Plan: | Gorinchem-Noord |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0512.BP2010105-8100 |
In het kader van verscherpte natuurwetgeving dient, voor dat ergens ruimtelijke ingrepen plaatsvinden, te worden onderzocht of er belangrijke natuurwaarden voorkomen op een te bouwen locatie. In het kader van dit bestemmingsplan heeft een natuuronderzoek plaatsgevonden (Bureau Waardenburg 2006, Grontmij/AquaSense, 2007, AquaTerra-KuiperBurger B.V - ATKB, 2009, 2010).
Inventarisatie
Bestaande gegevens met betrekking tot flora en fauna in het plangebied van dit bestemmingsplan zijn opgevraagd bij het Natuurloket. Daarnaast is gebruik gemaakt van de eerdere natuuronderzoeken, gegevens van de provincie Zuid-Holland en van plaatselijke natuurverenigingen. Voorts heeft in voorjaar 2007 een veldinventarisatie plaatsgevonden voor de locatie van het bedrijventerrein Groote Haar en de andere twee ontwikkellocaties (het gebied ten zuiden van de Haarweg en het gebied ter plaatse van de halte van de MerwedeLingelijn). Aangezien het plangebied in de loop van de periode vergroot is (onder andere de uitbreiding van het bedrijventerrein in noordelijke en noordoostelijke richting) en doordat niet het gehele plangebied in de eerdere onderzoeken was meegenomen (onder andere het gebiedsdeel ten noorden van de Haarweg, alsmede de omgeving vna het scholengebied), heeft ATKB op verscheidende data in het voorjaar van 2009 en 2010 veldonderzoek gedaan in het gehele plangebied.
Uit het natuuronderzoek blijkt dat het plangebied:
Effecten
Uit de effectenanalyse blijkt dat mogelijke negatieve effecten van de voorgenomen planontwikkeling op de in het plangbied voorkomende vleermuizen (Gewone en Ruige dwergvleermuis en Laatvlieger) te voorkomen zijn, indien voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen.
Het leefgebied van de aanwezige beschermde vissoorten en Heikikker wordt aangetast als gevolg van het voorgenomen plan, waarbij de leefgebieden ecologisch gezien voor deze soorten achteruitgaan. Hiervoor zijn mitigerende maatregelen voorgesteld, zoals het wegvangen van vissen voordat poldersloten worden gedempt. Voor de Heikikker, Bittervoorn en Grote modderkruiper zijn echter ook compenserende maatregelen aan de orde, omdat de zogeheten regionale staat van instandhouding in het geding kan zijn. Vooral de Grote modderkruiper is landelijk gezien zeldzaam.
Voor het zoeken naar compenserende maatregelen is zoveel mogelijk uitgegaan van hetBeeldkwaliteitplan voor het Bedrijventerrein Groote Haar (Grontmij, 2010). De aanleg van een natuurvriendelijke oever en een groenzone in het noordelijk deel van toekomstig bedrijventerrein ‘Groote Haar’ is gunstig als alternatief leefgebied voor de Bittervoorn en Heikikker. In het rapport van het natuuronderzoek (ATKB, 2010) is een voorstel gedaan voor de invulling van de groenzone en de natuurvriendelijke oever.
Voor de Grote modderkruiper zal de toekomstige inrichting echter niet geschikt zijn. De soort komt namelijk bijna uitsluitend voor in smalle poldersloten met veel waterplanten en een (dikke) sliblaag. Deze verdwijnen juist uit de polder en de brede watergangen op het bedrijventerrein zijn ongeschikt. Voor de compensatie moeten smalle watergangen (liefst in of op de grens van het plangebied) worden aangelegd, een eerste schatting is dat tussen 500-1500 meter sloot moet worden gerealiseerd. Dit kan één watergang zijn, dit kunnen er ook meerdere zijn.
Als compensatiegebied voor de Grote modderkruiper zijn de noordelijk van het bedrijventerrein gelegen gronden buiten de bebouwingcontour aangemerkt. Deze gronden vallen binnen de bestemming Natuur. Voor een deel van de gronden aan de oostzijde van de Hoogbloklandseweg is de vigerende bestemming Agrarisch vooralsnog gehandhaafd. Wel is voordeze gronden een wijzigingsbevoegdheid opgenomen ten behoeve van Natuur. Dit mede uit oogpunt van de beoogde realisering van de ecologische verbinding.
In het rapport van ATKB is een aanzet gedaan voor het inrichten van het nieuw leefgebied voor deze soorten.
Maatregelen
Mede opbasis van het natuuronderzoek zal de gemeente Gorinchem in het kader van het onderhavige bestemmingsplan de volgende maatregelen ondernemen:
Ter borging van bovengenoemde maatregelen is in de regels van dit bestemmingsplan vastgelegd dat het compensatieplan moet zijn ingediend en ontheffing moet zijn verleend, voor dat omgevingsvergunning kan worden afgegeven.
Voor nadere informatie over de resultaten van het natuuronderzoek wordt verwezen naar de volgende rapportages: