De Vesting

8.2 Inspraak

Het voorontwerpbestemmingsplan heeft vanaf 4 november tot en met 15 december 2011 gedurende (6 weken) ter inzage gelegen. Iedereen kon in die periode een inspraakreactie indienen. Er zijn 4 inspraakreacties ontvangen. De reacties zijn hieronder samengevat en voorzien van een beantwoording. Tevens is per reactie aangegeven of deze heeft geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Inspraakreactie 1

Samenvatting

Inspreker geeft aan dat de horecabestemming op zijn perceel is komen te vervallen. De horecabestemming is in 1995 verleend. Momenteel wordt het pand verhuurd aan een kerkelijke stichting ten behoeve van kledingverkoop en een ontmoetingsruimte. Hoewel de horecabestemming momenteel niet wordt benut, wil inspreker de mogelijkheid wel behouden.

Beantwoording

In het nu geldende bestemmingsplan Vesting heeft het perceel de bestemming “WD-Woondoeleinden, detailhandel en dienstverlening”. Binnen deze bestemming is horeca niet toegestaan. Op 20 oktober 1995 is er vrijstelling verleend van het geldende bestemmingsplan voor het exploiteren van een koffie- en theeschenkerij. Deze vrijstelling is persoonlijk en niet overdraagbaar aan anderen.

Op 11 augustus 1997 is er vrijstelling van het geldende bestemmingsplan verleend voor het vestigen van een literair café. De functie wordt momenteel niet uitgeoefend. In het nieuwe bestemmingsplan is er, in het verlengde van de door de gemeenteraad vastgestelde visie “De vesting voltooien”, voor gekozen om (nieuwe) horeca uitsluitend op enkele (geconcentreerde) plekken aan de overzijde van de haven toe te staan. Horeca op het perceel van inspreker strookt dus niet met de vastgestelde visie. Nu inspreker ook geen concrete plannen heeft om horeca ter plaatse uit te oefenen, is de gemeente niet voornemens een horecabestemming ter plaatse op te nemen. Een literair cafe in de vorm van een horecavoorziening ondergeschikt aan detailhandel is wel denkbaar (hier mag geen alcohol geschonken worden). De openingstijden dienen hierbij gelijk aan de winkeltijden te zijn.

Consequenties bestemmingsplan

De inspraakreactie leidt tot aanpassing van het bestemmingsplan door een aanduiding (specifieke vorm van horeca - 1) op te nemen voor een horecavoorziening, ondergeschikt aan de hoofdfunctie, zoals bedoeld in artikel 1 lid 1.47 van de planregels.

Inspraakreactie 2

Samenvatting

Inspreker heeft bezwaar tegen het bestemmingsplan omdat zijn pand gebruikt wordt voor horeca in categorie 4, terwijl in het voorontwerpbestemmingsplan uitsluitend horeca in categorie 1, 2 en 3 is toegestaan. Gesteld wordt dat het bedrijf belangrijk is voor de uitstraling van Hellevoetsluis en dat het nieuwe bestemmingsplan betekent dat het bedrijf te gronde wordt gericht en dat Hellevoetsluis een belangrijk en geliefd horecabedrijf verliest.

Beantwoording

In het nu geldende bestemmingsplan Vesting is het pand bestemd voor Horecadoeleinden waarbinnen horecavestigingen zijn toegestaan. In dit geldende plan is een horecavestiging in de begripsbepalingen als volgt omschreven: “Horecavestiging: het ondernemingsgewijze verstrekken van nachtverblijf (hotelbedrijf) en/of het ondernemingsgewijze verstrekken van spijzen, respectievelijk drank, zulks ten behoeve van een gebruik al dan niet ter plaatse (restaurantbedrijf, cafebedrijf, en/of cafetaria)”. Naast het gebruik als restaurant/bar wordt het pand nu ook gebruikt als dancing. Het gebruik als dancing is reeds in strijd met het vigerende bestemmingsplan. Gelet op de vastgestelde visie 'De vesting voltooien' is het mogelijk maken van een zwaardere categorie in het nieuwe bestemmingsplan niet wenselijk. Om het huidige gebruik echter niet onmogelijk te maken wordt een persoonsgebonden overgangsbepaling aan de regels toegevoegd. Dit wil zeggen dat het gebruik als dancing in strijd is met het bestemmingsplan, maar dat de huidige eigenaar de onderneming in zijn huidige vorm kan voortzetten zolang hij eigenaar is of totdat het verkocht wordt.

