direct naar inhoud van 7.4 Zienswijzen
Plan: Boulevard I
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP2050Boulevard1-OH01

7.4 Zienswijzen

De (deel)gemeente Rozenburg heeft het ontwerpbestemmingsplan Boulevard I gedurende een periode van zes weken ter inzage gelegd. Een ieder heeft gedurende deze periode zienswijzen kunnen indienen. In totaal zijn twee (waaronder één namens meerdere belanghebbenden) zienswijzen ingediend.

In de volgende paragraaf wordt per indiener een samenvatting gegeven van de zienswijze en wordt deze voorzien van een passende beantwoording.

7.4.1 Zienswijze provincie Zuid-Holland

Samenvatting zienswijze provincie Zuid-Holland (1 februari 2010):

De provincie stelt in haar zienswijze dat de opmerkingen die in het kader van het vooroverleg zijn gemaakt ten aanzien van het aspect water, onvoldoende zijn overgenomen in het ontwerpbestemmingsplan. De zienswijze heeft betrekking op de wijze waarop het aspect water in het plan is vastgelegd. Ter motivering wordt het volgende opgemerkt:

Aangezien onderhavig plan de bouw van twee woontorens mogelijk maakt, is er sprake van toename van verhard oppervlak binnen het plangebied. In het plan wordt daarom terecht ter compensatie van de toenemende verharding open water gerealiseerd. Dit wordt gerealiseerd door ten zuidwesten van het plangebied een bestaande hoofdwatergang te verbreden. Deze uitbreidingsmogelijkheid is volgens de waterparagraaf ook aangegeven in het stedelijk waterplan. Voornoemd waterplan is echter nog niet vastgesteld. De compensatie lijkt daarmee nog niet financieel en planologisch geborgd. Dit is wel een vereiste ingevolge de nota Regels voor Ruimte.

Bovendien zijn de twee woontorens grotendeels gepland in de Keurzone van de primaire waterkering (tot hoever in de kernzone is niet duidelijk). Op grond van de nota Regels voor Ruimte is nieuwbouw in de Keurzone (kern- en beschermingszone) van primaire waterkeringen in principe uitgesloten. Van dit beleid kan worden afgeweken, mits goed gemotiveerd. Indien de gemeente zich desondanks aan deze planlocatie vasthoudt, wordt een uitgebreide motivatie op dit punt verwacht, waarbij in ieder geval wordt ingegaan op de wijze van verwerking van het advies van het waterschap ten aanzien van de bouw in de Keurzone. Op bovengenoemd onderdeel wordt in het geheel niet ingegaan. Er is slechts aangegeven dat het plangebied voor een belangrijk deel binnen de beschermingszone van de primaire waterkering langs de Nieuwe waterweg ligt. Verder wordt aangegeven dat binnen de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterkering' beperkingen ingevolge de Keur van het waterschap gelden. De procedure om te komen tot een Keurvergunning moet nog worden doorlopen.

De provincie heeft geconstateerd dat er wel overleg heeft plaatsgevonden met het Waterschap. Het advies van de waterbeheerder over de effecten van geplande bebouwing in de Keurzone van de waterkering is echter niet verwerkt in de regels en op de plankaart. In overleg met het waterschap dient alsnog een passage hierover in de waterparagraaf van het bestemmingsplan te worden opgenomen. Daarbij dient onderbouwd te worden - ook met het oog op de zeespiegelstijging - dat er geen sprake mag zijn van significante belemmeringen voor onderhoud, veiligheid of versterking van de betreffende kering.

Beantwoording:

Als gevolg van de nadere uitwerking van de bouwplannen (nu duidelijkheid bestaat over het daadwerkelijk te bebouwen/verharden gebied) is voor Boulevard I opnieuw de watercompensatie berekend en heeft hierover overleg plaatsgevonden met het waterschap. Ten aanzien van de watercompensatie is afgesproken dat de benodigde watercompensatie zal worden gerealiseerd door de hoofdwatergang ten zuidwesten van het plangebied te verbreden. Deze locatie is ook in het gemeentelijk waterplan als compensatielocatie benoemd en de huidige bestemming verzet zich niet tegen het verbreden van de hoofdwatergang ter plaatse. Tussen de gemeente en de ontwikkelende partij is middels een anterieure overeenkomst het verbreden van de watergang formeel vastgelegd. De kosten die gemoeid zijn met het realiseren van de watercompensatie zijn in de exploitatiebegroting van het project opgenomen. Het realiseren van de compensatie is als gevolg hiervan zowel financieel als juridsich-planologisch gewaarborgd.

