Plan: | Noordwest, deelgebied 3 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0503.BP0001-2002 |
Het plangebied Noordwest 3 bestaat uit een deel van de wijk Hof van Delft en de wijk Voordijkshoorn en is samengesteld uit een viertal buurten. Het naoorlogse gedeelte van de Hof van Delft, de Ministerbuurt- west. De Kuyperwijk die een kenmerkende stedenbouwkundige verkaveling heeft uit de jaren '50 wijk met licht, lucht en ruimte als uitgangspunten van het Nieuwe Bouwen. Ecodus en de Hoornsehof zijn beide gebouwd in de eerste helft van de jaren '90 waarbij Ecodus als duurzame, milieuvriendelijke wijk is ontwikkeld.
Haaks op de Van Foreestweg ligt de voor de Kuyperwijk karakteristieke grote open ruimte “de groene scheg”. Deze groene ruimte is van essentieel belang voor de wijk. Deze structuur wordt voortgezet door de woonblokken met collectieve tuinen. Er zijn er in het plangbied 10 te onderscheiden.
In het plangebied liggen in totaal 18 officiële speelplekken die door de gemeente zijn aangelegd en worden onderhouden. Dit totaal is onder te verdelen in 12 speelplekken en 6 trapvelden.
Voor de inrichting van de openbare ruimte is in 1999 het 'Handboek openbare ruimte stad' opgesteld. Daarin zijn aan de hand van lijnen, vlakken en punten een aantalhoofduitgangspunten voor de inrichting van de openbare ruimte gegeven. Deze uitgangspunten geven richtlijnen over straatprofielen, maatvoering en materiaalgebruik in relatie tot de functie van de openbare ruimte. De gewenste hoeveelheid openbaar groen en speelruimte wordt per situatie bekeken.
Op 21 februari 2002 heeft de gemeenteraad de nota 'Project veilig wonen; eindverslag voorbereidingsfase' vastgesteld, in oktober 2004 aangevuld met 'Het Politiekeurmerk' als werkwijze. Hierbij is besloten dat Delft voor nieuwbouwlocaties het geldende eisenpakket volgens het 'Politie Keurmerk Veilig Wonen' (PKVW) hanteert. Bij herstructurering van woongebieden wordt het eisenpakket van het PKVW voor de openbare ruimte toegepast tot het niveau van kostenoverschrijding, waarbij projectontwikkelaars worden gestimuleerd hetzelfde te doen. Het PKVW is een instrument voor de verhoging van veiligheid. Wanneer woningen, woongebouwen en woonomgeving aan de PKVW-eisen voldoen blijkt naast de objectieve veiligheid ook het gevoel van veiligheid van bewoners substantieel toe te nemen.
Het ecologieplan 'Een groen Netwerk, de groene aders van Delft (2004)' schetst een netwerk van ecologische zones en kerngebieden. Binnen deze zones zijn ontwikkelingen, die ten koste gaan van de ecologische functies, ongewenst. De ecologische zones en kerngebieden die in het plangebied liggen, worden in de paragraaf 'Ecologie' vermeld. Het 'Waterplan Delft, een blauw netwerk (2000)' bevat beleid over onder meer de realisatie van natuurvriendelijke oevers. Natuurvriendelijke oevers bepalen vaak de verschijningsvorm van de openbare ruimte.
Het bomenbeleidsplan 'De juiste boom op de juiste plaats (2004)', in 2007 geëvalueerd, doet uitspraken over belangrijke structuurlijnen in de stad, waaronder enkele in het plangebied. De belangrijkste zijn de Van Foreestweg, de Ruys de Beerenbrouckstraat, het Westplantsoen en de Provincialeweg.
In de 'Bomenverordening Delft 1998', laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van september 2008, is een lijst met monumentale bomen opgenomen, welke is gewijzigd op 2 oktober 2007. In het bestemmingsplangebied staan verschillende monumentale bomen. Een monumentale boom is een boom ouder dan 50 jaar en moet nog enkele tientallen jaren te leven hebben. Daarnaast heeft deze boom een bijzondere esthetische waarde; een (cultuur)historische waarde en een bepaalde zeldzaamheid. De monumentale bomen binnen het plangebied zijn op de verbeelding opgenomen.
Om als volwaardig burger te kunnen participeren is toegankelijkheid tot de maatschappij een essentiële voorwaarde. Eén van de twee typen toegankelijkheid is fysieke toegankelijkheid. Hiermee wordt bedoeld dat zowel de binnen- als buitenruimte bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar is voor alle burgers. Wat betreft openbare ruimte, houdt dit in dat de openbare ruimte zo aangelegd is dat mensen zich zelfstandig kunnen voortbewegen en hun bestemming kunnen bereiken. Integrale toegankelijkheid betekent dat de functionaliteit van een gebouw of de inrichting van de openbare ruimte getoetst wordt aan een algemeen kader. Een belangrijk instrument hiervoor is het 'Handboek Toegankelijkheid'. Dit handboek geeft hele concrete richtlijnen en normen met betrekking tot toegankelijkheid van binnen- en buitenruimte. Vanaf 2004 maakt het 'Handboek Toegankelijkheid' integraal deel uit van het Delftse 'Handboek Openbare Ruimte Stad' en 'Handboek Openbare Ruimte Binnenstad'.
In 2009 is de Visie openbare ruimte Delft vastgesteld als beleidskader. Daarin worden de consequenties, de kaders en de randvoorwaarden bepaald om te kunnen komen tot de gestelde kwaliteit. De Visie openbare ruimte Delft is de actuele, integrale grondlegger voor vigerende en toekomstige sectorale beleidskaders. De visie benoemt opgaven en ambities en vormt de onderlegger en het toetsingskader voor projecten, programma's en toekomstig beleid in de openbare ruimte.
In het plangebied van Noordwest 3 staat de komende jaren enkele ontwikkelingen te wachten, die van invloed zijn op de openbare ruimte.
Het gaat hierbij om het aanbrengen van een kindlint; hierbij wordt extra aandacht besteed aan de inrichting van langzaamverkeersroutes tussen school en woning, gericht op kinderen. Een eerste begin is gemaakt bij de basisschool de Mozaïek aan de Van Kinschotstraat.
Er zijn ook ontwikkelingen met betrekking tot de water- en de ecologische huishouding voorzien voor de toekomst. Deze zijn beschreven in hoofdstuk 6 onder de paragrafen water en ecologie.
De gewenste ontwikkelingen komen overeen met het geformuleerde beleid. Binnen de huidige regeling van het bestemmingsplan zijn de ontwikkelingen mogelijk. De aanwezige monumentale bomen zijn op de verbeelding opgenomen.