direct naar inhoud van 5.2 Archeologie en cultuurhistorie
Plan: Dalem
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0512.BP2011110-8100

5.2 Archeologie en cultuurhistorie

5.2.1 Archeologie

In het kader van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg (WAMZ) dienen gemeenten er voor te zorgen dat de archeologische waarden en verwachtingen binnen de gemeente bekend zijn. De gemeente Gorinchem heeft, samen met de regiogemeenten uit de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, een Archeologische verwachtings en Beleidsadvieskaart opgesteld.

Het huidige dorp Dalem is later ontstaan dan de gelijknamige historische dijklint langs de Merwededijk. Uit de Archeologische verwachtings- en beleidskaart blijkt dat er binnen het plangebied geen bekende archeologische waarden aanwezig zijn. Binnen het plangebied bevinden zich vier soorten verwachtingsgebieden voor diverse tijdsperioden:

  • een omvangrijke zone met 'lage verwachtingswaarde' voor sporen uit alle perioden voor het grootste deel van het dorp Dalem;
  • een zone met 'middelmatige verwachtingswaarde voor late middeleeuwen en nieuwe tijd' ter hoogte van de Merwededijk;
  • een zone met 'hoge verwachtingswaarde voor prehistorie tot middeleeuwen aan of nabij het oppervlak' ten noorden van de Merwededijk;
  • een zone met 'hoge verwachtingswaarde voor prehistorie tot middeleeuwen tussen 1,5 en 5 meter beneden maaiveld' ten noordwesten van de Willem Alexanderlaan.

Op basis van de Archeologische verwachtings- en beleidskaart kan in een vroeg stadium van ruimtelijke planvorming gekeken worden of en hoe archeologische waarden beschermd kunnen/moeten worden: middels aanpassing van het plan of het behoud van informatie door opgraven. Bij elke voorgenomen activiteit om de bodem te verstoren in een gebied met archeologische waarden of verwachting moet namelijk in een zo vroeg mogelijk stadium worden bepaald of een archeologisch onderzoek noodzakelijk is. Om te voorkomen dat er verstoring van archeologische resten in de bodem voorkomt moet de gemeente erop toezien dat de verstoorder een onderzoek laat uitvoeren.

afbeelding "i_NL.IMRO.0512.BP2011110-8100_0010.jpg"  

Afbeelding - Uitsnede Archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart Gorinchem
Geel = Gebied met lage verwachtingswaarde voor sporen uit alle perioden;
Lichtpaars = Gebied met middelmatige verwachtingswaarde voor sporen uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd;
Donkerbruin = Gebied met hoge verwachtingswaarde voor sporen uit de prehistorie tot middeleeuwen aan of nabij het oppervlak;
Oranje = Gebied met hoge verwachtingswaarde voor sporen uit de prehistorie tot middeleeuwen tussen 1,5 en 5 meter beneden maaiveld.

De vier zones met een archeologische verwachting brengen ieder verschillende regels met zich mee waaraan getoetst moet worden bij een aanvraag om omgevingsvergunning:

  • voor gebieden met een 'lage verwachtingswaarde voor sporen uit alle perioden' is archeologisch onderzoek enkel nodig bij grootschalige bodemingrepen groter dan of gelijk aan 10.000 m2 en dieper dan 30 cm onder het maaiveld;
  • voor het gebied met een 'middelmatige verwachtingswaarde voor sporen uit de late middeleeuwen en nieuwe tijd' is archeologisch onderzoek nodig bij bodemingrepen dieper dan 30 cm onder het maaiveld en groter dan of gelijk aan 100 m²;
  • voor gebieden met een 'hoge verwachtingswaarde voor sporen uit de prehistorie tot middeleeuwen aan of nabij het oppervlak' is archeologisch onderzoek nodig bij ingrepen dieper dan 30 cm onder maaiveld en groter dan of gelijk aan 250 m² ;
  • voor gebieden met een 'hoge verwachtingswaarde voor sporen uit de prehistorie tot middeleeuwen tussen 1,5 en 5 meter beneden maaiveld' is archeologisch onderzoek nodig bij ingrepen dieper dan 150 cm onder maaiveld en groter dan of gelijk aan 250 m².

