direct naar inhoud van 2.4 Ruimtelijke structuur
Plan: Scheveningen Haven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0253DSchevHaven-51VA

2.4 Ruimtelijke structuur

2.4.1 Stedenbouwkundige structuur

Het strand met de boulevard, het verversingskanaal met zijn groenstroken en de elementen in de haven zelf zijn van groot belang voor de ruimtelijke structuur in dit deel van Scheveningen. Zij bepalen de ruimtelijke inrichting ervan. Zij vormen een stedelijk raamwerk of “framework” en zijn de dragers van de ruimtelijke structuur.

De boulevard loopt dankzij het boulevardplan De Solá Morales door van het Noorderstrand tot aan het noordelijk havenhoofd. Dit versterkt de lijn langs de kust en de ruimtelijke verbinding tussen de haven en de rest van Scheveningen.

De groene zone van het verversingskanaal is een lijn die bijna loodrecht op het strand staat. Het is een bepalend ruimtelijk element, een lijn die een verbinding legt tussen dit deel van Scheveningen en het centrum van Den Haag. De Houtrustweg en vooral de Kranenburgweg langs het kanaal zijn belangrijk voor de ontsluiting van Scheveningen-Haven. De lijn van het strand met de boulevard en die van het verversingskanaal kruisen elkaar op de plaats waar nu de windmolen staat ten zuiden van de havenmond.

Midden in het plangebied ligt De Kom, die met zijn kades een dominante plaats inneemt. Ook de andere havenbekkens bepalen met de strakke belijning van hun kades de ruimtelijke inrichting van het gebied. Dat geldt ook voor de smalle doorvaart tussen de Eerste en Tweede Haven (de zogenaamde Pijp), de havenmond en de binnenste en buitenste havenhoofden.

In de opbouw van het plangebied komen grote hoogteverschillen voor. De duinen en de dijk op het Noordelijk Havenhoofd zijn de hoogste punten in het gebied. Op het Norfolkterrein is sprake van een geleidelijke daling. Het maaiveld loopt af van 6,5 meter boven NAP bij de sluis naar 3,0 meter boven NAP bij de Derde Haven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0518.BP0253DSchevHaven-51VA_0005.jpg"

Kaart deelgebieden

Buitenhaven

De Buitenhaven bestaat uit twee delen. Het grotere, buitenste deel word begrensd door twee uit betonblokken opgetrokken hoofden van ongelijke lengte, die een opening naar zee van 200 meter vrijgeven. De grootste breedte van dit deel bedraagt 350 meter, het kleinere deel, dat symmetrisch van vorm is, ligt tussen oude, bakstenen damwanden (de oospronkelijke havenhoofden). De breedte van dit deel is ongeveer 250 meter, die van de opening tussen beide delen 120 meter. De grootste lengte van de Buitenhaven is 700 meter.

Voorhaven

De Voorhaven staat aan drie zijden in verbinding met andere havenbekkens: de Buitenhaven, de Derde Haven en de Eerste Haven. Aan de vierde zijde bevindt zich een golfuitloopkom (de Kom) met een talud, met daarin een betonnen hellingbaan die gebruikt wordt voor het te water laten van kleine boten ten behoeve van recreatieve en professionele doeleinden. De toegang tot de Voorhaven is 75 meter breed.

Eerste Haven

De Eerste Haven is een rechthoekig bekken met een lengte van 400 meter en een breedte van 140 meter. Aan de kopse kant en aan de lange zijde van het Schiereiland zijn kademuren; aan de andere lange zijde staat het gebouw van de Visafslag. De toegang vanuit de Voorhaven heeft een breedte van 35 meter. De diepte is 8 meter. Aaneengesloten bebouwing rondom verleent de Eerste Haven het karakter van een (besloten) stedelijke ruimte.

De Eerste Haven wordt vooral gebruikt voor het lossen van verse vis aan de visafslag en het lossen (aanvoer) en laden (export) van bevroren vis aan de tegenoverliggende zijde. Het aantal schepen, dat zich tegelijkertijd in de haven bevindt, wisselt sterk. De kade aan de kopse kant van de haven wordt, behalve door de kustvisserijschepen, ook gebruikt door bezoekende (Marine-)schepen. De Eerste Haven verleent via de 'Pijp' toegang tot de Tweede Haven.

Tweede Haven

De rechthoekige Tweede Haven is met een lengte van 800 meter en een breedte van 80 meter de grootste van de drie binnenhavens. De 'Pijp', die de haven ongeveer in het midden ontsluit, verdeelt haar in twee delen. Het noordoostelijke deel vertoont grote uiterlijke gelijkenis met de Eerste Haven (kademuren, kaden en omringende bebouwing). Het zuidwestelijke deel, dat via een sluis in verbinding staat met het Verversingskanaal, heeft een ander karakter. De kademuur aan de zuidwestzijde wordt onderbroken door een betonnen hellingbaan. De kopse kant, tussen de hellingbaan en de sluis, is voorzien van een talud. Rondom bevinden zich kaden, die ten dele bebouwd zijn, en open ruimten. Van enige samenhang tussen de omringende bebouwing is nauwelijks sprake. In het bekken zelf is een hoeveelheid steigerwerk aanwezig. Het gebruik van de Tweede Haven is zeer gemengd. Meest in het oog springend is de jachthaven, in de zuidwestelijke helft van het havenbekken. In deze helft worden ook schepen aangetroffen, die voor onderhoud of reparatie de sleephelling opgaan. Langs de oostelijke kade meren de sportvisserijschepen en andere schepen voor toeristisch-recreatief gebruik af, terwijl langs de kade van het schiereiland tussen Tweede en Eerste Haven de ligplaats van een wisselend aantal kotters (kustvisserij) en een museumschip is. Tenslotte is de Tweede Haven bij slecht weer schuilhaven voor wat zich maar aandient.

Derde Haven

De Derde Haven is een bijna vierkant bekken, waarvan de as een hoek met de kustlijn maakt. Aan de drie droge zijden, die een lengte van ongeveer 100 à 120 meter hebben, zijn kademuren. De vierde zijde staat over de volle breedte in verbinding met de Voorhaven. Deze haven werd gebruikt door de roll-on-roll-off-schepen van de Norfolk Line. Langs de kade van het kleine schiereiland is de ligplaats van de boten van Rijkswaterstaat.

De 'Pijp'

De 'Pijp' is de verbinding tussen de Eerste en de Tweede Haven. Zij dankt haar naam aan de kleine dwarsdoorsnede, die een breedte van 17 meter en een diepte van 4 meter - NAP heeft. De 'Pijp' is oorspronkelijk ontworpen als sluis; dit is de reden dat er op de bodem een betonnen drempel aanwezig is. De lengte van de 'Pijp' is 180 meter.

Het Noordelijk Havenhoofd - Schiereiland tussen de Eerste Haven en de zee

Het schiereiland tussen Eerste Haven en de zee heeft twee totaal verschillende 'gezichten'. Gezien vanuit de Eerste Haven heeft het ondubbelzinnig het uiterlijk van een industrieel gebied, terwijl het zich aan de zeezijde, mede door de aanwezigheid van de boulevard (Strandweg), als een verlengstuk van de badplaats voordoet. Dit contrast bestaat bij de gratie van een fors dijklichaam, dat in het kader van het boulevardplan van de Spaanse architect Morales is vergroend, en waarvan de kruin de hoogte van de bebouwing evenaart. Het dijklichaam is destijds aangelegd als onderdeel van de Atlantikwall en is onderbouwd met bunkers. Gerekend vanaf de Eerste Haven tot aan de strandmuur heeft het gebied een oppervlakte van 10 hectare. Een kleine 20% van die oppervlakte is bebouwd. Ruim de helft van de bebouwing wordt gevormd door één gebouw, het visafslaggebouw, dat naar grondoppervlak gemeten veruit het grootste gebouw in het plangebied is. Dit gebouw, dat direct aan de waterkant staat, strekt zich uit over de gehele lengte van de Eerste Haven. Er is op twee plaatsen direct contact vanaf de open(bare) ruimte met het water. Op de kop van het schiereiland bevindt zich een 'plein', van waaraf vrijwel geheel het havengebied in ogenschouw genomen kan worden. Hier is ook de reddingsbrigade gevestigd. Op het meest westelijke punt staat de verkeerspost van de havendienst.

