4.13 Bodem
Op 1 januari 2006 is de wijziging van de Wet bodembescherming (Wbb) in werking getreden. Vertrekpunt van de nieuwe Wbb is dat in het merendeel van de gevallen van bodemverontreiniging, de daadwerkelijke bodemsanering wordt meegenomen in de ontwikkeling dan wel herontwikkeling van plangebied of projectlocatie.
De wettelijke doelstelling is voortaan functiegericht. Vroeger moesten alle functies van de bodem worden hersteld maar dit bleek in de praktijk lastig haalbaar. Hoge kosten en langdurige saneringen zorgden van stagnatie. De gewijzigde wet houdt rekening met het gebruik van de bodem en de (im)mobiliteit van de verontreiniging. De volgende uitgangspunten overheersen:
-
a. het geschikt maken van de bodem voor het voorgenomen gebruik;
-
b. het beperken van blootstelling aan en de verspreiding van de verontreiniging;
-
c. het wegnemen van actuele risico's.
Saneringsverplichtingen zijn gekoppeld aan ontoelaatbare risico's die samenhangen met het huidige en toekomstige gebruik van de bodem. De uitvoering van deze verplichte saneringen wordt een stuk flexibeler. Het is niet meer altijd nodig de hele locatie aan te pakken. Er kan ook sprake zijn van deelsaneringen of een gefaseerde aanpak. Wanneer economische of maatschappelijke omstandigheden rond de vervuilde locatie uitstel vragen, kunnen tijdelijke maatregelen worden genomen, op voorwaarde dat risico's voldoende worden beheerst.
Het plangebied is gelegen in het stadsdeel Scheveningen en omvat de buurt Visserhaven en een deel van de buurt Oud-Scheveningen van de gelijknamige wijk Scheveningen, een deel van de gelijknamige wijk en buurt Duindorp en de buurt Geuzenkwartier van de wijk Geuzen en Statenkwartier. De Scheveningse Haven en een klein deel van het Westduinpark maken deel uit van het plangebied dat grofweg begrensd wordt door het Westduinpark, Kompasstraat, Doornstraat, Statenlaan, Westduinweg, Kranenburgweg, Houtrustweg, Strandweg en Zeekant.
Het gaat hierbij ter plaatse van het plangebied om afvalinzamelingbedrijven, metaalconstructiebedrijven, brandstofdetailhandels, tankstations, wasstraten, een drukkerij, autogarages, een chemische wasserij, een autospuiterij, een metaalgieterij, lasinrichtingen, smederijen, visrokerijen, visverwekende bedrijven, een stoomketelfabriek, een verfmolen, een verzinkerij, koelpakhuizen, schildersbedrijven, een galvaniseerinrichting, een kraanverhuurbedrijf, een transportbedrijf, een scheepswerf en een opslagterrein van Rijkswaterstaat. Daarnaast zijn vanaf het midden van de vijftiger jaren in een deel van het Westduinpark de duintoppen afgedekt met rioolslib om verstuiving tegen te gaan. Het is niet duidelijk hoelang deze activiteit heeft plaatsgevonden.Verder zijn bij diverse gebouwen ondergrondse huisbrandolietanks bekend. De meeste van deze tanks zijn reeds gesaneerd.
In en in de directe omgeving van het plangebied zijn bodemonderzoeken uitgevoerd in verband met aangetroffen verontreinigingen, herinrichting en/of bouwplannen. Bij elf locaties is geconstateerd dat er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging (hiervan is sprake bij een gemiddelde overschrijding van de interventiewaarde in meer dan 25 m3 vaste bodem en/of 100 m3 grondwater (bodemvolume). Van deze gevallen zijn er 7 gesaneerd. Van de overige 4 gevallen is de sanering van 2 in uitvoering. De laatste 2 gevallen zijn (nog) niet gesaneerd en de sanering daarvan is niet urgent / spoedeisend. Hieronder is een overzicht opgenomen van de locaties.
Afgerond
- Locatie Westduinweg/Baden Powellweg, ook bekend als de puinduinen, een geval van ernstige bodemverontreiniging welke bestaat uit vier bronnen, te weten:
-
1. Westduinpark I: voormalige stortplaats met circa 34.200 m3 grond verontreinigd met koper, lood, zink en PAK tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 8000 m2;
-
2. Westduinpark II: voormalige stortplaats met circa 5.500 m3 grond verontreinigd met koper, lood, zink en PAK tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 2000 m2;
-
3. Baden Powellweg: voormalige stortplaats met circa 396.000 m3 grond verontreinigd met lood en PAK tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 110.000 m2;
-
4. Duintoppen: circa elf duintoppen waarbij in totaal circa 2.475 m3 grond met lood en PAK tot boven interventiewaarde.
Bij geen van de bronnen is het grondwater verontreinigd tot boven interventiewaarde. Van dit geval is de sanering afgerond. Het geval bevindt zich slechts voor een zeer klein deel ter plaatse van het plangebied.
- Locatie Kranenburgweg 120 (Dr. Lelykade), een geval van ernstige bodemverontreiniging met circa 75 m3 grond verontreinigd met PAK tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 75 m2. Het grondwater is niet verontreinigd. Van dit geval is de sanering afgerond.