Ten aanzien van het bouwen in de Keurzone van de primaire waterkering heeft op basis van de bouwplannen wederom overleg plaatsgevonden met het waterschap. Het waterschap heeft hierbij de bouwplannen getoetst aan de Keur. Op basis hiervan is geconcludeerd dat de gebouwen vergund kunnen worden (Keurvergunning). Uitgaande hiervan zijn stabiliteitsberekeningen voor de dijk niet noodzakelijk. Indien echter ten behoeve van de bouw aanvullingen of afgravingen tegen de dijk plaatsvinden dient deze berekening uitgevoerd te worden. In de regels en op de plankaart is geregeld dat niet gebouwd mag worden in de keurzone van de waterkering. Alvorens dit plaats kan vinden dient het college van burgemeester en wethouders de afwijkingsprocedure te doorlopen waarbij op basis van het definitieve bouwplan schriftelijk advies ingewonnen dient te worden bij het waterschap. Daarnaast heeft de ontwikkelaar de verplichting op grond van de Waterwet om alvorens te starten met de werkzaamheden een vergunning aan te vragen bij het waterschap. Op deze wijze zijn voldoende toetsmomenten vastgelegd waardoor de belangen van de dijkbeheerder voldoende zijn gewaarborgd. Hierdoor zal er ook geen sprake zijn van significante belemmeringen voor onderhoud, veiligheid of versterking van de waterkering.

7.4.2 Zienswijze omwonenden

Samenvatting zienswijze Buren en omwonenden locatie hoek Grote Stern / Koninginnelaan (5 februari 2010):

In de zienswijze maken omwonenden bezwaar tegen het ontwerpbestemmingsplan Boulevard I op basis van algemene en puntsgewijze aspecten.

Allereerst heerst er onduidelijkheid over de naamgeving van het plan en de wijze van publiceren. In de publicatie in de Rozenburgse Courant is gesproken over een Ontwerpbestemmingsplan. In de stukken die via de website aangeboden werden is een Ontwerpbestemmingsplan niet vermeld, maar is als status 'definitief' opgenomen.

Het aangeboden stuk wordt eveneens beoordeeld als onleesbaar en onbegrijpelijk door het vele technische en ambtelijke taalgebruik en de grote hoeveelheid documenten. Aangevoerd wordt dat hiermee het democratische doel van de procedure in gevaar gebracht wordt. Gesteld wordt dat het plan zich uitput, door met veel aannames en onzekerheden, te becijferen en te beredeneren dat op procedurele zaken een haalbaarheid van het voorstel mogelijk zou kunnen of moeten zijn. Het geheel geeft hierdoor de indruk dat van een heldere afweging geen sprake is. De grote hoeveelheid en het uiterst kritische karakter van veiligheid en overlast beoordelingen zou al een teken moeten zijn om de huidige bestemming niet te willen wijzigen.

Beantwoording:

Er is geprobeerd zoveel mogelijk in begrijpelijke taal te schrijven echter is technisch taalgebruik vaak nodig om de strekking van zaken op de juiste manier te verwoorden. Bij eventuele onduidelijkheden is de gemeente altijd beschikbaar om een nadere toelichting te geven. De grote hoeveelheid documenten is noodzakelijk om aan alle wettelijke vereisten te kunnen voldoen.

Een concrete argumentatie waaruit de noodzaak zou blijken voor een bestemmingswijziging ontbreekt. Het openbaar groen be- en onderhouden, dus geen bouwplannen op groenlocaties, en behoud van het dorpse karakter van Rozenburg was en is het devies van de Rozenburgse bevolking.

In de zienswijze wordt tevens aangehaald dat in recente publicaties, van verschillende maatschappelijke organisaties die zich inzetten voor het milieu, de woonomgeving en de natuur in algemene zin, het behoud en zelfs het creëren van groenlocaties in woonomgevingen als een noodzaak wordt gezien. De indiener vindt het opmerkelijk dat een afweging op hierboven genoemde zaken ontbreekt.

Beantwoording:

