestaan.

Buitengebied

Beleid

Het gedeelte ten noorden van de Noorddijk en een klein gedeelte ten zuiden hiervan maakt onderdeel uit van het buitengebied van de gemeente Veere en niet van de kern Vrouwenpolder. Dit betekent dat er vanuit het provinciaal en gemeentelijk beleid voor gebouwen en functies vaak andere regels gelden dan voor gebouwen en functies die binnen de kern zijn gelegen. Dit heeft bijvoorbeeld betrekking op het onder voorwaarden mogelijk maken van Nieuwe Economische Dragers bij (voormalig)agrarische bedrijven maar ook op het toegestane bouwoppervlakte en bouwvolume.

Vertaling in dit bestemmingsplan

Met uitzondering van het mogelijk maken van een ontsluiting van het parkeerterrein van de Augustinushof vinden er geen ontwikkelingen in het buitengebied plaats. Daarom is het uitgangspunt het vigerende bestemmingsplan Buitengebied (1999).