direct naar inhoud van Hoofdstuk 5 Specifieke uitgangspunten per thema
Plan: buitengebied Oostzaan
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0431.BP2012003001-0401

Hoofdstuk 5 Specifieke uitgangspunten per thema

Voor dit bestemmingsplan geldt samengevat de volgende hoofddoelstelling: Behoud en waar mogelijk de versterking van de ruimtelijke en functionele kwaliteit en vitaliteit van het buitengebied gebied. Het gaat hierbij met name om kwaliteit voor aan het buitengebied gebonden functies (landbouw, natuur, landschap, recreatie en water), mede in relatie tot de aanwezige waarden.

De ruimtelijke kwaliteit wordt bepaald door de gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde. De aanwezige landschappelijke waarden (inclusief cultuurhistorie) en natuurwaarden spelen hierbij een belangrijke rol. Verder wordt er rekening gehouden met ruimtelijk relevante water- en milieuaspecten. Daarnaast wordt er in het plan ingegaan op de overige functies in het plangebied. Veelal is het planologisch beleid voor deze overige functies ondergeschikt aan de hoofdfuncties van het buitengebied.

De hoofddoelstelling is uitgewerkt in de volgende subdoelen/thema's:

  • 1. Landbouw:
    • a. Bevorderen van economisch gezonde en duurzame agrarische bedrijven
    • b. Voldoende ontwikkelingsruimte bieden aan agrarische bedrijven en hobbyboeren, die een bijdrage leveren aan de instandhouding van het Oostzanerveld;
  • 2. Natuur en waterbeheer:
    • a. De rust in het gebied voor de weidevogels te handhaven in het gehele jaar, en vooral gedurende het broedseizoen, te handhaven.
    • b. Tegengaan van verlaging van het waterpeil ter bescherming van de flora en fauna in het gebied.
    • c. Behoud, herstel en ontwikkeling van het bestaande watersysteem, mede in relatie tot het vasthouden en bergen van gebiedseigen water.
    • d. Tegengaan van verdere vermoerassing.
  • 3. Landschap,archeologie en cultuurhistorie:
    • a. Voorkomen dat de bestaande archeologische waarden in het plangebied worden beschadigd.
    • b. Behoud en bescherming van de karakteristieke wegsloot in het noordelijk deel van het lint.
    • c. Handhaving van de karakteristieke openheid van het gebied.
    • d. Voorkomen dat het gebied verrommeld en verruigd.
    • e. Behoud van de doorzichten/open plekken in de lintbebouwing.
    • f. Handhaving van de karakteristieke oriĆ«ntatierichting en de strokenverkaveling van de percelen en de brede sloten die daar tussen liggen.
    • g. Handhaving van de hoogteverschillen die zich manifesteren ter plaatse van de wegen door het plangebied.
  • 4. Wonen en werken in de lintbebouwing
    • a. Behoud en bescherming van het woon- en leefmilieu in de bebouwingslinten.
    • b. Geen nieuwe woningbouwlocaties of verstedelijking toestaan op plekken die nu onbebouwd zijn.
    • c. Bestaande bedrijvigheid. die uit milieuoogpunt minder goed past in de lintbebouwing,zstimuleren om zich te verplaatsen naar de bestaande bedrijfsterreinen binnen de gemeente. De overige bestaande bedrijvigheid mag worden gehandhaafd.
    • d. Bestaande maatschappelijke of commerciĆ«le voorzieningen mogen worden gehandhaafd.
  • 5. Bodem en milieu
    • a. Bescherming van de bodemkundige en milieuwaarden in het plangebied
    • b. Bescherming van de aanwezige kabels en leidingen in het gebied.
    • c. Het zoveel mogelijk rekening houden met milieuzoneringen en milieuzones en het bereiken van de algemene milieukwaliteit.
  • 6. Recreatie:
    • a. Het recreatieve (mede)gebruik van de bestaande routes en voorzieningen in het plangebied handhaven.
    • b. Voor recreatiegebied het Twiske geldt een afzonderlijk beleidskader.
    • c. De bestaande legale caravanstallingen in het gebied mogen worden gehandhaafd.