De bouwmogelijkheden binnen de bebouwde kern van Rozenburg zijn beperkt. Door te kiezen voor twee op een strategische plek gesitueerde woontorens in de noordrand van de bebouwde kern wordt een meer omvattend ruimtebeslag, zoals bij grondgebonden woningen, en een meer omvattende aantasting van de groene ruimte op een efficiënte wijze voorkomen. Van een willekeurig volbouwen van groene locaties is daarmee geen sprake. Situering van de woontorens op een locatie die meer centraal binnen de kern ligt is niet gewenst in verband met aspecten als schaduwwerking naar de bestaande woonomgeving en de verkeersaantrekkende werking binnen een centraler gelegen deel van Rozenburg. Bovendien dient terughoudendheid te worden betracht bij het opofferen van de meer centraal binnen de woonomgeving gelegen groenelementen en parkgebieden. Omdat bij appartementen de privé-buitenruimte beperkt is dient bij de situering van de torens sprake te zijn van een ruimtelijk bijzondere aantrekkelijke omgeving en uitzicht, zonder dat daarbij de woonkwaliteit van de bestaande omgeving onevenredig wordt aangetast. De woontorens worden daarom gebouwd in de directe nabijheid van de noordelijke hoofdentree van Rozenburg (Nieuwe Weg en Boulevard). Hierdoor is de schaduwwerking naar de bestaande woonomgeving beperkt. Ook hoeft het verkeer van en naar de woontorens niet door het woongebied te worden geleid. Rozenburg wordt aan meerdere zijden omgeven door een goed gedimensioneerde groenstructuur, bestaande uit groen en water. Deze groenstructuur van Rozenburg wordt niet door het plan aangetast. Er zal wel enig groen worden opgeofferd maar de hoofdstructuur onder meer bestaande uit een groene randzone rond Rozenburg en de meer aaneengesloten groengebieden van Rozenburg (zoals het aan de noordwestzijde gelegen sport- en recreatiegebied en het aan de oostzijde gelegen groengebied bij Nieuw Blankenburg) zal behouden blijven. Het openbare karakter van de groene ruimte ter hoogte van de aansluiting van de ruimtelijke assen van de Koninginnelaan en Grote Stern op de Boulevard wordt niet aangetast. De twee torens vormen daar een stedenbouwkundig- ruimtelijk accent en een oriëntatiepunt bij de entree van Rozenburg. De torens worden gebouwd ten noordwesten van het tennispark en daarmee in de ruimtelijke restzone tussen het tennispark en een minder aantrekkelijke verkeersknoop. Deze situering leidt tot een stedenbouwkundig betere uitstraling van de noordelijke entree en is zodanig dat de oostelijk van het tennispark gelegen groene randzone tussen de Boulevard en de Esdoornlaan intact en goed bereikbaar blijft. Het groene karakter van de noordrand van Rozenburg wordt niet onnodig of onevenredig aangetast maar wel voorzien van een herkenbaar ruimtelijk accent bij een van de belangrijkste entrees van Rozenburg. Van een verslechtering van de onderhoudsituatie van het groen hoeft geen sprake te zijn. Juist bij woontorens is een goed beheer en onderhoud van de groene woonomgeving gewenst vanwege het gebrek aan grotere privé-buitenruimten.

De zienswijze is aangevuld met (per paragraaf) puntsgewijze opmerkingen. Deze opmerkingen betreffen onder paragraaf:

H1 Inleiding

1.1

Tekst gaat uit van een definitieve situatie en is daarom voor een concept niet van toepassing. Wat wordt bedoeld met momenteel is het plangebied binnen de groene zoom gelegen. De tijdsbepaling momenteel is opmerkelijk. Het artikel stelt zaken zonder onderbouwing hiervan. Groen behouden is de nadrukkelijke wens van de overgrote meerderheid van de Rozenburgers.

Beantwoording:

Deze inleidende paragraaf geeft de aanleiding en het doel van het bestemmingsplan. Hierin wordt eveneens een korte beschrijving gegeven van de ontwikkeling. In deze paragraaf wordt tevens aangegeven dat de geplande ontwikkeling mogelijk moet worden gemaakt middels dit bestemmingsplan. Van een definitieve situatie wordt dus niet gesproken. De tijdsbepaling 'momenteel' slaat op de situatie zoals deze nu is. Om eventuele onduidelijkheid te voorkomen is de zinsopbouw van de inleiding aangepast.

1.2

De kwalificatie 'historisch' voor de straten en wegen is niet ter zake. Tekst verwoord een mening en is geen vastgestelde waarde. De omschrijving verwoord hoofdzakelijk een situatie die door de Rozenburgers graag behouden wordt. Tijdens bijeenkomsten in de Rozet bleek overduidelijk dat de Rozenburgers het huidige Rozenburg willen behouden en geen verdere aantasting of wijzigingen willen van hun woonomgeving.

Beantwoording:

Deze paragraaf geeft een korte beschrijving van de geschiedenis en ligging van het plangebied in zijn omgeving. De kwalificatie 'historisch' moet dan ook in dit verband worden gezien en is niet bedoeld als 'vastgestelde waarde'.

1.3

De plankaart is door een onvolledige legenda niet goed leesbaar.

Beantwoording:

De plankaart is opgesteld en vormgegeven op basis van de nieuwe Wro, het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) en de daarbij behorende ministeriële regelingen. Op basis van deze regelingen dienen bestemmingsplannen op vergelijkbare wijze opgebouwd en te worden gepresenteerd en tevens digitaal uitwisselbaar te worden gemaakt. Dit bestemmingsplan sluit hierbij aan waarbij eveneens rekening is gehouden met het gemeentelijke handboek bestemmingsplannen. De bij de plankaart opgenomen legenda dekt alle opgenomen bestemmingen en aanduidingen. De legenda is volledig.

