Nieuwenhoorn

8.2 Vooroverleg ex artikel 3.1.1. Bro

In het kader van het vooroverleg artikel 3.1.1, lid 1 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is het voorontwerpbestemmingsplan 'Nieuwenhoorn' toegezonden aan:

1. Provincie Zuid-Holland

2. DCMR

3. Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

4. BOOR

5. N.V. Nederlandse Gasunie

6. Rijkswaterstaat Zuid-Holland

7. Stichting Natuurmonumenten

8. Groenvoorziening Zuid-Holland

Door de partijen vermeld onder nummer 1 tot en met 5 (vetgedrukt) is schriftelijk gereageerd. Partij 5 had geen inhoudelijke opmerking. Van de overige partijen is geen reactie ontvangen. De volledige overlegreacties zijn opgenomen in bijlage 1 bij de toelichting.

Overlegreactie 1 Provincie Zuid-Holland

Samenvatting

De provincie Zuid-Holland geeft aan kennis te hebben genomen van het voorontwerpbestemmingsplan Nieuwenhoorn en heeft hiertegen bezwaar ten aanzien van de gehanteerde bebouwingspercentage voor bedrijven gelegen buiten de bebouwingscontour. Dit bebouwingspercentage is in strijd met het provinciaal beleid. Het in artikel 4.2.1 onder c binnen de bestemming "Bedrijven" gehanteerde bebouwingspercentage van 100% is in die gevallen dat de bedrijven buiten de op de functiekaart van de Provinciale verordening ruimte als stads- en dorpsgebied aangewezen liggen, in strijd met het provinciaal beleid. Op grond van de Provinciale Verordening Ruimte mogen bestaande niet-agrarische bedrijven in het buitengebied eenmalig worden uitgebreid met ten hoogste 10% van de inhoud. De Provincie Zuid-Holland verzoekt het voorontwerpbestemmingsplan hiertoe aan te passen.

Beantwoording

Enkele bedrijven liggen buiten de dorpskern. Alleen bouwvlakken die strak om de huidige bebouwing liggen mogen voor 100% bebouwd. In andere gevallen is er een bebouwingspercentage opgenomen. Alleen ter plaatse van de gemeentewerfstortplaats is per abuis geen bebouwingspercentage opgenomen. Hier wordt alsnog een bebouwingspercentage opgenomen uitgaande van de bestaande bebouwing plus 10%.

Consequenties bestemmingsplan

De overlegreactie leidt wel tot aanpassing in het ontwerpbestemmingsplan.

Overlegreactie 2 DMCR Milieudienst

Samenvatting

De DCMR Milieudienst verzoekt het bestemmingsplan op twee punten aan te passen.

• 1. Tabel 4.1 in de paragraaf 'Milieuzonering bedrijvigheid' van de toelichting op het voorontwerpbestemmingsplan Nieuwenhoorn moet worden aangepast. De zwaardere bedrijfsactiviteiten hebben een specifieke bedrijfsbestemming gekregen. In tabel 4.1 van de toelichting op het voorontwerpbestemmingsplan is een opsomming gegeven van deze bedrijfsactiviteiten. Deze opsomming is volgens de DCMR Milieudienst niet in overeenstemming met de bijbehorende tekst en de plankaarten. De locaties Rijksstraatweg 247 en Kortweg 32 zijn ingedeeld in SvB-milieucatogorie B1 (functiemenging) en ook opgenomen in tabel 4.1. Dit is niet juist.
• 2. De kapperszaak aan de Dorpsstraat 4 moet de bestemming 'detailhandel' krijgen.
• 3. Voor het overige wordt door de DCMR Milieudienst ingestemd met het gestelde in de paragraaf 'Milieuzonering bedrijvigheid'.

Beantwoording

• 1. Tabel 4.1 in de toelichting zal worden aangepast naar aanleiding van de opmerkingen van de DCMR.
• 2. De kapperszaak aan de Dorpsweg 4 zal de bestemming 'Detailhandel worden overgenomen.
• 3. Hiervan is kennisgenomen.

Consequenties bestemmingsplan

De overlegreactie leidt wel tot aanpassing in het ontwerpbestemmingsplan.

Overlegreactie 3 Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond

Samenvatting

De afdeling Risicobeheersing van de VRR adviseert met betrekking tot het voorontwerpbestemmingsplan 'Nieuwenhoorn' tot het volgende:

• 1. De afdeling Risicobeheersing van de VRR verzoekt de externe veiligheidsparagraaf zodanig aan te passen dat de tekst van het bestemmingsplan overeenkomt met de uitgangspunten zoals opgenomen in het document 'Visie Externe Veiligheid 2008-2017.
• 2. De VRR adviseert daarnaast om bij (her)ontwikkelingen in het plangebied voorzieningen te realiseren, teneinde de risico's te beperken en de zelfredzaamheid en de mogelijkheden voor de hulpverlening te vergroten. De VRR adviseert binnen 230 meter vanuit de N27 en de Nieuweweg (nood)uitgang(en) zodanig te situeren dat aanwezige personen veilig in tegengestelde richting van de risicobron kunnen vluchten. Daarbij is het van belang dat alle (nood)uitgang(en) in voldoende mate aansluiten op de bestaande infrastructuur binnen en buiten het plangebied.

Beantwoording

• 1. De toelichting zal worden aangepast conform de uitgangspunten zoals opgenomen in het document 'Visie Externe Veiligheid 2008-2017.
• 2. Is geen zaak van het bestemmingsplan, in voorkomende gevallen wordt hier rekening mee gehouden.

Consequenties bestemmingsplan

De overlegreactie leidt wel tot aanpassing in het ontwerpbestemmingsplan.

Overlegreactie 4 Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam

Samenvatting

• 1. In het advies wordt gesteld dat de oorspronkelijk door BOOR aangeleverde teksten onder het kopje 'Aanbevelingen' is weggelaten. Door deze tekst te schrappen ontbreekt nu de onderbouwing van de gebieden met Waarde Archeologie 1, 2 en 3. Het is sterk aan te raden deze tekst weer op te nemen, omdat uit alleen de regels en de plankaart niet blijkt waarom bijvoorbeeld gebied 1 of 2 een hoge waarde heeft (resp. kerk en kerkhof van Nieuwenhoorn en de oude kern van Nieuwenhoorn). Met name de provincie (en in lijn daarmee de Raad van State) hecht zeer aan deze onderbouwing, deze is ook bij wet (Wamz 2007) verplicht.
• 2. Eveneens zijn de door BOOR bijgeleverde afbeeldingen niet gebruikt. Ook deze dragen bij aan de onderbouwing van de gebieden met Waarde - Archeologie.

Beantwoording

• 1. De toelichting zal worden aangepast conform het advies van BOOR.
• 2. De toelichting zal worden aangepast conform het advies van BOOR.

Consequenties bestemmingsplan

De overlegreactie leidt wel tot aanpassing in het ontwerpbestemmingsplan.