Binnenstad herziening 2 - 2010

3.2 Luchtkwaliteit

Sinds 15 november 2007 is de "Wet luchtkwaliteit" van kracht. Deze wet vervangt het Besluit luchtkwaliteit 2005. De aanleiding daartoe is de maatschappelijke discussie die ontstond als gevolg van de directe koppeling tussen ruimtelijke ordeningsprojecten en luchtkwaliteit. De directe koppeling had tot gevolg dat veel geplande (en als noodzakelijk of gewenst ervaren) projecten geen doorgang konden vinden in overschrijdingsgebieden. Bovendien moest voor ieder klein project met betrekking tot luchtkwaliteit een uitgebreide toets worden gedaan. Met de "Wet luchtkwaliteit" en bijbehorende bepalingen en hulpmiddelen, wil de overheid zowel de verbetering van de luchtkwaliteit bewerkstelligen als ook de gewenste ontwikkelingen in ruimtelijke ordening doorgang laten vinden. De kern van de "Wet luchtkwaliteit" bestaat uit de (Europese) luchtkwaliteitseisen.

Gelet op de aard van deze herziening (kleinschalig, perceelsniveau, geen wezenlijke veranderingen in de verkeersaantallen) kan worden aangenomen dat er geen overschrijding van de normen uit de wet zijn te verwachten. De ontwikkelingen in de herziening zijn 'niet in betekenende mate'. Ontwikkelingen zullen niet leiden tot een significante verslechtering van de luchtkwaliteit in het plangebied. Aangenomen wordt dat de extra verkeersaantrekkende werking van deze ontwikkelingen dermate beperkt (verwaarloosbaar) is en een relatief geringe en voor de algemene luchtkwaliteit een verwaarloosbare bijdrage levert aan de verkeersomvang in het plangebied.

De toekomstige situatie wordt beschreven aan de hand van de autonome verkeersgroei, aangezien in dit bestemmingsplan geen grootschalige ontwikkelingen zijn opgenomen. Indien in de toekomst wel grootschalige ontwikkelingen zullen plaatsvinden, dient de bijdrage van deze bouwplannen in een aanvullend onderzoek te worden berekend en beoordeeld.