H2 Juridische plantoetsing

2.1

Geen invulling van een juridisch kader maar behoud van openbaar groen is wat de Rozenburgers wensen. Het door de gemeente stellen van gevolgen en conclusies vanuit antwoorden op vragen van geheel andere aard kan en mag nooit een motivatie zijn voor het maken van dit soort ingrijpende plannen. Democratie en fatsoenlijk bestuur worden in twijfel getrokken. Door de profilering (hoogteverschillen) van het terrein is een stedenbouwkundig ontwerp, zoals bedoeld door de gemeente Rozenburg, praktisch onmogelijk.

Beantwoording:

paragraaf 2.1 geeft een verantwoording van de wijze waarop het bestemmingsplan is vormgegeven. In deze paragraaf wordt aangegeven aan welke wettelijke regelingen het plan voldoet en waarom gekozen is voor het toepassen van flexibiliteit in de regeling. De paragraaf is dus niet bedoeld als onderbouwing van het stedenbouwkundig ontwerp of de locatiekeuze.

2.2

Er wordt gesproken over een juridische regeling. Aanduiding, benoeming van deze regeling ontbreekt in de tekst.

Beantwoording:

De tekst onder paragraaf 2.2 geeft een beschrijving van de opbouw van de bij het plan behorende regels. De paragraaf kan gezien worden als een leeswijzer. Het daadwerkelijk benoemen van de regeling vindt dan ook plaats in deel 'B' regels.

2.3

De tekst onder de noemer groen is onsamenhangend en hierdoor onleesbaar. Het gebied is nu een schitterende groenvoorziening en wordt ten zeerste door de Rozenburgers gewaardeerd. Het gebied mag met de omliggende delen als een icoon van Rozenburg beschouwd worden. Geen concrete stukken zijn verkrijgbaar om een concrete vaststelling te doen over de veiligheid van de burgers met betrekking tot de aanwezige olieleidingen. Enige jaren terug zijn vanuit de overlevering gegevens en situaties bekend die wijziging van de bestemming onmogelijk maakten. Zie analyse van de VRR.

Beantwoording:

De tekst als opgenomen onder het kopje 'Groen' geeft een beschrijving van de inhoud van de bestemming 'Groen'. Deze bestemming is opgenomen om de rechtszekerheid te geven dat in deze delen van het plangebied geen gebouwen worden gerealiseerd en de groenstructuur behouden blijft. De in de zienswijze aangegeven olieleidingen zijn apart bestemd en zodoende niet in dit tekstdeel opgenomen. Vanuit het aspect externe veiligheid bestaan geen belemmeringen om het gebied te ontwikkelen.

H3 Bestaande situatie

3.2

De genoemde goede woonenclave verdwijnt in hoog tempo als openbaar groen gewijzigd wordt in beton en baksteen. De doelstelling van destijds wordt door het volbouwen bedreigd. Ook hier kan worden gesteld dat de Rozenburgers behoud en vooral goed onderhoud van de huidige staat wensen. Een ronduit nee tegen dergelijke plannen is praktisch zonder uitzondering het antwoord van de Rozenburger.

Beantwoording:

zie beantwoording onder algemene punten.

3.3

Het dijklichaam is eigenlijk alleen langs de boulevard aanwezig. Door het behouden van de locatie als openbaar groen wordt bij het binnenkomen van Rozenburg het groene karakter weergegeven. Een stedenbouwkundige invulling van deze locatie is mede hierdoor ongewenst door de Rozenburgse bevolking. Ook hierbij kan verwezen worden naar de bijeenkomsten in de Rozet.

Beantwoording:

zie beantwoording onder algemene punten.

H4 Beleidskader

4.1

Een dergelijk plan is per definitie niet de beste optie voor waarborging van het milieu, de kwaliteit en de veiligheid. Het is de omgekeerde wereld om te stellen dat op enigerlei wijze het milieu of de veiligheid met een dergelijke planwijziging gediend is.

Het bestuur van Rozenburg is in de afgelopen perioden op verlerlei manieren sterk bekritiseerd. Veelal had dit betrekking op de wijziging van zelfstandige gemeente naar een deelgemeente van Rotterdam. Hierdoor is het voorstellen van dergelijke belangrijke wijzigingen vlak voor het tijdstip van de wijziging in deelgemeente een onjuist tijdstip. Uit de documenten blijkt dat ook Rotterdam niet vooraf geconsulteerd is. Rotterdam zal dus met voldongen feiten worden geconfronteerd. Bij dergelijk handelen zijn ernstige kanttekeningen te plaatsen. Een frisse start na maart 2010 voor dit plan, alle vergelijkbare plannen en andere belangrijke zaken is in sterke mate te overwegen.

