direct naar inhoud van 5.3 Bedrijven, Kantoren, Horeca en Detailhandel
Plan: Noordwest, deelgebied 3
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0001-2002

5.3 Bedrijven, Kantoren, Horeca en Detailhandel

5.3.1 Bestaande situatie

Kantoren en bedrijven

Op 1 januari 2007 zijn in het gebied verspreidt 28 kleinschalige kantoren en 49 bedrijven en instellingen gevestigd waar in totaal 560 personen werken: waarvan 16 vestigingen in de gezondheidszorg met 133 personen en 9 onderwijs vestigingen met 303 personen.

Horeca

Er zijn in het plangebied 6 horecavestigingen aanwezig. Van de 6 horecavoorzieningen zijn er 4 gevestigd in of nabij het winkelcentrum Van Foreestweg.

Detailhandel

Het ten opzichte van de andere Delftse buurtwinkelcentra relatief grote buurtwinkelcentrum Van Foreestweg is in het plangebied gesitueerd. Het winkelcentrum speelt een belangrijke rol voor het voorzieningenniveau en de leefbaarheid in de wijk en vormt een potentiële aankoopplaats voor de nieuwbouwwijk Harnaschpolder. De goede ligging en het perspectief op een groeiend draagvlak biedt mogelijkheden voor een opwaardering van het winkelcentrum. De uitbreidingswens van de supermarkt kan als drager fungeren voor een aanpak waarbij in het kader van een gebiedsontwikkeling invulling wordt gegeven aan de herontwikkelingsmogelijkheden van het winkelcentrum.

5.3.2 Beleid en onderzoek

Rijksbeleid

In de Nota Ruimte wordt gestreefd naar bundeling van functies van wonen en werken. Dat betekent dat functies van wonen en werken zoveel mogelijk gezamenlijk dienen te worden opgelost binnen het stedelijke gebied.

Provinciaal beleid

Het ruimtelijk beleid vastgelegd in de Verordening Ruimte (2010) is er op gericht nieuwe kantoren te concentreren in gebieden met hoogwaardig openbaar vervoer. Nieuwbouw van kantoren is alleen onder voorwaarden mogelijk. Bij nieuwe detailhandel dient zoveel mogelijk te worden aangesloten bij bestaande centra of nieuwe wijkgebonden centra.

Regionaal beleid

Het regionaal structuurplan Haaglanden (RSP) biedt een kader voor het regionale beleid op het gebied van milieu groen, mobiliteit, wonen en economie en voor locale plannen, zoals de bestemmingsplannen. Het RSP spreekt de ambitie uit om door te groeien als internationaal concurrerende regio, als goed functionerend stedelijk netwerk en als regio die kwaliteit ven leven biedt. In economische zin zet het RSP in op de vier sterke peilers van de regio: recht vrede en veiligheid, kennis, innovatie en technologie, Greenport Westland-Oostland en toerisme.

Onderdeel uitmakend van het RSP is de structuurvisie detailhandel Haaglanden. Beperkte marktruimte en nog in de pijplijn zittende plannen leiden ertoe dat de structuurvisie detailhandel Haaglanden uitgaat van een restrictief beleid. Tegelijkertijd dienen er mogelijkheden te zijn om de marktdynamiek te accommoderen. De structuurvisie detailhandel Haaglanden geeft invulling aan het vinden van een balans tussen restrictie en marktdynamiek. Op basis van een vastgesteld toetsingskader worden plannen voor uitbreiding van het aantal vierkante meters detailhandel beoordeeld. Toetsingscriteria zijn o.a. de omvang van de uitbreiding en de effecten hiervan op de (kwaliteit van de) structuur.

Gemeentelijk beleid

De Nota Bedrijven en bestemmingsplannen heeft betrekking op de milieuaspecten van bedrijven in relatie tot de omgeving. Hierop wordt nader ingegaan in hoofdstuk 6 Milieu.