- Locatie Kranenburgweg 177, een geval van ernstige bodemverontreiniging met circa 200 m3 grond verontreinigd met zware metalen, PAK en minerale olie tot boven interventiewaarde. De verontreiniging is gelegen onder een laag puin en afval. Het grondwater is niet boven interventiewaarde verontreinigd. Van dit geval is de sanering afgerond.
- Locatie Treilerweg 2-12, een geval van ernstige bodemverontreiniging met circa 40 m3 grond verontreinigd met lood tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 80 m2. Het grondwater is niet verontreinigd. Van dit geval is de sanering afgerond.
- Locatie Hellingweg tegenover 120, 123, 125 en 127. Hier zijn drie gevallen van ernstige bodemverontreiniging, te weten:
-
1. circa 360 m3 grond verontreinigd met zink tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 600 m2. Het grondwater is niet boven interventiewaarde verontreinigd. Van dit geval is de sanering afgerond;
-
2. een verontreiniging met minerale olie en vluchtige aromatische koolwaterstoffen. De totale omvang van de verontreiniging is in de grond circa 1.500 m3 en in het grondwater circa 2.600 m3. Van dit geval is de sanering afgerond;
-
3. circa 30 m3 grond verontreinigd met zink tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 50m2. Het grondwater is niet verontreinigd. Van dit geval is de sanering afgerond.
- Locatie Kapitein de Rijkstraat 34, een geval van ernstige bodemverontreiniging met circa 800 m3 grond en 3.900 m3 grondwater verontreinigd met minerale olie en vluchtige aromatische koolwaterstoffen tot boven interventiewaarde. Van dit geval is de sanering afgerond.
- Locatie Doornstraat 170, een geval van ernstige bodemverontreiniging met lood en PAK in de grond. In totaal is circa 460 m3 grond verontreinigd boven interventiewaarde. Het grondwater is niet verontreinigd. Van dit geval is de sanering afgerond.
Nog in uitvoering
- Locatie Duinstraat 16, een geval van ernstige bodemverontreiniging met over een oppervlakte van circa 330 m2, circa 600 m3 grond en 200 m3 grondwater verontreinigd met minerale olie en vluchtige aromatische koolwaterstoffen tot boven interventiewaarde. Van dit geval is de sanering in uitvoering.
- Locatie Strandweg 3, een geval van ernstige bodemverontreiniging met circa 1450 m3 grond verontreinigd met rhodamine-b tot boven interventiewaarde. Het grondwater is niet boven interventiewaarde verontreinigd. Van dit geval is de sanering in uitvoering.
Nog niet gesaneerd
- Locatie Dr. Lelykade 110-120, een geval van ernstige bodemverontreiniging met circa 1.125 m3 grond verontreinigd met PAK tot boven interventiewaarde. Het grondwater is niet verontreinigd. Dit geval is nog niet gesaneerd.
- Locatie Zeesluisweg 115, een geval van ernstige bodemverontreiniging met circa 150 á 200 m3 grond en grondwater verontreinigd met minerale olie en vluchtige aromatische koolwaterstoffen tot boven interventiewaarde over een oppervlakte van circa 50 m2. Dit geval is nog niet gesaneerd.
Niet alle verdachte deellocaties in het plangebied zijn (voldoende) onderzocht. Voor die delen van het plangebied waar herinrichting en/of nieuwbouw plaatsvindt en waar nog geen onderzoek en/of sanering heeft plaatsgevonden, zal bodemonderzoek moeten worden uitgevoerd en eventueel gesaneerd moeten worden. Naast het feit dat nog niet overal binnen het plangebied bodemonderzoek heeft plaatsgevonden, zijn er ook locaties waar het uitgevoerde bodemonderzoek sterk verouderd is (ouder dan vijf jaar). Indien voor deze locaties bouwplannen/herinrichtingsplannen zijn zullen de bodemonderzoeken geactualiseerd moeten worden.
Uit de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Den Haag blijkt dat het plangebied deels gelegen is in bodemkwaliteitszones 1, 4, 6 en 7.
- Voor zone 1 geldt dat de bovengrond (0,0-0,5 m-maaiveld) gemiddeld licht is verontreinigd met lood, zink, minerale olie en PAK (teerachtige stoffen). De ondergrond (0,5-2,0 m-maaiveld) is gemiddeld licht verontreinigd met minerale olie.
- In zone 4 zijn zowel de bovengrond als de ondergrond gemiddeld licht verontreinigd met minerale olie en PAK.
- Voor zone 6 geldt dat de bovengrond en ondergrond gemiddeld licht zijn verontreinigd met minerale olie.
- In zone 7 is de bovengrond gemiddeld licht verontreinigd met lood, zink, minerale olie en PAK. De ondergrond is gemiddeld licht verontreinigd met minerale olie en PAK.
Voorafgaand aan het verlenen van een omgevingsvergunning (activiteit bouwen) voor gevoelige functies zal de initiatiefnemer aan moeten tonen dat de grond geschikt is voor de beoogde functie.