Het gebied grenst aan het Havenkwartier Noord en is via de boulevard met de rest van Scheveningen verbonden. De boulevard is geheel vernieuwd op basis van het plan van Morales.
Eén derde deel van het schiereiland -de visafslag langs de Eerste Haven en de erachter gelegen bedrijvenstrook staat volledig ten dienste van de functie visserij en aanverwante bedrijvigheid. De kop van het Noordelijk Havenhoofd bij de Voorhaven wordt multifunctioneel gebruikt, onder andere als aanlegplaats voor passanten en incidenteel voor overslag. Tevens heeft hij een toeristisch recreatieve functie, waaronder parkeren ten behoeve van strandbezoek en flaneren.

Schiereiland tussen de Eerste en Tweede Haven

Het schiereiland tussen Tweede Haven en Eerste Haven is het deel van de droge ruimte, dat het sterkst het karakter van een havengebied verbeeldt. Het is aan alle drie de natte zijden voorzien van kaden. De oppervlakte van het gebied bedraagt ruim 7 hectare. Een groot deel hiervan is kadegebied. De overige ruimte wordt in beslag genomen door twee stroken bedrijfsbebouwing. De kade langs de Tweede Haven was oorspronkelijk voorzien van een talud en hellingen naar een hoger gelegen deel, hier is inmiddels het bedrijfsgebouw de 'Viermaster' gerealiseerd. Daarbij is een deel van de kade heringericht en versmald.

Het schiereiland staat via de kaden in verbinding met de noordoostelijke randstrook. De overheersende functie van dit schiereiland is visserij en aanverwante bedrijvigheid. De bebouwing bestaat voor het grootste deel uit vrieshuizen en vishandel bedrijven, terwijl de kaden langs de Eerste en de Tweede Haven respectievelijk voor het lossen van de vrîeshektreilers en (garnalen)kotters en voor het uitleggen van visnetten benut worden.

Schiereiland tussen Voorhaven en Tweede Haven (Landhoofd C)

Het schiereiland tussen Voorhaven en Tweede Haven, Landhoofd C geheten, dankt zijn karakteristieke vorm en naam aan de komvormige inham. De oppervlakte van het schiereiland is 4,5 hectare. De bebouwing, die van oorsprong een overwegend industrieel karakter had, is aangevuld met het Nautisch Centrum, waardoor de ruimtelijke samenhang is verbeterd. De Hellingweg verbindt het gebied met de het voormalige Norfolkterrein. Karakteristiek is vooral de rand van het schiereiland. Door de lengte, die zeer groot is in verhouding tot de oppervlakte van het gebied, en door de variatie in vormen: een talud met hellingbaan langs de Voorhaven, een kade langs de 'Pijp' Het gebruik van Landhoofd C is zeer gemengd. De hellingbaan naar de Voorhaven dient voornamelijk recreatieve doelen. Er staat het nieuwe Nautisch Centrum en op de overige terreinen, langs de 'Pijp' en de Tweede Haven, komt zowel havengebonden als niet-havengebonden bedrijvigheid voor.

Havenkwartier Noord (gebied rond Zeesluisweg, Treilerdwarsweg en Treilerweg)

Tussen de Kompasstraat en de haven is het Havenkwartier Noord aangelegd als woonbuurt voor havenarbeiders. De smalle, korte straten van de Kompasbuurt lijken op de straten in Scheveningen Dorp. Daarnaast is er het dynamische gebied tussen Korbootstraat en Vissershavenweg en een aaneenschakeling van verschillende bebouwingstypes langs de zeedijk.

De brede straten en de smalle, langgerekte bouwblokken in de nabijheid van de haven waren vroeger bedoeld voor transport van goederen. Er is een afwisseling van grootschalige en kleinschalige gebouwen met veel bedrijvigheid van verschillende soorten en grootte.

Uit oogpunt van grondgebruik is Havenkwartier Noord het meest gemengde deelgebied. Visverwerkende havengebonden en niet-havengebonden bedrijven, horecavestigingen en woningen worden hier door elkaar aangetroffen. Het gebied grenst, door middel van kaden, aan de Tweede en aan de Eerste Haven. Vooral het dwarsprofiel van de kade langs de Tweede Haven is karakteristiek. Aan de noordkop van de Tweede Haven staan op de kade 3 horecapaviljoens. De kaden langs de Eerste en de Tweede Haven geven toegang tot aldaar afgemeerde schepen.

