direct naar inhoud van Artikel 38 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Plan: buitengebied Oostzaan
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0431.BP2012003001-0401

Artikel 38 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

38.1 Vergunningplicht

Behoudens het bepaalde in lid 38.2, is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

  werken en werkzaamheden*  
  a   b   c   d   e   f   g  
Gronden als bedoeld in artikel:                
8 Natuur   +   +   +   +   +      
9 Recreatie - Dagrecreatie     +   +     +   +    
16 Water               +  
28 lid 28.1.1 Open landschap             +    
28 lid 28.1.2 Verkavelingspatroon   +     +       +    
28 lid 28.1.3 Weidevogelgebied   +   +   +     +   +    
               
* de onderstaande letters worden hierna verklaard;
in de tabel is: + = aanlegvergunning vereist  
a   aanleggen en verharden van wegen en paden en het aanleggen of aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen, met uitzondering van het aanleggen van kavelpaden en verhardingen ten behoeve van in- of uitritten, tot elk een oppervlakte van 60 m²;  
b   verlagen van de bodem en afgraven van gronden, tenzij daarvoor een vergunning is vereist krachtens de Ontgrondingenwet, en het ophogen en egaliseren van de gronden;  
c   aanleggen en dempen van watergangen, sloten en andere waterpartijen;  
d   aanbrengen van ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;  
e   diepploegen, zijnde het extra diep circa 0,5 m of meer omploegen, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd;  
f   bebossen of anderszins beplanten met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters;  
g   - het aanbrengen van oeverbeschoeiingen ten behoeve van het agrarisch gebruik van de gronden
-het verwijderen van riet ter verbetering van het weidevogelbiotoop en/of ten behoeve van het agrarisch gebruik van de gronden
- het aanbrengen van bruggen, dammen en/of duikers.  

38.2 Uitzonderingen aanlegvergunningplicht

Het in lid 38.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:

  • a. werken en werkzaamheden in het kader van het normale beheer en onderhoud;
  • b. werken en werkzaamheden, waarmee rechtens is of mag worden begonnen ten tijde van het onherroepelijk worden van het plan;
  • c. werken en werkzaamheden op en in gronden die binnen agrarische bouwpercelen zijn begrepen;
  • d. werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 38.1, bij d, voorzover daarvoor een bouwvergunning is vereist;
  • e. werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 38.1, bij e, voorzover daarvoor een vergunning is vereist op grond van de gemeentelijke bomenverordening;
  • f. het vellen, rooien of beschadigen van fruitbomen.
38.3 Aanlegvergunning; toelaatbaarheid werken en werkzaamheden

Werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 38.1 , zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, één of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen,

  • a. niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel
  • b. de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.