direct naar inhoud van Artikel 22 Water - Woonschepenligplaats
Plan: Landelijk gebied Assendelft
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0479.STED3758BP-0301

Artikel 22 Water - Woonschepenligplaats

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water - Woonschepenligplaats' aangewezen gronden zijn bestemd:

  • a. het afmeren van woonschepen;
  • b. het afmeren van plezierbootjes of (onderhouds)vlotten, behorend bij een woonschip;
  • c. drijvende bergingen en bergingen op palen of steigers;
  • d. bijbehorende afmeervoorzieningen, zonder welke het gebruik van het woonschip als woning niet goed mogelijk is;
  • e. (openbare) nutsvoorzieningen en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  • f. water;
  • g. en overige voorzieningen ten behoeve van deze bestemming voor aangewezen ligplaatsen voor woonschepen met bijbehorende afmeervoorzieningen.
22.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 22.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming met inachtneming van de volgende regels:

  • a. per ligplaats is maximaal een woonschip toegestaan, tenzij op de verbeelding door een maatvoeringsaanduiding anders is aangegeven;
  • b. de maximum afmetingen van een woonark zijn:
    • 1. lengte: 20 m;
    • 2. breedte: 6,50 m;
    • 3. hoogte: 5 m boven de waterlijn;
    • 4. diepte: 2 m onder de waterlijn.
  • c. de maximum afmetingen van een woonboot zijn
    • 1. lengte: 32 m;
    • 2. breedte: 6,50 m;
    • 3. hoogte: 5 m boven de waterlijn;
    • 4. diepte: 2 m onder de waterlijn.
  • d. de afstand tussen twee naast of achter elkaar liggende woonschepen bedraagt ten minste 5 meter. Deze tussenafstand wordt tot stand gebracht doordat met elk der woonschepen een afstand van tenminste 2,5 m tot de daartussen gelegen waterkavelgrens in acht wordt genomen;
  • e. per woonschip mogen op en aan de oever bijbehorende voorzieningen zoals vlonders, steigers en terrassen, worden gebouwd of aanwezig zijn tot een totale oppervlakte van maximaal 25 m2 , met inbegrip van de voorzieningen als bedoeld in artikel 17 Tuin - Woonschepenligplaats;
  • f. de hoogte van de bijbehorende voorzieningen mag niet meer bedragen dan 0.50 m;
  • g. ter plaatse van de maatvoeringsaanduiding 'maximum breedte (m)' is de maximale breedte van een woonschip toegestaan;
  • h. ter plaatse van de maatvoeringsaanduiding 'maximum lengte (m)' is maximale lengte van een woonschip toegestaan.
22.3 Afwijken van de bouwregels
  • a. Het bevoegd gezag kan, in verband met de voorzieningen als bedoeld in de begrippen lid 2.11, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder lid 22.2. sub b, onder de punten 1 en 2 genoemde afmetingen tot maximaal 25 respectievelijk 6,875 m, mits dat niet leidt tot overschrijding van de waterkavelgrens, genoemd in lid 22.2. sub d;
  • b. Het bevoegd gezag kan, in verband met de voorzieningen als bedoeld in lid 2.11, bij omgevingsvergunning afwijken van de onder lid 22.2 sub c onder punten 1 en 2 genoemde afmetingen tot maximaal 40 respectievelijk 7,50 m, mits dat niet leidt tot overschrijding van de waterkavelgrens, genoemd in lid 22.2. sub d;
  • c. Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in lid 22.2 onder sub c, onder punt 4 voor een diepte tot 4 m onder de waterlijn.
22.4 Specifieke gebruiksregels

Voor de onder in lid 22.1 genoemde gronden gelden de volgende regels:

  • a. woonboten, woonarken en toebehoren zijn uitsluitend toegestaan binnen de grenzen van de aanduiding 'woonschepenligplaats';
  • b. (drijvende) bergingen en (onderhouds)vlotten zijn uitsluitend toegestaan binnen de grenzen van de waterkavel;
  • c. Voor zover de gronden niet worden benut voor het innemen van een ligplaats met een woonschip, mogen ze worden gebruikt als water. Lid 20 is dan van toepassing.
22.4.1 Strijdig gebruik

Tot gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruiken of laten gebruiken van gronden voor permanente buitenopslag;
  • b. het gebruiken of laten gebruiken van gronden voor opslag-, laad- en losactiviteiten ten behoeve van handelsdoeleinden;
  • c. het gebruiken of laten gebruiken van de ruimte tussen woonschepen voor permanente buitenopslag;
  • d. het gebruiken of laten gebruiken van de ruimte tussen woonschepen voor opslag-, laad- en losactiviteiten ten behoeve van handelsdoeleinden;
  • e. het gebruiken, laten gebruiken of in gebruik geven van gronden als afmeervoorziening ten behoeve van plezierbootjes, anders dan voor eigen gebruik;
22.4.2 Toegestaan gebruik

Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan het gebruik van gedeelten van woonschepen voor kantoor en/of praktijkruimte ten behoeve van aan huis verbonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten indien en voor zover:

  • a. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft;
  • b. het vloeroppervlak in gebruik voor kantoor-en/of praktijkruimte of de bedrijfsmatige activiteit niet groter is dan 30% van het bruto vloeroppervlakte van het hoofdgebouw en erfbebouwing, met een maximum van 65 m²;
  • c. ten behoeve van de kantoor- en/of praktijkruimte wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
  • d. het gebruik geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer;
  • e. geen horeca en geen detailhandel plaatsvinden, uitgezonderd een beperkte verkoop ondergeschikt aan de uitoefening van de kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • f. het beroep of de activiteit door de bewoner wordt uitgeoefend.