Lindoduin en omgeving

Het woningbouwcomplex Lindoduin bevindt zich op de plaats van een duin dat in de jaren dertig nog prominent aanwezig was. De kromming van de Westduinweg liep vroeger langs de voet van dit duin. De bebouwing van het Lindoduincomplex uit de zestiger jaren is herkenbaar en onderscheidt zich van de rest van het gebied door hoogte, bouwmassa en vorm. Het is een bijzonder onderdeel van het Havenkwartier Noord door de werking als “landmark”. Dit gebied bestaat overwegend uit woningen. Er bevinden zich een sporthal en een supermarkt. De naastgelegen Vissenbuurt bestaat uit karakteristieke, kleine eengezinswoningen in twee lagen of één laag met kap. Het gebied kenmerkt zich door nauwe straatjes met een intiem karakter. Door het gebied loopt een vrijliggend tramtracé. Tevens bevindt zich er een brandstoffenverkooppunt met wasstraat.

Westduinweg en omgeving (gebied tussen Dr. Lelykade landzijde en Westduinweg)

Dit deelgebied heeft een oppervlakte van 14 hectare. Ongeveer de helft van de bebouwing bestaat uit vijf bouwblokken die samen met de tussenliggende straten een conventioneel stedelijk (woon-)wijkje vormen, ten dele gecombineerd met bedrijfsruimten op de begane grond. Het gebied wordt gekenmerkt door lange straten, duidelijk begrensd door eenvormige woonbebouwing met rode pannendaken. De andere helft van de bebouwing, die een overwegend utilitair karakter heeft, is gedeeltelijk gerangschikt in een strook langs de kade van de Tweede Haven, gedeeltelijk ondergebracht in een langgerekt gebouw op de kade, het voormalige visafslaggebouw waarin tegenwoordig uitsluitend horecavestigingen zitten. De kade, de grootste open ruimte in dit deelgebied, heeft een breedte van 40 meter en een lengte van 800 meter. De bebouwingsstrook langs de kade huisvest ook vishandels-, havengebonden bedrijven en niet-havengebonden bedrijven. Karakteristiek voor het gebied is onder andere het niveauverschil tussen de kade en de meer landinwaarts gelegen delen. Op diverse plekken is de laatste jaren nieuwbouw verrezen.

Voormalig Norfolkterrein (verversingskanaal, westzijde van de sluis en Norfolkterrein)

Dit gebied heeft een oppervlakte van 12 hectare. Het wordt gedomineerd door de uitgestrekte terreinen van het transportbedrijf Norfolk dat hier tot 2006 gevestigd was. Over een totale lengte van 500 meter grenst het deelgebied aan havenbekkens. Die grens bestaat deels uit kaden (langs de Derde Haven), deels uit taluds (langs de Voorhaven en de Tweede Haven). Een deel van het terrein is ontstaan door de demping van de uitmonding van het verversingskanaal. Op het gedeelte dat grenst aan de Tweede Haven staan kantoorgenbouwen van recente datum. Het meest zuidoostelijke deel wordt in beslag genomen door het verversingskanaal dat overigens in de volksmond afvoerkanaal wordt genoemd.

Het strand

Een klein deel van het strand bij het noordelijk havenhoofd valt binnen het plangebied Scheveningen Haven. Het strand kraagt hier uit tot een breedte van meer dan 200 meter. In het badseizoen wordt dit deel gebruikt voor het Beachstadion ten behoeve van strandsporten zoals beachvolleybal.

Akte van Schenking (verversingskanaal)

Bij akte van 15 december 1885, gerectificeerd bij akte van 17 juni 1889, zijn door Hare Koninklijke Hoogheid Wilhelmina Maria Sophia Louise, Groothertogin van Saxen, geboren Prinses der Nederlanden (hierna te noemen Prinses Sophie) aan de gemeente 's-Gravenhage d.d. 15 december 1885, verleden voor W.J. Eikendal destijds notaris te 's-Gravenhage percelen grond geschonken waarop nadien het verversingskanaal is aangelegd. Uit kadastraal onderzoek blijkt dat de percelen verkregen door de gemeente Den Haag bij de schenkingsakte het verversingskanaal betreffen tot en met de Duindorpdam. Het bestemmingsplan maakt in deze strook geen ontwikkelingen mogelijk, zodat het talud gevrijwaard blijft van bebouwing.

