direct naar inhoud van 5.3 Dakopbouwen en extra bouwlagen
Plan: Centrum Loosduinen
Status:
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0209ACentrumLoos-50VA

5.3 Dakopbouwen en extra bouwlagen

Op grond van de Structuurvisie dient langs doorgaande wegen en groen bij herstructurering in principe bebouwing in vijf lagen mogelijk te worden gemaakt. De Lisztstraat is een doorgaande weg als bepaald in de structuurvisie

Om in de behoefte aan meer woonruimte te voorzien wordt in dit plan de mogelijkheid geboden om op daartoe aangewezen bouwblokken een dakopbouw aan te brengen. De locaties waar een dakopbouw mogelijk is, worden bepaald aan de hand van stedenbouwkundige argumenten en een bezonningsonderzoek. Voor het plangebied is allereerst een duidelijke stedenbouwkundige afweging gemaakt waar dakopbouwen wel en niet mogelijk worden gemaakt. Stedenbouwkundige argumenten zijn onder andere de architectuur, lichttoetreding en bouwmassa.

Voor het plangebied betekent dit dat in beginsel alleen dakopbouwen kunnen worden toegestaan op platte daken en indien de bebouwing op dit moment uit 2 of 3 bouwlagen bestaat. Dit doet zich voor in het buurtje Mecklenburgplein e.o.

De Willem III straat 115 t/m 129 bestaat deels uit panden van 3 lagen met plat dak en deels uit dicht naast elkaar gebouwde villa's van 2 bouwlagen met zeer zorgvuldig ontworpen kapverdiepingen met een grote architectonische waarde die een waardevol ensemble vormen is samenhang met de aan de overzijde van de straat gelegen molen “De Korenaar” (monument), het Loosduinse Museum en de nabij gelegen Nederlands Hervormde Kerk (monument), als de enige nog resterende overblijfselen van het oude Loosduinen.

Waar sprake is van schuine kappen zijn deze eveneens tamelijk zorgvuldig ontworpen voor het gehele blok, zodat incidentele toevoegingen van bouwlagen of vervanging van kapverdiepingen door platte bovenverdiepingen ongewenst is en een aantasting vormt van stedenbouwkundig/architectonische ensembles. Tussenvoegen van een extra verdieping zou leiden tot grotere bouwhoogten dan 3 bouwlagen wat gezien de afstand tussen de bouwblokken eveneens ongewenst is.

Bovenstaande geldt ook voor de buurt tussen Symfoniestraat en Loosduinse Hoofdstraat.

Dit leidt tot de kaart die als bijlage 2 bij de toelichting is opgenomen, waarop is aangegeven waar dakopbouwen op basis van stedenbouwkundige argumenten in principe mogelijk zijn.

Vervolgens is voor de mogelijke locaties voor een dakopbouw een gedetailleerd bezonningsonderzoek uitgevoerd om inzicht te geven in de mogelijke afname van de bezonning op de gevels als gevolg van dakopbouwen. Hiervoor wordt de gemeentelijk vastgestelde norm (RIS 170509 ) gehanteerd die uitgaat van: een minimale bezonning van 2 uur, gemeten op de 75 centimeter hoogte op het midden van de voor- en achtergevel op 19 februari bij een zonnestand van 10 graden of hoger. Indien woningen in de huidige situatie al niet aan de bezonningsnorm voldoen, wordt een verdere verslechtering als gevolg van een dakopbouw niet toegestaan.

Indien het hele dakoppervlak volledig bebouwd mag worden, wordt dit aangegeven door middel van het maatvoeringssymbool, die een hoger maximum bouwhoogte toelaat (dus bijv. de huidige 6 meter wordt 9 meter). Als de dakopbouw vanwege bezonning terug moet liggen, wordt de bouwaanduiding “specifieke bouwaanduiding-dakopbouw” gelegd op het bouwvlak en wordt deze geometrisch bepaald op basis van de optimaliseringsstudie. Aan de bouwaanduiding wordt de regel gekoppeld dat ter plekke een dakopbouw van maximaal 3,5 meter gebouwd mag worden.

De aanvraag voor een omgevingsvergunning wordt getoest aan het bestemmingsplan en is wordt daarnaast onderworpen aan een welstandstoets. Een aanvraag voor een omgevingsvergunning ten behoeve van een dakopbouw zal worden geweigerd voor die locaties waar dakopbouwen in dit bestemmingsplan niet mogelijk zijn gemaakt.

Het volledige bezonningsonderzoek is opgenomen in bijlage 3.