direct naar inhoud van 4.4 Externe veiligheid
Plan: West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0606.BP0002-0002

4.4 Externe veiligheid

4.4.1 Algemeen

Bij Externe Veiligheid (EV) gaat het om de gevaren die de directe omgeving loopt in het geval er iets mis mocht gaan tijdens de productie, het behandelen of het vervoer van gevaarlijke stoffen. De daaraan verbonden risico's moeten aanvaardbaar blijven. Binnen de EV worden twee normstellingen gehanteerd:

  • het Plaatsgebonden Risico (PR) richt zich vooral op de te realiseren basisveiligheid voor burgers;
  • het Groepsrisico (GR) stelt beperkingen aan de maatschappelijke ontwrichting als gevolg van calamiteiten met gevaarlijke stoffen.

Kwetsbare objecten, zoals woningen, zijn niet toegestaan binnen de 10-6 contour van het PR:

  • rond inrichtingen waarin opslag / verwerking gevaarlijke stoffen plaatsvindt;
  • langs transportroutes (weg, spoor, water, buisleiding) waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd.

In het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), in geval van inrichtingen, de circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, in geval van transportroutes voor gevaarlijke stoffen, en het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb), in geval van buisleidingen is opgenomen dat voor iedere toename van het GR een verantwoordingsplicht geldt, ook als de verandering geen overschrijding van de oriëntatiewaarde veroorzaakt.

4.4.2 Risicobronnen

Voor dit bestemmingsplan heeft de DCMR Milieudienst Rijnmond de externe veiligheidsaspecten voor het plangebied in kaart gebracht. Het volledige rapport “Bestemmingsplan Schiedam-West, advies externe veiligheid” (nr. 20959243, d.d. 29 oktober 2009 ) is als Bijlage 3 en de update van dit advies (nr. 21161656, d.d. 3 mei 2011) als Bijlage 4 bij de toelichting gevoegd. In deze update is ook de ontwikkeling in de Distillateursbuurt (Toernooiveld) meegenomen. De andere ontwikkelingen welke het bestemmingsplan mogelijk maakt zijn buiten de verschillende invloedsgebieden gelegen en daarmee niet relevant voor de externe veiligheid.

4.4.2.1 Inrichtingen

Uit het rapport blijkt dat er twee voor de veiligheid relevante inrichtingen in het plangebied liggen; de benzinestations aan de Nieuwe Haven 233 en Vlaardingerdijk 363. Omdat er geen LPG wordt verkocht vallen beide inrichtingen niet onder de werking van het Bevi zodat er formeel geen ruimtelijke beperkingen zijn. Ter plaatse van beide inrichtingen is wel sprake van een effectafstand van 50 meter bij calamiteiten (plasbrand ten gevolge van een lekkage bij een tankauto). Omdat er binnen dit effectgebied geen nieuwe ontwikkelingen zijn gepland, is geen verantwoording van het groepsrisico vereist.

Buiten het plangebied liggen diverse voor de veiligheid relevante inrichtingen. De PR 10-6-contour van deze inrichtingen reiken niet tot het plangebied. Het invloedsgebied van HSM Steel Structures aan de Westfrankelandsedijk, welke niet valt onder de werking van het Bevi, reikt voor een klein deel over het zuidelijk deel van het plangebied. Het invloedsgebied valt over het Volkspark. Binnen dit gebied is geen bebouwing aanwezig en zijn ook nieuwe ontwikkelingen gepland. Een verantwoording van het groepsrisico is om deze reden niet vereist.

4.4.2.2 Transportroutes

Het plangebied ligt binnen het invloedsgebied van de transportroute over de rijksweg A4 (Benelux - Knooppunt Kethel). De PR 10-6-contour van de rijksweg A4 valt binnen de grenzen van de weg. Het grootste invloedsgebied (950 meter) van de rijksweg A4 wordt bepaald door een Bleve2 scenario ten gevolge van een calamiteit bij het transport van stofcategorie GF3 (LPG). Het project 'De Wachters' in de Distillateursbuurt (Toernooiveld) is gelegen binnen dit invloedsgebied, maar heeft een verwaarloosbare toename van het groepsrisico tot gevolg. Het groepsrisico ligt daarnaast ver onder de oriëntatiewaarde. Een uitgebreide verantwoording van het groepsrisico is daarom niet noodzakelijk.

De PR 10-6-contour van de Nieuw Maas reikt tot de oever en ligt daarmee ruim buiten het plangebied. Het invloedsgebied als gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen over de Nieuwe Maas bedraagt 1070 meter en wordt bepaald op basis van een toxische wolk scenario. Het invloedsgebied loopt over het zuidelijke deel van het plangebied. Het groepsrisico ten gevolge van de Nieuwe Maas overschrijdt in de bestaande situatie de oriëntatiewaarde3. De ontwikkelingen in de Distillateursbuurt zorgen niet voor een toename van het groepsrisico.