Plan: | Poortwijk fase III |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0584.BPWONEN2010009-VG99 |
Ontsluiting gemotoriseerd verkeer
De ontwikkeling is gelegen ten zuidoosten van de bestaande kern Oud-Beijerland en gaat onderdeel uitmaken van de bebouwde kom van Oud-Beijerland. De ontwikkeling vormt een uitbreiding op de bestaande wijk Poortwijk II. Het plangebied wordt primair ontsloten op de Kwakscheweg. De Kwakscheweg maakt onderdeel uit van de N217, welke via de nieuwe randweg-Kwakscheweg-Groeneweg langs Oud-Beijerland loopt. Dit is een gebiedsontsluitingsweg met een maximumsnelheid van 80 km/h. Aangezien de nieuwe randweg is gerealiseerd, wordt het noordelijke deel van de Stougjesdijk gelegen langs de kern autoluw gemaakt door deze weg middels een knip geheel af te sluiten voor het doorgaande autoverkeer (behoudens hulpdiensten en landbouwverkeer). Dit gedeelte van de Stougjesdijk krijgt, nu de oostelijke rondweg is voltooid, de functie van erftoegangsweg.
In westelijke richting ontsluit de N217 de kern van Nieuw-Beijerland. In noordoostelijke richting voert de N217 richting Puttershoek en sluit aan op de rijksweg A29 (Rotterdam - Bergen op Zoom) alwaar het landelijk verkeerswegennet kan worden bereikt. In zuidelijke richting ontsluit de Stougjesdijk, overgaand in de Molendijk (N488) en de Rijksstraatweg, de kern van Numansdorp. Dit gedeelte van de Stougjesdijk is gecategoriseerd als erftoegangsweg buiten de bebouwde kom met snelheidsregime van 60 km/h. Ten noorden van Numansdorp is eveneens een op-/afrit naar de rijksweg A29 aanwezig. Alle wegen rondom het plangebied zijn ingericht conform de richtlijnen van Duurzaam Veilig.
Ontsluiting langzaam verkeer
Het fietsverkeer binnen het plangebied wordt, conform de richtlijnen van Duurzaam Veilig, overwegend gemengd met het autoverkeer afgewikkeld. Vanwege de aanwezige school in het plangebied, is ervoor gekozen een vrijliggend fietspad te realiseren vanaf de voorzieningenstrook in het zuiden van het plangebied naar Poortwijk II. Ook komen er twee vrijliggende fietspaden in oost-westrichting. Eén pad loopt net ten noorden van de strook met voorzieningen van de kreek tot aan de Stougjesdijk en zorgt ervoor dat de voorzieningen goed en veilig bereikbaar zijn voor het langzaam verkeer. Een tweede vrijliggend fietspad ligt in het noorden van het plangebied. Verder zijn er binnen het plangebied noord-zuidfietspaden, die het fietsnetwerk completeren en een verbinding met de Kwakscheweg en Poortwijk II verzorgen. De fietsstructuur binnen het plangebied is derhalve goed.
Conform de richtlijnen van Duurzaam Veilig dienen gebiedsontsluitingswegen te zijn voorzien van vrijliggende fietspaden. De Kwakscheweg beschikt over een vrijliggend fietspad. De Stougjesdijk is binnen en buiten de bebouwde kom voorzien van fietsstroken. De Stougjesdijk zal echter na voltooiing van de oostelijke rondweg een functie als erftoegangsweg krijgen.
Het plangebied is gelegen aan het fietsnetwerk in de regio Oud-Beijerland. Daarnaast sluiten ook de Pleinenroute alsmede het Componistenpad vanuit Poortwijk II goed aan op het fietsnetwerk binnen de wijk. Een nieuwe en de bestaande lokale hoofdfietsroute verbinden het centrum van Oud-Beijerland (Bron: Verkeersstructuurplan Oud-Beijerland 2008-2015, oktober 2008). De ontsluiting voor het langzaam verkeer is dan ook goed te noemen.
Ontsluiting openbaar vervoer
Aan de rand van het plangebied is in de nabijheid van de Polderrotonde een bushalte gesitueerd op circa 50 m. Deze halte wordt bediend door busdiensten die Oud-Beijerland met Willemstad, 's Gravendeel en Busstation Heinenoord verbinden. Dit centraal busstation geeft de mogelijkheid verder te reizen in de richting metrostation Zuidplein te Rotterdam, de treinstations Dordrecht en Barendrecht en in de richting van Goeree-Overflakkee en Zeeland. Op de treinstations Barendrecht en Dordrecht kan worden overgestapt worden op het landelijke spoornetwerk. Via metrostation Rotterdam Zuidplein kan verder gereisd worden naar de treinstations van Rotterdam. De frequentie van de busdiensten bedraagt 2x per uur per richting. De ontsluiting per openbaar vervoer is derhalve goed.
Hoogerwerf, Hoogerwerf-Oost en een groot deel van Poortwijk III zijn niet in de huidige busroutes opgenomen. Het is echter wel wenselijk deze gebieden door middel van het openbaar vervoer aan te sluiten op het centrum van Oud-Beijerland, andere gemeenten in de Hoeksche Waard en Rotterdam. Een te onderzoeken optie is om een route via de Aston Martinlaan (Hoogerwerf), Hoogerwerf-Oost en Poortwijk III te laten lopen. Een mogelijk bushalte zou kunnen liggen net ten oosten van de mogelijk toekomstige brug over de Oud-Beijerlandsche Kreek. Een andere potentiële halte ligt aan het carré, op korte (loop)afstand van de scholen. De gemeente zal samen met de provincie en de vervoersmaatschappij de mogelijkheden onderzoeken (Bron: Stedenbouwkundig Plan Poortwijk III, d.d. 14 januari 2010).
