Plan: | Ypenburg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0183HYpenburg-50VA |
Op 1 januari 2006 is de wijziging van de Wet bodembescherming (Wbb) in werking getreden. Vertrekpunt van de nieuwe Wbb is dat in het merendeel van de gevallen van bodemverontreiniging, de daadwerkelijke bodemsanering wordt meegenomen in de ontwikkeling dan wel herontwikkeling van plangebied of projectlocatie.
De wettelijke doelstelling is voortaan functiegericht. Vroeger moesten alle functies van de bodem worden hersteld maar dit bleek in de praktijk lastig haalbaar. Hoge kosten en langdurige saneringen zorgden van stagnatie. De gewijzigde wet houdt rekening met het gebruik van de bodem en de (im)mobiliteit van de verontreiniging. De volgende uitgangspunten overheersen:
Saneringsverplichtingen zijn gekoppeld aan ontoelaatbare risico's die samenhangen met het huidige en toekomstige gebruik van de bodem. De uitvoering van deze verplichte saneringen wordt een stuk flexibeler. Het is niet meer altijd nodig de hele locatie aan te pakken. Er kan ook sprake zijn van deelsaneringen of een gefaseerde aanpak.
Wanneer economische of maatschappelijke omstandigheden rond de vervuilde locatie uitstel vragen, kunnen tijdelijke maatregelen worden genomen, op voorwaarde dat risico's voldoende worden beheerst.
Binnen het plangebied, gelegen in het stadsdeel Leidschenveen-Ypenburg, liggen vier buurten (Bosweide, Morgenweide, Singels en Waterbuurt) van de wijk “Ypenburg” en een deel van de Vliegeniersbuurt van de wijk “Hoornwijk”. De wijk Ypenburg is vanaf 1997 ontwikkeld, ter plaatse van het voormalige vliegveld Ypenburg dat in 1992 werd gesloten. Het plangebied wordt begrensd door de rijkswegen A4 en A13, de Brasserskade, de gemeente Nootdorp, de Ypenburgse Boslaan en het terrein van TNO. Het voormalige gebruik van het plangebied was luchtvaartterrein, glastuin- of agrarisch gebied. Het plangebied is grotendeels ontwikkeld tot woon-werk gebied.
Naast de voormalige vliegbasis Ypenburg heeft ter plaatse van het plangebied een aantal bedrijven met bodembedreigende activiteiten hun vestiging (gehad), met name constructiebedrijven, tankstations, transportbedrijven, grafische bedrijven en autoreinigingsbedrijven. Daarnaast is in het verleden plaatselijk een ophooglaag aangebracht en zijn er sloten gedempt.
Er is een beperkt aantal ondergrondse brandstoftanks bekend binnen het plangebied, waarvan nog enkele in gebruik zijn.
In en in de directe omgeving van het plangebied zijn bodemonderzoeken uitgevoerd in verband met herinrichting en/of bouwplannen. Hierbij is het plangebied volledig onderzocht. Op diverse deellocaties bleek sprake te zijn van een geval van ernstige bodemverontreiniging. Hiervan is sprake bij een gemiddelde overschrijding van de interventiewaarde in meer dan 25 m3 vaste bodem en/of 100 m3 grondwater (bodemvolume). Alle deellocaties zijn gesaneerd. Ter plaatse van de meeste gesaneerde deellocaties zijn geen restverontreinigingen achtergebleven waardoor er geen gebruiksbeperkingen zijn. Op een enkele deellocatie is gesaneerd middels het aanbrengen van een leeflaag waardoor ter plaatse een gebruiksbeperking geldt.
Voor die delen van het plangebied waar herinrichting en/of nieuwbouw gaat plaatsvinden, zal op dat moment worden bekeken of de beschikbare bodemrapportage nog actueel is of gedateerd (ouder dan vijf jaar) is. In dat geval zullen voor deze locaties de bodemonderzoeken geactualiseerd moeten worden.
Uit de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Den Haag blijkt dat het plangebied is gelegen in bodemkwaliteitskaartzone A van Leidschenveen-Ypenburg. De bovengrond (0,0-0,5 m-maaiveld) in dit gebied is gemiddeld niet verontreinigd. De ondergrond (0,5-2,0 m-maaiveld) is gemiddeld licht verontreinigd met kwik.