Beantwoording:

Paragraaf 4.1 geeft een beschrijving van de inhoud van de Nota Ruimte welke in 2006 is vastgesteld. De Nota Ruimte geeft in hoofdlijnen het ruimtelijk rijksbeleid. In dit plan is aangegeven dat hoogbouw en ondergronds bouwen een belangrijke rol spelen bij de optimale benutting van het bebouwd gebied. De geplande ontwikkelingen in het plangebied sluiten hierbij aan. Politieke ontwikkelingen op lokaal niveau spelen binnen dit genoemde rijksbeleid geen rol. Ten aanzien van de genoemde 'frisse start' heeft de gemeente de plannen heroverwogen en besloten om de massa en hoogte van de nieuwbouw aan te passen.

4.2

De voorgestelde wijzigingen sluiten op geen enkele wijze aan bij het streven van RR2020.

Beantwoording:

In RR2020 worden de ruimtelijke keuzes op provinciaal niveau verwoord. Deze ruimtelijke keuzes zijn uitgewerkt in een aantal speerpunten, waaronder de genoemde vraag naar zorgproducten en wonen met zorg. De opgenomen paragraaf geeft een beschrijving van dit ruimtelijk plan. Het feit dat er voor het bestemmingsplan geen relevante passages zijn opgenomen in het bestemmingsplan neemt niet weg dat deze niet gerealiseerd kunnen worden.

4.3

Door het wijzigen van de bestemming en de voorgestelde bouwvormen is het respect voor de omgeving en het wooncomfort van de omwonenden volledig verdwenen. Er is nauwelijks een Rozenburger zonder banden met het gemeentebestuur te vinden die de stellingen in tekst onderschrijft. De hier opgevoerde veronderstellingen staan haaks op de gevoelens van het behouden en verbeteren van Rozenburg zoals de Rozenburgers bedoelen. Woningbouw op strategische plaatsen betekent in dit geval niet anders dan het ongewenst volbouwen van iedere denkbare locatie. De in deze paragraaf opgevoerde teksten neigen naar een megalomaan karakter. Relevantie van waterplannen op de voorgestelde wijziging is niet duidelijk. De wijziging van de bestemming kan per definitie niet een verbetering betekenen. Het Groenstructuurplan sluit aan bij de mening van de Rozenburgers. Groen en Rozenburg niet verder veranderen / verslechteren maar onderhouden en behouden is het devies. Het Groenstructuurplan is speerpunt en hoofdzaak in de algemeen geldende opvatting van de Rozenburger. "Verbeteren behoud en onderhoud van het openbaar groen".

Beantwoording:

zie beantwoording onder algemene punten.

4.4

Rozenburg kan als dorp niet geschaard worden onder provinciaal binnenstedelijk beleid. Door de bijzondere ligging van Rozenburg in het industrie- havengebied is per definitie een dergelijk algemeen beleid niet toepasbaar. Het bestuur van Rozenburg zou het provinciaal bestuur hierop moeten wijzen. Rekening houden met de omstandigheden, ligging van Rozenburg en de wensen van de Rozenburgers zou het enige juiste beleid zijn van betrokken besturen.

Beantwoording:

Op provinciaal niveau zijn in de Verordening Ruimte bebouwingscontouren aangegeven. Het plangebied valt binnen deze bebouwingscontouren en is hiermee aan te merken als binnenstedelijk gebied. Het woord 'binnenstedelijk' wordt dan ook verkeerd geïnterpreteerd. Met binnenstedelijk wordt bedoeld ontwikkelingen 'binnen de bebouwde kom' ongeacht de omvang van het dorp/(deel)gemeente.

H5 Sectorale aspecten

5.2

De bodem is ook geschikt voor het behoud van de huidige bestemming.

Beantwoording:

Het bodemonderzoek is uitgevoerd om aan te tonen of deze gronden geschikt zijn voor bewoning. De huidige bestemming is inderdaad ook mogelijk. De bodemkwaliteit staat beide bestemmingen niet in de weg.

5.3

In algemene termen is door de bijzondere ligging van Rozenburg een duidelijk gegeven dat minder bewoners minder slachtoffers dus een lager risico betekent. Het behouden van bevolkingaantallen met betrekking tot het behoud van openbare voorzieningen is een illusie. De relevantie tot het willen wijzigen van het bestemmingsplan in enkele sub artikelen is niet of nauwelijks aanwezig. Het al of niet met de hakken over de spreekwoordelijke sloot binnen veiligheid en overige normeringen vallen is geen reden om een bestemming te wijzigen. Zie ook bladzijde 46 en 47 van de analyse van de VRR. Concrete gegevens zijn niet of moeilijk beschikbaar. Een toetsing in het kader van de terinzagelegging is binnen de gestelde termijn niet haalbaar. Door het grote belang hiervan is hierdoor het openbaar belang in het geding. De gehele toetsing op veiligheid, milieu en op de natuuraspecten lijkt uiterst kritisch in de marge te zitten van wat wel en wat niet toegestaan is. De op dit moment geboden termijn en mogelijkheden zijn niet toereikend om een helder beeld te krijgen. Het belang hiervan is zeer groot. Verdere verdieping en nader afweging zijn noodzakelijk. Bouwen op dergelijke kritische gevaarlijke plekke is met de kennis en met het hedendaags inzicht uit den boze.