Consequenties bestemmingsplan

De inspraakreactie leidt tot aanpassing van het bestemmingsplan in die zin dat een persoonsgebonden overgangsbepaling aan de regels wordt toegevoegd.

Inspraakreactie 3

Samenvatting

Inspreker wil een strandpaviljoen nabij de vuurtoren beginnen. Hiertoe heeft inspreker een principeplan ingediend bij de gemeente. In het nieuwe bestemmingsplan is het beoogde pand als openbaar sanitair gebouw bestemd. Inspreker geeft aan dat detailhandel en horeca op die plek is gewenst gelet op het toeristisch-recreatieve karakter en dat het gebruik van het kleine strand wordt versterkt. Het principeplan past binnen het historische karakter van de vesting.

Beantwoording

Het beoogde pand wordt momenteel als openbaar sanitairgebouw gebruikt. In het voorontwerpbestemmingsplan is het tevens toegestaan ter plaatse een kiosk te vestigen (bestemming Recreatie-Dagrecreatie met de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie-kiosk'. Het bouwvlak heeft een grootte van 12 x 6 = 72 m² met een maximale goothoogte van 2,5 m. Op grond van de begripsbepalingen van het voorontwerpbestemmingsplan is een kiosk een vrijstaand winkeltje waar kranten, tijdschriften, ijs snacks en andere producten kunnen worden gekocht.

De initiatiefnemer heeft plannen om in het strandpaviljoen naast Horeca categorie 1, 2 en/of 3 tevens een klein deel van het pand te gaan gebruiken voor detailhandel. Dit maakt dat dit initiatief niet past binnen de bestemming van het nieuwe bestemmingsplan de Vesting. Voor een dergelijk gebruik dient de locatie een horecabestemming (categorie 1, 2 en/of 3) en een detaillhandelsbestemming te krijgen.

Er is (nog) geen mogelijkheid om deze ontwikkeling op te nemen in het nieuwe bestemmingsplan omdat de plannen nog niet concreet genoeg zijn uitgewerkt. Om een bestemming te kunnen wijzigen is het noodzakelijk dat een aantal zaken duidelijk en/of geregeld zijn. Te denken valt hierbij aan: een planschade- en een anterieure overeenkomst of een koopovereenkomst, goedkeuring van de Rijksdienst van het Cultureel Erfgoed (RCE), Parkeren/Verkeer, Bodem- en archeologisch onderzoek, voldoen aan het Activiteitenbesluit: algemene milieuregels voor bedrijven, toetsing aan de Natuurbeschermingswet en een Watertoets/advies van het Waterschap en Rijkswaterstaat.

Gelet op de planning in verband met de actualisatieverplichting op grond van de Wet ruimtelijke ordening (wro), waardoor alle bestemmingsplannen voor 1 juli 2013 geactualiseerd moeten zijn, is er voor gekozen om deze ontwikkeling niet mee te nemen in het bestemmingsplan de Vesting. Om deze voorgestane ontwikkeling van een juridisch-planologisch kader te voorzien zonder dat deze wordt meegenomen in het actualisatie-bestemmingsplan de Vesting, is er de mogelijkheid om in een later stadium een “afwijkingsprocedure” op grond artikel 2.12 lid 1 onder a sub 3 van de Wabo te doorlopen.

Consequenties bestemmingsplan

De inspraakreactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Inspraakreactie 4

Samenvatting

Insprekers hebben een principeplan ingediend om op enkele percelen aan de Westkade/hoek Hoofdwachtstraat, op de begane grond horeca/detailhandel/ expositieruimten en op de verdieping circa 30 woningen te realiseren. Insprekers zijn van mening dat het plan past binnen het historische karakter van de vesting en zal de levendigheid ter plaatse versterken.

Beantwoording

De gemeente staat positief tegenover een herontwikkeling ter plaatse. De onderbouwing van deze ontwikkeling is opgenomen in bijlage 2 bij de toelichting.

Consequenties bestemmingsplan

De inspraakreactie leidt wel tot aanpassing van het bestemmingsplan, door de ontwikkeling mogelijk te maken op basis van de in de bijlagen opgenomen goede ruimtelijke onderbouwing.