direct naar inhoud van 4.3 Luchtkwaliteit
Plan: Dorpskern Hoornaar
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0689.BP3000-vast

4.3 Luchtkwaliteit

Beleid en normstelling

Het toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door de in de Wet milieubeheer (Wm) geïntegreerde Wet luchtkwaliteit. De Wm bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk langs wegen met name de grenswaarden voor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in onderstaande tabel weergegeven. De grenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet.

Tabel 4.2 Grenswaarden maatgevende stoffen Wm

stof   toetsing van   grenswaarde   geldig  
stikstofdioxide (NO2)   jaargemiddelde concentratie   60 µg/m³   2010 tot en met 2014  
  jaargemiddelde concentratie   40 µg/m³   vanaf 2015  
fijn stof (PM10)1)   jaargemiddelde concentratie   48 µg/m³   tot en met 10 juni 2011  
  jaargemiddelde concentratie   40 µg/m³   vanaf 11 juni 2011  
  24-uurgemiddelde concentratie   max. 35 keer per jaar meer dan 75 µg/m³   tot en met 10 juni 2011  
  24-uurgemiddelde concentratie   max. 35 keer per jaar meer dan 50 µ/m³   vanaf 11 juni 2011  
  • 1. Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij de Wlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007).

In het kader van een goede ruimtelijke ordening moet bij de vaststelling van een bestemmingsplan vanuit het oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens rekening gehouden met de luchtkwaliteit.

Onderzoek

Het bestemmingsplan is consoliderend van aard. Er is geen sprake van ontwikkelingen die een effect hebben op de luchtkwaliteit. Uit de saneringstool (www.saneringstool.nl) die behoort bij het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) volgt dat de jaargemiddelde concentraties NO2 en PM10 langs wegen in het plangebied ruimschoots beneden de grenswaarden zijn gelegen. Gelet op de prognoses voor de jaren 2015 en 2020 wordt ook in de toekomst geen overschrijding van de grenswaarden verwacht. Als gevolg van generieke maatregelen, zoals schonere motoren, is er in de toekomst sprake van een verbetering van de luchtkwaliteit.

Conclusie

Geconcludeerd wordt dat concentraties van luchtverontreinigende stoffen ruimschoots beneden de grenswaarden zijn gelegen. Het aspect luchtkwaliteit vormt geen belemmering voor de vaststelling van het bestemmingsplan.