Beantwoording:

Het onderzoek naar externe veiligheid is uitgevoerd om te onderzoeken of de ontwikkeling past binnen de kaders als gegeven in de wet en regelgeving. Dit onderzoek, waarvan de conclusies in het bestemmingsplan zijn opgenomen, geeft aan dat er met betrekking tot het aspect externe veiligheid geen belemmeringen zijn voor de geplande ontwikkelingen. De externe veiligheidsvisie, waarnaar in de paragraaf wordt verwezen, is opgesteld in samenwerking met de hiervoor bevoegde organen DCMR milieudienst Rijnmond, de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR), de provincie Zuid Holland en het Havenbedrijf BV. Deze organisaties zijn tevens in het kader van het vooroverleg om advies gevraagd. De resultaten van dit vooroverleg zijn opgenomen in paragraaf 7.3. Toetsing van dit plan aan externe veiligheid heeft geen belemmeringen opgeleverd voor de wijziging van de bestemming.

5.4

Bij de beoordeling van de brongeluiden lijkt geen rekening gehouden te zijn met de praktische omstandigheden. Ter plaatse van de locatie wordt door het verkeer veelal geremd en geaccelereerd. De Boulevard is door het ontbreken van adequate snelheidsremmende maatregelen veelal een racebaan. Behoud van de functie als openbaar groen kan door de reinigende werking van het groen een positieve bijdrage leveren. Het gebruik van geluidarm, asfalt is nauwelijks van belang. Uitlaat en motorgeluiden bij afremmen en accelereren bepalen de geluidsproductie ter plaatse.

Beantwoording:

Het aspect geluid is getoetst aan de kaders die worden gegeven door de Wet geluidhinder waarbij toetsing heeft plaatsgevonden op basis van het aantal motorvoertuigen, de snelheid, de voertuigverdeling en de afstand van de bebouwing tot de weg. Uit het onderzoek blijkt dat het aspect geluid de bestemmingswijziging niet in de weg staat.

5.5

Verwijderen van openbaar groen is een verslechtering van dit openbaar groen. Het tegenovergestelde is waarlijk ondenkbaar.

Beantwoording:

Paragraaf 5.5 geeft de resultaten van het onderzoek naar luchtkwaliteit op basis van de Wet luchtkwaliteit. In deze paragraaf is aangegeven dat het aspect luchtkwaliteit binnen de aangegeven kaders in de wet geen belemmeringen oplevert voor realisatie van het plan. Hierbij is nadrukkelijk een afweging gemaakt over het realiseren van woningbouw en het verloren gaan van openbaar groen.

5.7

Flora en fauna zijn beter gediend bij behoud van openbaar groen. Een onafhankelijk onderzoek zou gedaan moeten worden met betrekking tot de aanwezige flora en fauna. Er is mogelijk door de gemeente geen volledige correspondentie verstrekt over de aanwezige vleermuizen. Uitsluitsel en inzicht over de aanwezige fauna ontbreekt hierdoor. Een advies van een ter zake kundige maatschappelijke organisaties op het gebied van de natuur is zeer wenselijk zo niet geboden.

Beantwoording:

Door het onafhankelijk adviesbureau Mertens zijn onderzoeken uitgevoerd naar de aanwezige flora en fauna, waarbij de effecten van de ontwikkeling zijn beschreven. Deze onderzoeken zijn als bijlage opgenomen in het bestemmingsplan. Tijdens dit onderzoek zijn verschillende beschermde soorten aangetroffen tijdens veldbezoeken. De verwachting is echter dat deze als gevolg van de plannen niet in hun voortbestaan of verspreiding wordt bedreigd. Het realiseren van de bebouwing heeft in dit kader geen nadelige gevolgen voor de flora en fauna.

5.8

Meer verharding van aardoppervlak is onwenselijk. Bouwen is dus onwenselijk. Openbaar groen is dus wenselijk. De provinciale overheden hebben een beleid wat gericht is op gezond, groen en veilig. Openbaar groen volbouwen is dat niet. De informatie over de compensatie van het openbaar groen ontbreekt. Het terrein heeft sterk wisselende maaiveldhoogtes. Hierdoor is het terrein een 3 m diepe kom. Een verantwoorde stedenbouwkundige invulling is praktisch gezien niet te maken. De wisselende peilhoogten van bestaande en eventuele nieuwe bebouwing komen op een onverantwoorde wijze sterk uit elkaar te liggen. Het terrein is absoluut niet als bouwgrond maar wel als openbaar groen geschikt te maken voor de toekomst. Niet bouwen is ook duurzaam. De conclusie is door gebrek aan gegevens en tijd niet te controleren.

