direct naar inhoud van 5.5 Openbare ruimte
Plan: TU Midden en Noord
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0021-2001

5.5 Openbare ruimte

5.5.1 Bestaande situatie

Het bestemmingsplangebied bestaat in hoofdzaak uit drie verschillende delen, elk met een eigen tijdsbeeld, functie en uitstraling:

  • het (woon) milieu uit de jaren '30, het gebied ten noorden van het Zuidplantsoen;
  • de campus, het (woon) milieu uit de jaren '60, het gebied van de Technische Universiteit Delft;
  • het bedrijventerrein, het Delftechpark uit de jaren '90.

Ten noorden van de campus ligt een gebied dat in de jaren '30 van de vorige eeuw is ingericht bestaande uit grote bouwblokken langs de hoofdinfrastructuur. De TU nam er haar intrek, momenteel is een deel omgebouwd tot studentenhuisvesting, science center en een bedrijfsverzamelgebouw. De verschillende deelgebieden worden door middel van groenzones en hoofdwegen (vaak met een laanbeplanting) van elkaar gescheiden, zo is een helder stedenbouwkundig gebied ontstaan.

De stedenbouwkundige opzet van de campus wordt gekenmerkt door grote, monofunctionele, zakelijk vormgegeven bedrijfsgebouwen. Inmiddels wordt het gebied langzaam omgevormd tot een gemengde, multifunctioneel ingerichte wijk waarbij een combinatie van studeren, werken en wonen nagestreefd wordt. Het hart van de campus wordt gevormd door het Mekelpark. Door het park loopt een fiets- en voetverbinding die de verschillende faculteiten met elkaar verbinden. Tramlijn 19 valt binnen de bestemming Verkeer.

In Delftechpark hebben zich commerciële technische bedrijven gevestigd. De bedrijven zijn gelegen aan een markante lus omgeven door een beplanting met laanbomen. De inrichting geeft een groen straatbeeld.

De Kruithuisweg, Rotterdamseweg, Mekelweg, Julianalaan en Schoemakerstraat vormen samen de 'lijnen' die de 'vlakken' ontsluiten voor autoverkeer. Tevens vormen zij, mede door de (laan)beplantingen ruimtelijk het netwerk waarbinnen zich de 'vlakken' bevinden.

Voor autoverkeer vindt de hoofdontsluiting plaats via de Schoemakerstraat. Het karakter van deze straat wordt in belangrijke mate bepaald door de twee rijen platanen en door de brede waterpartijen. De Schoemakerstraat vormt, voor bezoekers van de universiteit, de eerste kennismaking met de stad.

De Rotterdamseweg, van oudsher de weg van Delft naar Rotterdam, kent vele gezichten. Momenteel beperkt de openbare ruimte zich tot een functionele ontsluiting van het bedrijventerrein. Aan de Rotterdamseweg ligt een natuurspeeltuin, een speelplek met een stedelijke functie.

De Mekelweg is omgevormd tot het Mekelpark. Het fietspad door het Mekelpark vormt de belangrijkste fietsverbinding tussen binnenstad en het zuidelijk TU-gebied.

5.5.2 Beleid en onderzoek

In 2009 is de Visie Openbare Ruimte vastgesteld. Deze visie beschrijft hoe de openbare ruimte in Delft zich de komende jaren kan ontwikkelen. Voor het noordelijk deel geldt dat de ruimtelijke samenhang tussen bebouwing en openbare ruimte verbeterd moet worden, extra aandacht gaat uit naar de openbare ruimte als verblijfsgebied. Een menging van fiets- en voetgangersverkeer heeft de voorkeur.

De campus met het Mekelpark is reeds omgevormd van een verkeersgebied naar een verblijfsgebied. Aandacht wordt gevraagd voor een betere presentatie van de gebouwen naar het park en meer aandacht voor de natuurwaarde van het park.

Het Handboek Openbare Ruimte geeft richtlijnen over het gebruik van straatprofielen, maatvoering en materiaalgebruik in relatie tot de functie van de openbare ruimte. Het handboek geeft daarmee 'tools' om de Visie Openbare Ruimte te verwezenlijken.

De Nota Groen Delft (2012-2020) beschrijft de visie op een groene, natuurlijke en leefbare stad. Zie hiervoor paragraaf 6.3. De Bomenverordening Delft 2008 heeft als doel de houtopstand van Delft te beschermen. De monumentale bomen staan vermeld op een door het college vastgestelde lijst van beschermde houtopstanden. Deze bomen zijn ook op de verbeelding van dit bestemmingsplan opgenomen. Voor deze bomen is een aparte vergunning vereist op basis van de regels van dit bestemmingsplan. Voor dit bestemmingsplan gaat het om onderstaande bomen:

2801-05-1   Metasequoia glyptostroboides, watercypres   Mijnbouwstraat 120  
2801-05-2   Metasequoia glyptostroboides, watercypres   Mijnbouwstraat 120  
2801-05-3   Metasequoia glyptostroboides, watercypres   Mijnbouwstraat 120  
2801-05-4   Metasequoia glyptostroboides, watercypres   Mijnbouwstraat 120  
2801-12-01   Aesculus hippocastanum, paardenkastanje   Prins Bernhardlaan  
2801-13-01   Aesculus hippocastanum, paardenkastanje   Jaffalaan  
2801-16-114   Metasequoia glyptostroboides, watercypres   Julianalaan 67  
2801-16-116   Metasequoia glyptostroboides, watercypres   Julianalaan 67  
2805-01-01   Quercus robur, zomereik   Rotterdamseweg 155  
2805-01-02   Tilia, Linde   Rotterdamseweg 155  
2805-01-03   Tilia, Linde   Rotterdamseweg 155  
2805-01-04   Tilia, Linde   Rotterdamseweg 155  
5.5.3 Gewenste ontwikkeling

Bij ruimtelijke ontwikkelingen verdient het verbeteren van de verblijfsfunctie bijzondere aandacht. Daarbij kan als uitgangspunt worden gehanteerd dat het auto- en fietsverkeer te gast is in de openbare ruimte.

5.5.4 Conclusie

Er zijn mogelijkheden om de openbare ruimte gedurende de planperiode van het bestemmingsplan (10 jaar) meer een verblijfsfunctie te geven en de groene uitstraling en biodiversiteit te vergroten. Daarmee krijgt de openbare ruimte voor zowel de huidige, als de toekomstige gebruikers meer waarde. De inrichting van de openbare ruimte is niet vastgelegd in het bestemmingsplan, omdat een bestemmingsplan niet op een dergelijk detailniveau is toegespitst. De huidige bestemmingen staan groen en water toe, waarmee een eventuele toekomstige nieuwe inrichting van de openbare ruimte mogelijk is.