Het onderhavige bestemmingsplan is voornamelijk conserverend van aard. Er worden geen ontwikkelingen mogelijk gemaakt. In het kader van dit bestemmingsplan vinden er derhalve geen (grootschalige) activiteiten plaats die de archeologische en cultuurhistorische waarden zouden kunnen verstoren. In het bestemmingsplan krijgen de gronden met een lage verwachtingswaarde, middelmatige verwachtingswaarde, hoge verwachtingswaarde aan of nabij het oppervlak en hoge verwachtingswaarde tussen 1,5 en 5 meter beneden maaiveld en een corresponderende dubbelbestemming:

Voor het gehele plangebied Dalem zullen de hierboven weergegeven dubbelbestemmingen opgenomen worden ten behoeve van de bescherming, het behoud en het veiligstellen van de archeologische waarden van deze gronden.

5.2.2 Cultuurhistorie
5.2.2.1 Beatrixlaan

De cultuurhistorische waarde van de Beatrixlaan is beschreven in paragraaf 2.3. Om deze ruimtelijke structuur te beschermen wordt in dit bestemmingsplan een aantal regelingen opgenomen. Deze zijn beschreven in paragraaf 4.3.1.
De genoemde maatregelen dienen niet alleen de bestaande structuur te behouden maar hebben ook als doel deze ruimtelijke opzet van de Beatrixlaan te versterken.

5.2.2.2 Nieuwe Hollandsche Waterlinie

Het plangebied maakt onder andere deel uit van het nationale landschap 'Nieuwe Hollandse waterlinie'. De Hollandsche waterlinie is een militaire verdedigingslinie, bedoeld om te voorkomen dat een uit het oosten binnenvallend landleger al te gemakkelijk de belangrijke steden in het westen van het land zou kunnen bereiken. De linie strekt zich uit tussen Muiden en de Biesbosch en loopt langs de oostkant van de stad Utrecht.

Het concept voor de verdediging was gebaseerd op het onder water zetten van lage terreingedeelten zoals polders, zodat het grootste deel van het terrein onbegaanbaar werd. Hogere gedeelten die niet onder water konden worden gezet, zoals de wegen over de rivierdijken, de spoordijken en enkele van nature hoger gelegen delen, konden worden bestreken met geschut vanuit de daartoe gebouwde forten en andere zogenaamde werken. Dergelijke doorbrekingen van de linie werden 'acces' genoemd. Het totale stelsel bestaat derhalve uit forten en andere werken, liniedijken, voorzieningen om water in te laten, inundatievelden en een verscheidenheid aan kleinere elementen waaronder de betonnen bunkers die nog in de periode vlak voor 1940 zijn toegevoegd. Na 1945 verloor de Nieuwe Hollandse Waterlinie definitief haar verdedigingsfunctie. Vooral na 1990 zijn de onderdelen van de linie, met name de forten, die tot op dat moment nog doorgaans in handen waren van defensie, overgegaan in andere handen.
Het ontwerp van een verdedigingsstelsel dat grotendeels is gebaseerd op gebruikmaking en beheersing van het water vormt een dermate bijzonder cultureel erfgoed, dat de gehele Nieuwe Hollandse Waterlinie door Nederlands is voorgedragen om te worden opgenomen op de Werelderfgoedlijst (UNESCO).

Voor de linie is door de Stuurgroep Nationaal Project Nieuwe Hollandsche Waterlinie het Linieperspectief Panorama Kraayenhoff opgesteld. De nota geeft richtlijnen voor bescherming en ontwikkeling van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Voor Gorinchem wordt gesteld dat de fragmentatie van het landschap, mede door verstedelijking al zo groot is dat een landschapsstrategie de oorspronkelijke topografie van de Waterlinie niet meer in herinnering kan roepen. Door de doorsnijding van de Waterlinie door de A15 en de Betuwelijn is geen sprake meer van een continuïteit in noordzuid richting. Het landschapsbeeld is vooral ten oosten van Gorinchem onherstelbaar beschadigd. Infrastructuur, stedelijke bebouwing en voorzieningen voor intensieve recreatie hebben de landschappelijke samenhang tussen inundatieveld, accessen en forten aangetast.

5.2.2.3 Monumenten

In het plangebied zijn geen rijks- en gemeentelijke monumenten aanwezig die een doorwerking in het bestemmingsplan behoeven.