Beantwoording:

De overheid heeft niet uitsluitend beleid geformuleerd over gezondheid, groen en veiligheid maar ook over onder meer wonen, werk, verkeer en recreatie. Binnen de bebouwde kom van Rozenburg is ruimte gezocht voor de bouw van nieuwe woningen. Door te kiezen voor woontorens wordt spaarzaam met de ruimte omgegaan en wordt onnodige toename van verhard oppervlak en onevenredige aantasting van groen voorkomen. Van aantasting van structureel groen is geen sprake. De bouw van de torens leidt tot een benodigde watercompensatie van 396 m². In overleg met het waterschap is besloten om de bestaande hoofdwatergang in peilvak 20-03 ten zuidwesten van het plangebied te verbreden. In het bouwplan is optimaal rekening gehouden met de lagere maaiveldligging van de locatie door te kiezen voor de aanleg van een parkeervoorziening op het maaiveld met een dek. In het stedenbouwkundig plan en bouwplan is goed rekening gehouden met meerdere aspecten van duurzaamheid dan uitsluitend behoud van groen.

5.9

Het ontbreken van archeologische zaken is op zich geen argument om de bestemming te willen wijzigen.

Beantwoording:

Paragraaf 5.9 geeft een beschrijving van het aspect archeologie en haar invloed op het bestemmingsplan. De paragraaf is dus niet bedoeld als onderbouwing of argumentatie voor het wijzigen van de bestemming. Het is enkel een toetsing aan het europees en provinciaal archeologisch beleid.

5.10

Beschreven zaken zijn niet relevant voor het wijzigen van de bestemming.

Beantwoording:

De in deze paragraaf beschreven zaken zijn inderdaad niet relevant voor het wijzigen van de bestemming, maar geven aan waaraan het plan dient te voldoen in het kader van 'Duurzaam bouwen' en het 'Politiekeurmerk Veilig Wonen'. Op deze wijze wordt invulling gegeven aan het gemeentelijk beleid.

5.11

Het ingesloten parkeerterrein zal zonder twijfel ongewenst gedrag uitlokken. De verhoogde terrassen nodigen eveneens uit tot ongewenst gebruik van de hieronder gelegen ruimten. Het bieden/bouwen van parkeergelegenheid is geen argument op zich om dit tezamen met woongelegenheid dan ook maar te doen.

Beantwoording:

Ongewenst gedrag is nimmer uit te sluiten en doet zich ook voor op in de openlucht gelegen parkeerterreinen. Het merendeel van de parkeerplaatsen wordt ondergebracht in de te realiseren parkeervoorziening. De wijze waarop toezicht gehouden wordt of kan worden op parkeervoorzieningen vormen geen ruimtelijke afweging in het kader van een bestemmingsplan.

5.12

Verkeerstechnisch is dit plan op zich maar ook in combinatie met andere plannen een ernstige maar zeker een ongewenste situatie. De situatie ter plekke is zonder het extra aanbod al een kritische verkeerssituatie.

Beantwoording:

Het plangebied ligt ter hoogte van de aansluiting van de Grote Stern, Koninginnelaan en de Boulevard Rozenburg. Het plangebied wordt ontsloten vanaf de aansluiting Grote Stern - Koninginnelaan. De Grote Stern is een gebiedsontsluitingsweg met een maximumsnelheid van 50 km/h. De Koninginnelaan is een erftoegangsweg met een maximumsnelheid van 30 km/h. Het fietsverkeer wordt conform de inrichting van Duurzaam Veilig gemengd afgewikkeld. De Grote Stern is een gebiedsontsluitingsweg binnen de bebouwde kom en is voorzien van fietssuggestiestroken. Binnen de bebouwde kom van Rozenburg ontbreken vrijliggende fietspaden. Wel zijn fietssuggestiestroken aanwezig. De ontsluiting voor het fietsverkeer mag als goed worden aangemerkt. In de beschrijving van de sectorale aspecten is onder 4.12 verkeer aangegeven dat er sprake zal zijn van een extra verkeerstoename van circa 378 motorvoertuigen per etmaal. Dit is een beperkte toename van het verkeer waarvoor de Grote Stern en Koninginnelaan nog voldoende capaciteit bieden. De aansluiting van het plangebied op de openbare weg betreft een in- en uitrit en is vanwege het type weg voldoende veilig.

H6 Economische uitvoerbaarheid

Hoe is de conclusie / toetsing verricht? Economische haalbaarheid is met woningen die gebouwd worden op een kritische mogelijk zelfs levensgevaarlijke locatie uiterst twijfelachtig.