2.4.2 Verkeer en infrastructuur

Het kustgebied van Scheveningen wordt ontsloten door twee belangrijke hoofdroutes, te weten de Van Alkemadelaan-Zwolsestraat als ontsluiting voor Scheveningen-Bad en de Houtrustweg voor Scheveningen-Haven en omgeving. Deze beide routes zijn voorzien van bewegwijzering. Naast deze beide hoofdroutes zijn er nog drie secundaire routes naar Scheveningen, te weten de Scheveningseweg als ontsluiting voor Scheveningen-Dorp en de Stadhouderslaan-Statenlaan en de Nieuwe Parklaan als ontsluiting voor de woonbuurten rondom deze beide routes.

Het plangebied wordt ontsloten vanaf de Houtrustweg en via de Kranenburgweg (Norfolkterrein en Hellingweg e.o.). De overige delen van Scheveningen-Haven, waaronder Havenkwartier-Noord en het Noordelijk Havenhoofd worden vanaf de Houtrustweg ontsloten via de Westduinweg, de Zeesluisweg, de Treilerdwarsweg en de Vissershavenweg. Deze wegen hebben een gebiedsontsluitende functie. De Vissershavenweg sluit aan op de Nieuwe Boulevard (Strandweg). In het kader van het versterken van de zeewering en de kwaliteitsverbetering van de openbare ruimte worden de werkzaamheden aan de Nieuwe Boulevard in 2013 afgerond.

Via de Westduinweg doorkruist bus 22 het plangebied. Op de rand van het plangebied rijdt tramlijn 11 langs/door het plangebied. Hieronder is een overzichtkaart opgenomen van het plangebied met daarin de routes van het openbaar vervoer.

Binnen de gemeente Den Haag is een stelsel van (hoofd) fietsroutes. In Scheveningen zijn veel hoofdfietsroutes haaks op de kust gericht. In het plangebied ligt een hoofdroute voor het fietsverkeer langs de Houtrustweg, in het verlengde van de bestaande fietsroute ter hoogte van de rioolwaterzuivering. Deze fietsverbinding maakt onderdeel uit van de Sterroute langs het verversingskanaal vanuit de stad naar Scheveningen-Haven en het strand. Langs de gehele Nieuwe Boulevard ligt een recreatieve fietsroute als onderdeel van de fietsroute langs de Noordzee.

Om parkeeroverlast in de omliggende (woon)buurten tegen te gaan, zal in deze gebieden op termijn betaald parkeren worden ingevoerd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0518.BP0253DSchevHaven-51VA_0006.jpg"

Openbaar vervoerlijnen d.d. februari 2013

2.4.3 Groen

Het plangebied heeft op meerdere plaatsen groenvoorzieningen:

  • Aan de zuidzijde van het plangebied ligt het Westduinpark waarvan een deel, het terrein van het Antennepark van het Ministerie van Defensie, binnen het plangebied is gelegen; Het Westduinpark is een Natura 2000-gebied. Dit beschermde natuurgebied is onderdeel van de provinciale en stedelijke ecologische hoofdstructuur. Het is een breed, gevarieerd en kalkrijk duingebied. Er is een breed scala aan vegetatietypen van jonge en oude duinen, met ruigten, graslanden, struwelen en binnenduinbos, met karakteristieke flora. Voor het Westduinpark geldt een beheerregime dat gericht is op het beschermen en versterken van de aanwezige natuurwaarden. Ook ruimtelijke ontwikkelingen en (bouw)activiteiten in de directe omgeving zijn onderworpen aan strenge randvoorwaarden.
  • De dijk tussen Zeekant en Strandweg is een belangrijke groenvoorziening die ook dienst doet als beschermingszone; Aan de overzijde van de havenmond vormt een klein duin de verbinding met het Westduinpark.
  • Langs het verversingskanaal zijn aan weerszijden groenstroken;
  • In de woonbuurt rond het Lindoduin en Vissenbuurt zijn diverse kleinere groengebiedjes gelegen.
2.4.4 Water