De nota's Wijkeconomie en Aanpak Buurtwinkelcentra 2002 – 2010. Onder wijkeconomie wordt in Delft verstaan: het geheel van economische voorzieningen relevant voor de leefbaarheid van de wijk. Het Wijkeconomie beleid onderscheidt 3 uitvoeringstrajecten:

  • de buurtwinkelcentra;
  • het stimuleren van werken-aan-huis/nieuwe economie;
  • het bevorderen van kleinschalige bedrijvigheid in woonwijken.

5.3.3 Gewenste ontwikkeling

Algemeen

Functiemenging van wonen en werken waar het kan en functiescheiding waar het moet. Bij de realisatie van de plannen is het wenselijk de bestaande werkgelegenheid minimaal te handhaven en waar mogelijk - binnen de kaders van een leefbare wijk - te bevorderen.
Het gemeentelijk beleid inzake Wijkeconomie bevordert en ondersteunt werken-aan-huis en kleinschalige werkgelegenheid in de wijken. In dit woongebied loopt de ruggengraat of radiale-as Ruys de Beerenbrouckstraat-Van Foreestweg-Harnaschpolder. Voor de radiale routes wordt ingezet op multifunctionaliteit. Dit betekent voor winkels /bedrijven /voorzieningen /kantoren: bedrijvigheid tot 500 m² concentreren langs deze routes en kleinere bedrijvigheid (100 – 150 m²) ook toestaan in de woonwijken (bijvoorbeeld aan huis).
Voldoende parkeergelegenheid is een belangrijk knelpunt bij het realiseren van extra bedrijvigheid en werkgelegenheid in de wijken. Onttrekking van parkeerplaatsen aan het areaal moet daarom worden voorkomen en is slechts toegestaan als sprake is van compensatie.

Horeca

De bestaande horeca situatie in het gebied handhaven met een nadruk op daghoreca i.v.m. de winkelvoorzieningen.

Detailhandel

Het raadsbesluit van 26 juni 2003 inzake de Ontwikkelingsvisie Buurtwinkelcentra 2002 – 2010 en Plan van Aanpak zet de volgende lijnen uit voor het winkelgebied Van Foreestweg:

  • Versterking positie als buurtwinkelcentrum; medewerking verlenen aan concept-versterkende uitbreidingswensen;
  • Winkelaanbod versterken dmv schaalvergroting supermarkt, branche boeken/tijdschriften en drogisterij;
  • Mogelijkheden onderzoeken tot optimaliseren van het concept: clustering dagelijkse branches, betere benutting trekkracht supermarkt;
  • Onderzoeken mogelijkheden gebiedsontwikkeling.

Plannen om de bestaande supermarkt aan de Van Foreestweg te vergroten dan wel elders in het winkelgebied te huisvesten hebben tot op heden nog geen haalbare oplossing opgeleverd. Uitbreiding binnen de bestaande ruimtelijke structuur lijkt mogelijk. Omdat hiervoor geen uitgekristallisteerde plannen bestaan, worden er geen mogelijkheden in het bestemmingsplan opgenomen. Wel bestaat de bereidheid om op termijn planologisch medewerking te verlenen aan plannen die een bijdrage leveren aan een verstrekking van het winkelgebied.

5.3.4 Conclusie

Functiemenging van wonen en werken waar het kan en functiescheiding waar het moet. Bij de realisatie van de plannen is het wenselijk de bestaande werkgelegenheid minimaal te handhaven en te bevorderen.
Het gemeentelijk beleid inzake Wijkeconomie bevordert en ondersteunt werken-aan-huis en kleinschalige werkgelegenheid in de wijken. Een vrijstelling voor werken-aan-huis tot een maximum van 40% van het bruto vloeroppervlak is mogelijk.
Gelet op het consoliderende karakter van dit bestemmingsplan zijn verdere ontwikkelingen op het gebied van winkels, bedrijven etc nu niet aan de orde, maar behoren voor wat betreft de winkelvoorzieningen, afhankelijk van de plannen, op termijn wel tot de mogelijkheden.