Beantwoording:

Met betrekking tot deze ontwikkeling is een anterieure overeenkomst afgesloten tussen de initiatiefnemer en de gemeente. Alle kosten van de herontwikkeling komen voor rekening van de initiatiefnemer. Tussen de initiatiefnemer en de gemeente is tevens een planschadeovereenkomst afgesloten omtrent het uitkeren van eventuele planschadevergoedingen. De financieel-economische uitvoerbaarheid is daarmee gewaarborgd, zodat het plan kan worden gerealiseerd. Hiertoe is ook afgezien van het vaststellen van een exploitatieplan. De veronderstelling dat de woningen op een levensgevaarlijke locatie worden gebouwd is niet juist. Hiernaar is onderzoek verricht waarvan de conclusies zijn opgenomen in paragraaf 4.3.

Verantwoording

Het plan is als juridisch kader niet geschikt voor een bestemmingswijziging. Maatschappelijk wordt in alle geledingen van de Nederlandse en zeker ook van de Rozenburgse samenleving veel waarde gehecht aan de kwaliteit van de woonomgeving en in dit geval aan het openbaar groen. Telkenmale is in publicaties en door middel van andere uitingen gebleken dat de Rozenburgers geen openbaar groen willen inwisselen voor bebouwing.

Beantwoording:

Het hoofdstuk verantwoording planvorm als opgenomen in het ontwerpbestemmingsplan betreft een verantwoording van de manier waarop het bestemmingsplan is vormgegeven. Met deze vormgeving wordt voldaan een de vormvereisten die voortvloeien uit de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). Dit bestemmingsplan vormt hiermee het juridische kader waarbinnen in het plangebied de ontwikkeling mogelijk wordt gemaakt. Voor een verantwoording van de bebouwing in het openbaar groen wordt verwezen naar de beantwoording onder de algemene punten.

Overleg en Inspraak

Concrete informatie over jurisprudentie en het niet volgen van procedures zijn niet via de website van Rozenburg beschikbaar. Inhoudelijke toelichting ontbreekt. De informatieavonden zijn door de wijze waarop deze georganiseerd waren uitsluitend als een opsomming / opgave van vaststaande feiten te karakteriseren. Reacties en vragen werden genegeerd. Waarom is kleinschaligheid aanleiding om via de ter visie legging te communiceren? De term kleinschaligheid staat in schril contrast met de hoeveelheid documenten. De toetsing bij organisaties en instanties blijkt niet altijd concreet en inhoudelijk of volledig te zijn geweest. Toetsing bij het toekomstige (maart 2010) bestuur zijnde de Gemeente Rotterdam ontbreekt. Dit is een bedenkelijke situatie. Toetsing door belanghebbende / relevante maatschappelijke organisaties is bij een bedenkelijk omstreden plan een onvermijdelijke noodzakelijkheid.

Beantwoording:

De Wro bevat geen procedurevoorschriften met betrekking tot de inspraak. Deze is in de wet niet verplicht gesteld. Dat neemt niet weg dat het de gemeente vrij staat toch inspraak te verlenen bijvoorbeeld op grond van de gemeentelijke inspraakverordening. In relatie daarmee bepaalt artikel 150 van de Gemeentewet onder meer dat in een gemeentelijke inspraakverordening moet worden geregeld op welke wijze personen en rechtspersonen hun mening kenbaar kunnen maken. Bij het onderhavige bestemmingsplan is de inspraakverordening van de gemeente Rozenburg niet gehanteerd. Uit jurisprudentie blijkt dat dit mogelijk is aangezien in bestemmingsplanprocedures op een andere manier formele inspraak mogelijk is. De bewoners zijn in de voorbereidingsfase geïnformeerd over het plan Boulevard I. De resultaten, voortvloeiend uit de stedenbouwkundige studie, zijn in een door de gemeente georganiseerde informatieavond gepresenteerd. Tevens is medegedeeld dat de bruikbare en toepasbare reacties meegenomen zullen worden bij de uitwerking van het onderhavige bestemmingsplan. Voor het plan Boulevard I is ervoor gekozen om via de wettelijke procedure (start tervisielegging) nader te communiceren met omwonenden en andere betrokkenen. Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro artikel 3.1.1.) geeft aan dat burgemeester en wethouders bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg voeren met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met de diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. De instanties die in kennis gesteld moeten worden over het bestemmingsplan (waaronder de stadsregio Rotterdam) zijn geïnformeerd. Daarnaast is voor het project op 3 maart 2011 wederom een informatiebijeenkomst bij de deelgemeente georganiseerd. Dit is een zeer drukke avond geweest waarbij circa 250 mensen aanwezig zijn geweest. Naar aanleiding van deze avond hebben zich circa 140 huishoudens aangemeld met serieuze interesse voor het project. Het project lijkt daarom ook te voorzien in een grote behoefte onder de Rozenburgse bevolking.