Scheveningen haven ligt voor een groot deel buitendijks. De gehele haven maakt onderdeel uit van de zone Waterstaatswerk (kernzone). De begrenzing ligt op de Houtrustweg en de Westduinweg. De waterkering loopt verder door het naastgelegen Scheveningen-Dorp. Aan de zuidkant van het plangebied ligt het verversingskanaal. Hier wordt het water van de Westboezem naar buiten gepompt met het gemaal aan de Houtrustweg. Stroomopwaarts van het gemaal, dus buiten het plangebied, wordt het boezempeil op NAP -0,43 m gehandhaafd. In het plangebied wordt het waterpeil bepaald door de Noordzee. Het waterpeil van de Noordzee wordt al langdurig intensief gemeten. Het normale getij fluctueert tussen NAP +1,07 m (hoog water) en NAP -0,71 m (laag water), er is dus een getijverschil van 1,78 m. Bij springtij ligt het hoog water iets hoger, op NAP +1,26 m, en bij dood tij ligt het hoog water op NAP +0,84 m en het laag water op NAP -0,64 m. Naast het water van de diverse havendelen, ligt ook het einde van het Verversingskanaal binnen het plangebied. Dit kanaal staat via een sluis in verbinding met de Tweede Haven. Het havengebied ligt buiten het afwateringssysteem van het boezemgebied, regenwater wordt grotendeels rechtstreeks naar de haven afgevoerd.

2.4.5 Bodem

Op en in de direct omgeving van het plangebied hebben enkele bedrijven met bodembedreigende activiteiten hun vestiging (gehad). In het plangebied is de bodem door de vroegere bedrijvigheid plaatselijk (sterk) verontreinigd. Een deel van de verontreinigingen is gesaneerd. Zie verder paragraaf 4.13.

2.4.6 Kabels en leidingen

De binnen het plangebied gelegen planologisch relevante leidingen zijn op de plankaart opgenomen. Het gaat hierbij om leidingen bij de Houtrustweg en de Dr. Lelykade.

2.4.7 Lichtlijnen

De scheepvaart maakt bij het binnenvaren gebruik van twee lichtenlijnen. Bij het binnenvaren van de buitenhaven (tussen de havenarmen) oriënteren schepen zich op de witte lichtenlijn. Bij de doorvaart van de buitenhaven naar de voorhaven oriënteren schepen zich op de groene lichtenlijn. De lichtlijnen en de bijhorende lichtmasten zijn weergegeven op onderstaande afbeelding. De lichtmasten van de witte lichtenlijn staan bij de hoek van de Derde Haven en op het Norfolkterrein ter hoogte van De Tweede Haven. De lichtmasten van de groene lichtenlijn staan bij de kom.

Bij de stedelijke ontwikkeling op het Norfolkterrein en het gebied rond de Derde Haven wordt rekening gehouden met inpassing van de witte lichtlijn, waarbij de lichtmasten verplaatst zullen worden. In paragraaf 5.2.8 wordt dit toegelicht.

afbeelding "i_NL.IMRO.0518.BP0253DSchevHaven-51VA_0007.jpg"

afbeelding - huidige nautische verlichting

2.4.8 Energievoorzieningen

Zeewaterwarmtecentrale Duindorp

Op het voormalige Norfolkterrein aan de rand van de kade bij de Derde Haven staat een Zeewaterwarmtecentrale. Deze centrale haalt energie uit de temperatuur van het zeewater in de haven en voorziet daarmee de nieuwbouwwoningen in het nabij gelegen Duindorp van duurzame warmte. De huidige plek van de Zeewaterwarmtecentrale is een tijdelijke locatie. In de nieuwe ontwikkeling op het voormalige Norfolkterrein en omliggende locaties wordt rekening gehouden met inpassing van de zeewaterwarmtecentrale, waarbij ook de nieuwbouw woningen binnen het gebied mogelijk kunnen worden aangesloten.

Windmolen

Aan het einde van de Houtrustweg staat windmolen 'de duinvogel'. Deze windmolen is in 2009 als gevolg van een technisch mankement uit gebruik. Op verzoek van bewoners uit nabij gelegen wijken is de windmolen in 2010 weer in gebruik genomen. Haagse bewoners hebben geparticipeerd in de windmolen door een obligatie te kopen. De molen voorziet ongeveer 450 huishoudens van stroom. De windmolen zal worden ontmanteld wanneer de ontwikkeling in het aangrenzende Norfolkterrein start. De reden dat de windmolen niet gehandhaafd kan worden houdt verband met de aan te houden veiligheids- en geluidcontouren tot kwetsbare objecten zoals wonen. In de gebruiksovereenkomst van de grond waarop de windmolen staat is rekening gehouden met het tijdelijke karakter.

Gemaal

Op de Dr. Lelykade ter hoogte van de Schokkerweg bevindt zich een rioolgemaal. In 2016 wordt de functie van dit gemaal overgenomen door een vernieuwd en uitgebreid rioolgemaal aan de Haringkade en verdwijnt het gemaal in Scheveningen Haven.