Parkeren
Parkeren in het plangebied vindt zowel plaats op eigen terrein als op openbare parkeerplaatsen. Bij ontwikkelingen wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid, conform de parkeernormen van de gemeente. Ter plaatse van de multifunctionele school is in combinatie met de school voor speciaal onderwijs een parkeervoorziening voorzien, die tevens voldoet in de behoefte voor ultrakort parkeren (maximaal 15 minuten). Hierdoor vinden de haal- en brengbewegingen niet op de rijbaan van de hoofdstructuur plaats. Bij grote evenementen bij de Sporthal bij de Willem van Oranjeschool wordt ook het parkeerterrein van de naastgelegen wijkwinkelcentrum en school gebruikt om de grotere parkeerdruk op te vangen. In de parkeerbalans (kenmerk: Parkeerbalans Poortwijk III, opgesteld door Mobycon d.d. 19 januari 2010) is de parkeerbehoefte voor het plangebied gedetailleerd uiteengezet. In figuur 4.4 is de sectie-indeling van het plangebied aangegeven, met daarbij de parkeerbalans. Ondanks dat het plangebied over ruim voldoende parkeerplaatsen beschikt, dient in enkele gevallen worden uitgeweken naar naastgelegen secties. Gesteld wordt dat het aspect parkeren dit plan niet in de weg staat.
Figuur 4.4 Sectie-indeling plangebied met parkeerbalans (bron: Mobycon, 2010)
Verkeersgeneratie
Conform de rapportage 'Verkeerskundige uitgangspunten milieuberekening Poortwijk III' (kenmerk: 3763Be03, Mobycon d.d. 20 november 2009) levert de ontwikkeling circa 5.200 extra voertuigbewegingen per werkdagetmaal op. In combinatie met het verkeer afkomstig uit Poortwijk fase II worden deze extra verkeersbewegingen afgewikkeld via de Polderrotonde aansluitend op de Kwakscheweg. Deze totale extra verkeersbelasting bedraagt volgens de eerdergenoemde rapportage 5.564 mvt/etm. De capaciteit van de Polderrotonde is toereikend om de verkeersvraag te kunnen afwikkelen, derhalve blijft de verkeersafwikkeling voldoende gewaarborgd.
Verkeersgegevens
De verkeersgegevens die ten grondslag liggen aan het onderzoek met betrekking tot wegverkeerslawaai zijn opgenomen in bijlage 3. De verkeersintensiteiten voor de verschillende wegen zijn afkomstig uit rapportage 'Verkeerskundige uitgangspunten milieuberekening Poortwijk III' (kenmerk: 3763Be03, Mobycon d.d. 20 november 2009). Omdat geen gegevens bekend zijn van de interne 30 km/h wegen (Polderlaan) is hier een aanname gedaan betreffende de toedeling. Voor de nieuwe verbinding (Kwakscheweg) en het zuidelijk deel van de Stougjesdijk (Kwakscheweg-Brabersweg) is de intensiteit aangehouden afkomstig uit de RVMK 2015 met sociolijst VSP (Goudappel Coffeng) dit in verband met de realisatie van de nieuwe verbinding van de rondweg. Voor de berekening van het prognosejaar 2022 zijn de verkeersintensiteiten geëxtrapoleerd met een autonome verkeersgroei van 1,5%. Voor de wegen is in de genoemde rapportage uitgegaan van de werkdagintensiteiten. De voertuigverdelingen van de diverse wegen zijn tevens afkomstig uit de rapportage van Mobycon (zie voor de voertuigverdelingen bijlage 3). Voor de Polderlaan en de Stougjesdijk is een standaard verdeling aangehouden voor respectievelijk een buurtverzamelweg en een landelijke ontsluitingsweg (zie bijlage 3). Daarnaast vormen de wegdekverharding en de snelheden essentiële invoerparameters voor SRM II-berekeningen. Daar de overheid nog een besluit moet nemen over de toekomstige wegdekverharding van de Kwakscheweg (N217) is uitgegaan van een worstcase scenario, te weten in de verhardingstype DAB.
Conclusie
De ontsluiting van de ontwikkelingslocatie voor het gemotoriseerde verkeer, het langzaam verkeer en het openbaar vervoer is goed te noemen. Ten aanzien van openbaar vervoer is het wenselijk dat een busdienst door het gebied heen rijdt. Dit wordt nog bezien. Ook de verkeersveiligheid rond de locatie is voldoende gewaarborgd. Het extra verkeer ten gevolge van de ontwikkeling bedraagt circa 5.200 mvt/etmaal. De verkeersafwikkeling op de Polderrotonde leidt niet tot problemen door de ruim voldoende dimensionering van deze rotonde. Door de nieuwe verbinding van de rondweg, blijkt ook de afwikkeling op de Kwakscheweg voldoende gewaarborgd. Verder blijkt uit de genoemde parkeerbalans dat er binnen het gebied voldoende parkeerplaatsen aanwezig zijn. De aspecten verkeer en parkeren staan de uitvoering van dit plan dan ook niet in de weg.