Plan: | Buitengebied Leerdam |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0545.BPBUITENGEBIED-VS01 |
De voor Recreatie - Verblijfsrecreatie aangewezen gronden zijn bestemd voor:
één en ander met bijbehorende voorzieningen en overeenkomstig de in 14.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.
Op de gronden met deze bestemming zijn ter plaatse van de aanduiding, zoals opgenomen in de navolgende Staat van verblijfsrecreatieve voorzieningen in de kolom 'Aanduiding' uitsluitend de verblijfsrecreatieve voorzieningen toegestaan zoals deze zijn opgenomen onder de bijbehorende kolom 'Betekenis':
Aanduiding | Betekenis | Verblijfsrecreatieve voorziening | Adres | Gebruiksoppervlakte | |||
(sr-cam1) | specifieke vorm van recreatie - camping1 | camping, kleinschalig | Recht van Ter Leede 25 | max 40 kampeermiddelen + twee trekkershutten | |||
(sr-cam2) | specifieke vorm van recreatie - camping2 | camping | Recht van Ter Leede 28/28A | max 41 plaatsen | |||
(sr-cam3) | specifieke vorm van recreatie - camping3 | camping | Lingedijk 6 | bestaand |
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1', 'specifieke vorm van recreatie - 2' en 'specifieke vorm van recreatie - 3' bedraagt de onderlinge afstand tussen kampeermiddelen ten minste 3 m.
Voor het overige mogen worden gebouwd bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Deze dienen aan de volgende bepalingen te voldoen:
Een bedrijsfwoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'. Een en ander met dien verstande dat wanneer een bedrijfswoning door afsplitsing of vervreemding niet langer deel uitmaakt van het bedrijf, daarvoor in de plaats geen nieuwe woning mag worden gebouwd; in dergelijke gevallen vervalt het recht op die bedrijfswoning.
Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming.
De bebouwde oppervlakte mag niet meer bedragen dan de bestaande bebouwde oppervlakte.
De bouwwerken dienen te voldoen aan de volgende maatvoeringseisen:
Gebouwen | Min. | Max. | |
Goothoogte | n.v.t. | 6 m | |
Bouwhoogte | n.v.t. | 10 m |
Bedrijfswoning | Min. | Max. |
Goothoogte | N.v.t. | 6 m |
Bouwhoogte | N.v.t. | 9 m |
Inhoud inclusief aan-, uit- en bijgebouwen | N.v.t. | 650 m3 |
Afstand vrijstaande bedrijfswoning tot zijdelingse bouwperceelgrens | 5 m | N.v.t. |
Bijgebouwen bij bedrijfswoning | Max. | |
Inhoud bijgebouwen: zie tabel bedrijfswoning | ||
Goothoogte | 3 m | |
Bouwhoogte | 6 m |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | Max. |
Hoogte erfafscheidingen | 1 m voor voorgevelrooilijn; Overige: 2 m |
Hoogte overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 6 m |
In afwijking van het bepaalde in 14.2.3 geldt, dat voorzover de bestaande goot- of bouwhoogte, de bebouwde oppervlakte of de inhoud meer bedraagt dan ingevolge bovenstaande tabel is toegestaan, de bestaande goot- of bouwhoogte, de bestaande bebouwde oppervlakte of de bestaande inhoud als maximum, voorzover het gebouw legaal is gebouwd. Nieuwbouw hiervan is niet toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van de in 14.2.2 opgenomen maximale bebouwde oppervlakte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders ontheffing verlenen van de maximale inhoud van bedrijfswoningen, inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen tot een maximum van 850 m3 onder de volgende voorwaarden:
Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van:
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de in het schema onder 14.5.3 opgenomen aanlegvergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren.
De aanlegvergunning kan uitsluitend worden verleend als wordt voldaan aan de in de tabel genoemde criteria.
Het onder 14.5.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:
Aanlegvergunningplichtige werken/werkzaamheden | Criteria voor verlening van de aanlegvergunning |
het dempen van sloten en kleine oppervlaktewateren | 1. het verkavelingspatroon mag niet onevenredig worden aangetast; 2. er mag geen verandering van de bodemstructuur optreden; 3. de waterhuishouding wordt niet onevenredig aangetast; hiertoe wordt advies ingewonnen bij de waterbeheerder. |
het verwijderen van houtgewas, houtwallen, bosschages | 1. de activiteiten mogen geen onevenredige aantasting betekenen van de aanwezige landschaps- en natuurwaarden. |
Overtreding van het bepaalde in 14.5.1 is een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 2 van de Wet op de economische delicten.