direct naar inhoud van 3.2 Ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige configuratie
Plan: IJsselmonde-Centrum
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP1004IJsCentrum-oh02

3.2 Ruimtelijke structuur en stedenbouwkundige configuratie

IJsselmonde heeft een concentrische opbouw. Het uitbreidingsplan voor Groot IJsselmonde (1961) ging uit van afgraving van aanwezige dijken (niet uitgevoerd). Ook andere objecten werden in de planfiguur ingepast - dit geldt met name voor tientallen locaties die in gebruik waren bij de Nederlandse Aardolie Maatschappij (N.A.M.) ten behoeve van oliewinning. Deze zogenaamde NAM-locaties zijn in de groenstructuur ingepast. Ook moest rekening gehouden worden met een rioolwaterzuivering, waterlopen, bemalingsvoorzieningen en een geplande uitbreiding van het rijkswegennet (huidige A15).

De bouw begon in de vroege jaren zestig van de vorige eeuw op basis van het Uitbreidingsplan Groot IJsselmonde uit 1956. Het stedenbouwkundig plan dat hieraan ten grondslag lag is afkomstig van ir. Van Drimmelen en betreft in feite een uitvergroting van de stedenbouwkundige opzet die hij rond 1950 voor Lombardijen had ontwikkeld. Van Drimmelen koppelde de wijkgedachte aan een antroposofische opvatting en zag de wijk als een rustige woonomgeving als tegenwicht van de moderne en complexe maatschappij. De ruimtelijke structuur kent een hiërarchie vergelijkbaar met een boom (van wortel tot nerf). Het centrum vormt de stam, de buurtontsluitingswegen de takken en zo verder. Het ontwerp voorziet in een H-vormige structuur van uitvalswegen in combinatie met een centrumring waaraan als bloemblaadjes de verschillende woonbuurten van IJsselmonde zijn opgehangen. De uitvalswegen maken verbinding met het centrum van Rotterdam en de Ruit van Rotterdam. De woonbuurten werden van elkaar gescheiden door groenzones en hoofdwegen met een ruim en groen profiel.

Binnen de centrumring zijn als twee voornaamste centrale voorzieningen voor IJsselmonde gesitueerd het winkelcentrum Keizerswaard en het park De Twee Heuvels. Het winkelcentrum zou een kruising van routes moeten zijn in het hart van de wijk. Echter, tijdens de aanleg is de duidelijke schematische wijkopzet verstoord geraakt. Met name het vervallen van de dijkafgraving is van grote invloed geweest. Hierdoor kon de beoogde ruimtelijke samenhang tussen het centrumgebied en het park niet worden gerealiseerd. Dit heeft tot gevolg gehad dat onder meer de Kerkedijk en de Boezemkreek in de stedenbouwkundige structuur van de wijk opgenomen zijn. Daarnaast bleek de schaalgrootte van de stedenbouwkundige opzet te groot voor een consistente ruimtelijke uitwerking (bijvoorbeeld de ruim vier kilometer lange centrumring is nooit een herkenbare continue route geworden).

Winkelcentrum Keizerswaard

Het winkelcentrum was eerst nog niet overdekt. Aanvankelijk was het de bedoeling om het winkelcentrum door te trekken naar het gebied ten westen van de Kerkedijk om zodoende een verbinding te maken met het park De Twee Heuvels en de Adriaan Volkerlaan. In de oorspronkelijke stedenbouwkundige opzet lag het winkelcentrum tussen de pootjes van de H-vormige structuur van hoofdwegen. Door protesten van de bevolking is het echter zover nooit gekomen. Het winkelgebied is begin jaren '90 ingrijpend gerenoveerd waarbij Keizerswaard een overdekt winkelcentrum werd met ongeveer 80 winkels en een divers winkelaanbod.

Park De Twee Heuvels

Het park De Twee Heuvels van ongeveer 25 hectare is ontworpen op wijkniveau in Engelse landschapsstijl naar ontwerp van Jan Roeterink en functioneel gericht op wandelen en verpozen. Kenmerken van het ontwerp zijn een zo natuurlijk mogelijke vormgeving, kronkelende paden en afwisseling tussen openheid en geslotenheid. De kreek aan de westzijde van het park, een oorspronkelijke waterloop, vormt een belangrijk landschappelijk element binnen de groenstructuur in het gebied. De looproutes van het park zijn intern circulair waardoor het park zich afwendt van de directe omgeving.

Groenstructuur

De groenstructuur vormt een belangrijk onderdeel van de sociale intenties die Van Drimmelen nastreefde. Het groen in de woonbuurten is vooral gericht op de ontwikkeling van een tolerante gezindheid en bestaat uit buurtscheidende groene geleidingsstroken en buurttuinen. De geleidingsstroken vormen tevens speelruimten voor de jeugd en de buurttuinen zijn ten nutte van jongere kinderen en ouderen. Op deelgemeenteniveau is er ruimte voor recreatie (volkstuinen, sporthallen e.d.).

Verkeersstructuur

De hoofdstructuur voor het autoverkeer wordt gevormd door de Dwarsdijk, Groene Tuin en Reyerdijk. Deze wegen liggen van noordwest naar zuidwest als een hoefijzer om het plangebied. Het plangebied wordt voorts doorsneden van oost naar west door de Groeninx van Zoelenlaan en de Olympiaweg (verbonden door Klein Nieuwland) en van noord naar zuidwest door de Adriaan Volkerlaan en de Kreekhuizenlaan (verbonden door Klein Nieuwland). Dit zijn tevens twee belangrijke stedenbouwkundige dragers. Dit geldt ook voor de oorspronkelijke verbindingsroute Zuider Kerkedijk en Noorder Kerkedijk die evenwijdig ligt aan de noord-zuidwest verbinding. Deze Kerkedijk betreft een oude aan weerszijden bebouwde dijk die een stedenbouwkundige barrière heeft gevormd om een consequent (modern) stedenbouwkundig plan te kunnen toepassen. De verdere binnenwijkse ontsluiting verloopt via een regulier stratensysteem. De routes voor langzaam verkeer (fiets en voet) volgen eveneens dit systeem.

In het plangebied is reguliere civieltechnische infrastructuur aanwezig in de ondergrond (bijvoorbeeld nutsvoorzieningen ten behoeve van woningen). Daarnaast zijn er een beperkt aantal leidingen die gezien hun aard en/of omvang nadere planologische vastlegging behoeven. Het betreft een gasleiding (Groeninx van Zoelenlaan), een rioolpersleiding en (ondergrondse) hoogspannningsleiding.

Woningvoorraad

In het programma van eisen, dat destijds ten grondslag lag aan de ontwikkeling van de woningbouw, werden de beoogde bewoners aangemerkt als werknemers uit de toen groeiende haven- en industriegebieden en werknemers uit de dienstensector in het centrum van Rotterdam. In beginsel bestemde Van Drimmelen indertijd de woningen binnen de centrale ring voor de middenklasse en de woningen erbuiten voor woningwetbouw voor arbeiders (52,8%). (Alleen Reijeroord en Zomerland kwamen geheel voor particuliere bouw beschikbaar).

Vandaag de dag daalt het aantal inwoners gestaag. Een andere trend is de vergroening en ontgrijzing, ondanks dat de groep 55+-ers nu nog goed vertegenwoordigd is. De nieuwe huishoudens bestaan voor een groot deel uit kinderrijke huishoudens van niet-Nederlandse afkomst.