direct naar inhoud van Artikel 11 Maatschappelijk
Plan: Landelijk gebied Assendelft
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0479.STED3758BP-0301

Artikel 11 Maatschappelijk

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:;

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'zorgboerderij' uitsluitend voor een zorgboerderij met bijbehorende dienstwoning;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'wonen' is tevens een woning toegestaan;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' tevens voor het behoud van cultuurhistorische waarden;
  • d. onderwijsinstellingen;
  • e. scouting;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. openbare nutsvoorzieningen en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  • h. verkeers- en verblijfsvoorzieningen;
  • i. water;
  • j. en overige voorzieningen ten behoeve van deze bestemming.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan op de verbeelding staat aangegeven. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven mag het bouwvlak volledig worden bebouwd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'wonen' gelden de bouwregels uit artikel 23 Wonen;
  • d. ter plaatse van de maatvoeringsaanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' is ten hoogste de aangegeven maximale goothoogte resp. bouwhoogte toegestaan.
  • e. ter plaatse van de maatvoeringsaanduiding 'maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' is ten hoogste de aangegeven bouwhoogte en het aangegeven bebouwingspercentage toegestaan.
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van terrein- en erfafscheidingen voor de naar de weg gekeerde gevel(s) van gebouwen mag niet meer dan 2 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige terrein- en erfafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, binnen het bestemmingsvlak mag niet meer dan 4 m bedragen.
11.3 Nadere eisen
11.3.1 Algemeen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • b. het landschaps- en bebouwingsbeeld;
  • c. het uitzicht van woningen;
  • d. de verkeersveiligheid.