Plan: | Westzanerdijk |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0479.STED3755BP-0307 |
De waterparagraaf heeft betrekking op oppervlaktewater en het afvalwater.
Het rijk draagt zorg voor landelijke regel- en wetgeving voor waterhuishoudingen en heeft het hoofdsysteem van de Nederlandse waterhuishouding in beheer. Het algemene toezicht op de waterhuishouding berust bij de provincie Noord-Holland. Het waterkwaliteit- en waterkwantiteitbeheer en het keringbeheer in Zaandammerpolder en de Polder Westzaan wordt uitgevoerd door het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. Het waterkwaliteit-, en waterkwantiteitbeheer van Zijkanaal E berust bij Rijkswaterstaat (directie Noord-Holland).
Het noordelijk deel van het plangebied is gelegen in de Polder Westzaan. Het zuidelijk deel van het plangebied is gelegen in de Zaandammerpolder. Verder heeft het bestemmingsplan voor een klein deel betrekking op Zijkanaal E. Het Zijkanaal maakt waterhuishoudkundig gezien onderdeel uit van het Noordzeekanaal / Amsterdamrijnkanaalboezem. De dijk Westzanerdijk is de scheiding tussen deze twee polders en de boezem.
De polder Westzaan is een veenweide gebied met bijbehorende watergangenstructuur.
De Zaandammerpolder is bij de aanleg van het Noordzeekanaal (1864) ontstaan. Buitendijks gebied langs het voormalige IJ is toen ingepolderd ten behoeve van de landbouw. Begin jaren negentig is deze polder heringericht als industriegebied. De waterhuishouding is toen minimaal aangepast en draagt nog de sporen van het agrarische verleden met veel verschillende peilvlakken.
Binnen het plangebied zijn een tweetal braken gelegen, namelijk Braak de Wiel (bij de Houtveldtunnel achter station Zaandam) en Braak bij de Gouw (daar waar de Gouw op de Westzanerdijk uitkomt). Een braak geeft aan dat de IJ-dijken regelmatig doorbraken waardoor het achterliggende land overstroomd werd door de zee.
Het overgrote deel van de Westzanerdijk is de dijk tussen de Polder Westzaan en de Zaandammerpolder en dient om het waterpeilverschil tussen deze twee polders in stand te houden. Het bestaande dijklichaam zoals nu aanwezig, is voor deze functie overmatig groot maar wordt in stand gehouden omdat de Westzanerdijk onderdeel uitmaakt van de voormalige Noorder IJ en Zeedijk. Dit landschappelijke element heeft de status van provinciaal monument.
De dijken nabij de Zijkanaal E hebben de functie van primaire waterkering. Deze dijk maakt onderdeel uit van dijkring 13, een dijkring rond Noord-Holland- Noord. Buiten dat deze dijken het waterpeilverschil tussen de polder en de boezem in stand moeten houden, beschermd de primaire kering het achterliggende land tegen overstroming op het moment dat de zeekering nabij IJmuiden faalt.
De dijklichamen hebben in het bestemmingsplan de bestemming Waterkering.
Voor het graven in een dijk, het oprichten van de bebouwing of anderszins de standzekerheid van een dijk beïnvloeden is ontheffing op de keur van het hoogheemraadschap noodzakelijk. Bedoelde regelgeving is van toepassing op het gehele dijklichaam en de invloedszones.
De Polder Westzaan wordt bemalen door de gemalen Soeteboom en Het Leven (gelegen buiten het plangebied) en hoofdgemaal Overtoom (gedeelte gelegen binnen het plangebied).
De afwatering geschiedt via natuurlijk verval van noordoost naar zuidwest, waar het water via gemaal Overtoom loost naar het Noordzeekanaal.
Met de aanleg van de Zuidelijke Randweg en de bijbehorende watergangen is de wateropgave in de Zaandammerpolder vrijwel helemaal opgelost. Alleen ter plaatse van de volkstuinen is er bij hevige neerslag door de geringe aanwezigheid van open water nog sprake van overlast. Om de laatste problemen met betrekking tot wateroverlast binnen het peilgebied op te lossen is ondermeer een perceel ten westen van volkstuinen te bestemmen als 'Groen' als ook binnen de bestemmingsomschrijving van 'Recreatie' water op te nemen.
Alle watergangen dienen voor de ontwatering en afwatering van de percelen, de berging van regenwater en de afvoer van het watersurplus naar de poldergemalen. Alle waterlopen hebben een status, maar zonder af te doen aan het belang van de poldersloten (de 'haarvaten van het watersysteem'), hebben de primaire waterlopen een belangrijke afvoerende functie voor een vaak groot achterliggend gebied. Over het algemeen wordt er met aanpassingen van dergelijke waterlopen minder flexibel omgegaan. Daarom zijn de primaire waterlopen op de verbeelding aangegeven.
Het dempen van oppervlaktewater c.q. het wijzigen van de loop van watergangen is niet toegestaan zonder keurontheffing van het hoogheemraadschap. Verder beïnvloed de oprichting van bebouwing en het veranderen van groen in verharding ook de waterhuishouding. De toename van verharding moet, in overleg met het hoogheemraadschap, gecompenseerd worden door het graven van extra oppervlaktewater.
De grondwaterstanden binnen het plangebied zijn voor het overgrote deel direct afhankelijk van het peil van het oppervlaktewater en de hoogteligging van het maaiveld ten opzichte van het waterpeil. Overlast ontstaat door dat de hoogte ligging van het maaiveld (door zetting of minimale ophoging bij realisatie) ten opzichte van het waterpeil minimaal is en in de oudere gebieden het gebruikte ophoog wat geo-hydrologisch slecht is.
Bij het buurtje rond de Blokschaaf is bij de realisatie het veenweide gebied opgehoogd.
In het algemeen kan gesteld worden dat de bestemmingen van percelen niet beïnvloed worden door de grondwaterstand. De kwaliteit van het grondwater wordt niet bemeten. De kwaliteit van het grondwater beïnvloedt de bestemmingen ook niet.
Binnen het plangebied liggen verschillende rioolsystemen. Rond de oudere bebouwing liggen gemengde stelsels (waarbij het regenwater en afvalwater door één buis worden afgevoerd) Rond de nieuwere bebouwing liggen gescheiden stelsels. Bij dit stelsel wordt het regenwater geloosd in het oppervlaktewater, het afvalwater wordt afgevoerd naar de zuivering.
Het afvalwater wordt via rioolgemalen afgevoerd naar de rioolwaterzuivering in Amsterdam. Binnen het plangebied zullen de rioleringssystemen de aankomende jaren niet essentieel wijzigen. Wel zullen er initiatieven genomen worden de woningen gelegen onder aan de Westzanerdijk die nu lozen via een septick-tank naar het oppervlaktewater aangesloten te krijgen op het gemeentelijke riool. Binnen het plangebied loopt een (regionale) rioolleiding. Deze is op de verbeelding weergegeven.
Op 9 juni 2009 heeft er in het kader van de watertoets een overleg plaatsgehad met Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier. In het verlengde van dit overleg heeft het hoogheemraadschap gereageerd via een mail. Het verslag van deze bijeenkomst en de mail zijn opgenomen in respectievelijk bijlage 8 en 9 van de toelichting.