direct naar inhoud van 2.2 Ruimtelijke structuur
Plan: Oude-Tonge
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0580.OFLOudeTonge10-BP40

2.2 Ruimtelijke structuur

Oude dorpskern

De historische structuur en karakter van Oude-Tonge wordt mede gevormd door de zogeheten 'kerkring-voorstraatdorpen'. Bij dit dorpstype werd een kerk gebouwd ter plaatse van het centrale plein. Langs het plein is een weg gelegen (de Voorstraat). Daarnaast is het dichte bebouwingspatroon ook karakteristiek voor de kern.

Het beleid in Oude-Tonge is onder andere gericht op het behoud van de historische structuur en het historische karakter. Deze zijn namelijk bepalend voor de uitstraling van het dorp. In de oude dorpskern moet worden voorkomen dat het wegtrekken van winkels uit de vroegere voorname winkelstraten niet ten koste gaat van de kwaliteit van de oude kern en dat het voorzieningsniveau niet afneemt. Nieuwe winkels die zich willen vestigen, krijgen volop mogelijkheden.

Herstructurering

Binnen de oude dorpskern is sprake van het wegtrekken van voorzieningen en op enkele plekken sprake van leegstand en daarmee verkrotting van gebouwen. Dit komt deels doordat een aantal panden niet meer voldoet aan de eisen van deze tijd. De gemeente is samen met ontwikkelaars en de woningbouwvereniging bezig met een herstructureringsprogramma. Voor de woningen geldt dat op verschillende plekken sprake zal zijn van een verdunning van het aantal woningen. De bestemmingslegging in het nieuwe bestemmingsplan zal dusdanig moeten zijn, dat hierbinnen mogelijkheden zijn voor herstructurering.

Daarnaast is recent gewerkt aan de herinrichting van de Kaai. Bij de herinrichting is ingezet op voetgangers die het plein moeten kunnen beleven. Er is ruimte gecreƫerd voor de markt, terrassen en evenementen. Het verkeer op het Kaaiplein is nu beperkt. Alleen autoverkeer voor het noordelijk gedeelte van de Zuiddijk en expeditieverkeer mogen nog over het plein rijden. Door deze herinrichting is een gezellig plein ontstaan.

Uit- en inbreiding

Binnen de ruimtelijke structuur kennen de verschillende deelgebieden en wijken eigen specifieke kenmerken en karakteristieken. Deze worden historisch gezien gevormd door de oude bestaande nederzetting van de kern Oude-Tonge en de uitbreidingen hierop die met name na de Tweede Wereldoorlog plaatsvonden. Hierbij werd in zowel oostelijke als westelijke richting uitgebreid. De bebouwingsstijl veranderde hier van losstaande woningen naar rijwoningen. Daar waar in de oude dorpskern de historische bebouwing de structuur bepaalt, zorgen in de nieuwere delen de straten met bijbehorende groenvoorzieningen voor de structuur.

Binnen de bebouwingsgrenzen van Oude-Tonge is niet veel plaats meer voor woningbouw. Gelet op de te verwachte bevolkingskrimp in de regio op de langere termijn wordt het gemeentelijk beleid meer gericht op kwaliteit dan op kwantiteit. Vooral bij herstructurering zal hier invulling aan moeten worden gegeven. Uitgangspunt is dat de ruimtelijke karakteristieken van monumenten en de oude kern worden beschermd. Daarnaast is er ruimte in de Molenpolder voor uitbreiding. Dit gebied was altijd gelegen buiten de zogenoemde (provinciale) rode bebouwingscontour, waarbuiten geen verstedelijking was toegestaan. In de provinciale ruimtelijke verordening die in 2010 is vastgesteld, is de bebouwingscontour verlegd waarmee de Molenpolder binnen de bebouwingscontour valt.

Groenstructuur

In Oude-Tonge liggen enkele belangrijke groenelementen. Dit zijn deels elementen die vanuit de historische structuur van belang zijn. Deels zijn het elementen uit de ontwikkeling van de grote naoorlogse woongebieden. Er wordt gestreefd naar behoud en versterking van de in het plangebied aanwezige groene elementen. Deze elementen zijn de laanbeplanting die door het hele dorp loopt, met daarbij het kreekrestant Grijsoord, het Spui, de groenvoorziening aan de Uranus- en Melkweg en de groene elementen bij de nieuwe wijk Crispijn.

Ruimtelijke structuur als leidraad

Oude-Tonge heeft een kenmerkende historische structuur (zie hiervoor paragraaf 3.2). Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen dienen de specifieke karakteristieken en kenmerken van de situering van lintbebouwing en/of de oude dorpskern als leidraad. Hetzelfde geldt voor kleinschalige ontwikkelingen, zoals mogelijkheden voor het uitbreiden of vervangen van bestaande woningen en andere gebouwen. Deze moeten mogelijk zijn, zolang ze binnen de bestaande structuur passen. Hierbij dienen de ruimtelijke kwaliteit en rechtszekerheid in verhouding tot elkaar te staan.