direct naar inhoud van Artikel 15 Recreatie - Strand
Plan: Buitengebied Veere
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0717.0016BPBgbAp-VG01

Artikel 15 Recreatie - Strand

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Strand' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor de zeewering alsmede voor de recreatie en het behoud, herstel en/of versterking van de aanwezige natuurwetenschappelijke waarden en tevens voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - catamarancentrum': een catamarancentrum;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - strandpaviljoen': een horecavestiging in de vorm van een strandpaviljoen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - sanitaire voorzieningen': sanitaire voorzieningen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine': kleedcabines;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'strandhuis': strandhuisjes ten behoeve van verblijfsrecreatie;
  • f. waterhuishoudkundige voorzieningen.
15.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

15.2.1 Toelaatbare bebouwing

Op deze gronden mogen worden gebouwd:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - catamarancentrum': een catamarancentrum en sanitaire voorzieningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - strandpaviljoen' : strandpaviljoens en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen of overkapping zijnde;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine': kleedcabines;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'strandhuis': strandhuisjes;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal hoofdbadposten': maximaal het aantal aangeduide hoofdbadposten;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal badposten': maximaal het aantal aangeduide badposten;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de kustverdediging.
15.2.2 Gebouwen
  • a. gebouwen worden gebouwd in het bouwvlak;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine' zijn kleedcabines met een maximale oppervlakte van 5 m2 toegestaan;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'strandhuis' zijn strandhuisjes met een maximale oppervlakte van 40 m2;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - kleedcabine' en 'strandhuis' zijn tevens sanitaire voorzieningen toegestaan met een maximale oppervlakte per voorziening van 15 m2;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport - catamarancentrum' zijn gebouwen toegestaan met een maximale oppervlakte van 121 m2 en een bouwhoogte van maximaal 6 meter;
  • f. de oppervlakte van een strandpaviljoen mag niet meer bedragen dan 300 m2;
  • g. in aansluiting op een strandpaviljoen is een terras toegestaan met een oppervlakte van maximaal 300 m2;
  • h. de bouwhoogte van een strandpaviljoen mag ten hoogste 6 meter bedragen, met dien verstande dat beneden de vloerhoogte slechts bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde, zonder wanden zijn toegestaan, met uitzondering van opslagruimte en/of kleed- en strandhuisjes met een gezamenlijke oppervlakte van ten hoogste 25 m2;
  • i. de oppervlakte van een hoofdbadpost mag niet meer bedragen dan 100 m2;
  • j. de oppervlakte van een badpost mag niet meer bedragen dan 50 m2;
  • k. de bouwhoogte per hoofdbadpost mag niet meer bedragen dan 6 meter;
  • l. de bouwhoogte per badpost mag niet meer bedragen dan 3,5 meter.
15.2.3 Bouwwerken, geen gebouw zijnde
  • a. de bouwhoogte van licht- en vlaggenmasten bedraagt ten hoogste 12 meter;
  • b. de bouwhoogte van antennes bedraagt ten hoogste 5 meter;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 2 meter.
15.3 Nadere eisen
15.3.1 Eisen

Burgemeester en wethouders kunnen bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen, nadere eisen stellen omtrent de plaatsing van bouwwerken ten opzichte van de grenzen van de bouwvlakken of perceelsgrenzen en ten opzichte van elkaar.

15.3.2 Voorwaarden

De nadere eisen mogen slechts worden gesteld met het doel te voorkomen, dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken onevenredig worden aangetast of afbreuk wordt gedaan aan de doeleinden van het plan, waaronder mede worden verstaan het behoud van de aanwezige waarden.

15.4 Afwijken van de bouwregels
15.4.1 Uitbreiding strandpaviljoen

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 15.2.2 onder g ten behoeve van een uitbreiding van een strandpaviljoen tot maximaal 20% van de oppervlakte, zijnde 60 m2, met dien verstande dat de gezamenlijke oppervlakte van het strandpaviljoen en terras, als bedoeld in 15.2.2 onder f en g, niet meer mag bedragen dan 600 m2.

15.4.2 Nieuwbouw strandpaviljoens

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wro, het plan te wijzigen ter plaatste van 'wro-zone wijzigingsgebied 2', ten behoeve van het toevoegen van een strandpaviljoen, met inachtneming van het volgende:

  • a. de oppervlakte van een strandpaviljoen mag niet meer bedragen dan 300 m2;
  • b. in aansluiting op een strandpaviljoen is een terras toegestaan met een oppervlakte van maximaal 300 m2;
  • c. de bouwhoogte van een strandpaviljoen mag ten hoogste 6 meter bedragen, met dien verstande dat beneden de vloerhoogte slechts bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde, zonder wanden zijn toegestaan, met uitzondering van opslagruimte en/of kleed- en strandhuisjes met een oppervlakte van ten hoogste 25 m2;
  • d. de plaatsing van een strandpaviljoen mag niet leiden tot onevenredige llichtuitstraling;
  • e. bij de toewijzing zal een koppeling worden aangebracht met de SSW-inschrijving op basis van een Programma van Eisen;
  • f. na wijziging zijn de regels in Artikel 15 van overeenkomstige toepassing.
15.4.3 Uitbreiding ten behoeve van nevenactiviteiten

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 15.2.2 onder g ten behoeve van een uitbreiding van een strandpaviljoen ten behoeve van de uitoefening van nevenactiviteiten, zoals aangegeven in Bijlage 14 dan wel naar aard vergelijkbare activiteiten, tot maximaal 20% van de oppervlakte, zijnde 60 m2, met dien verstande dat de gezamenlijke oppervlakte van het strandpaviljoen en terras als bedoeld in 15.2.2 onder f en g, niet meer mag bedragen dan 600 m2.

15.4.4 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 15.2.3:

  • a. tot een hoogte die maximaal gelijk is aan de in een bouwvlak toelaatbare bouwhoogte;
  • b. tot een hoogte van maximaal 6 meter op gronden waar geen gebouwen zijn toegestaan;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a en b tot een hoogte van maximaal 15 meter, indien het bouwwerk, geen gebouw zijnde, een zend- of ontvangstmast is.