Kamerlingh Onnesweg

5.1 Ruimtelijke structuur

5.1.1 Stedenbouwkundige structuur

Algemeen

Het voorliggende bestemmingsplan zal qua ruimtelijke structuur niet wijzigen. In de komende planperiode blijven de in het plangebied gelegen woongebieden in hun huidige vorm in stand. De structuur van het plangebied is beschreven in paragraaf 3.1.

In de voorheen geldende bestemmingsplannen is sprake van een Beschrijving in Hoofdlijnen. Deze is gelet op het bepaalde in de Wro in de huidige vorm niet meer mogelijk. De volgende zaken uit de Beschrijving in Hoofdlijnen zijn overgenomen in de regels van onderhavig bestemmingsplan:

• 1. in alle niet-woonbestemmingen is eveneens wonen toegestaan;
• 2. toestaan van speelvoorzieningen in de bestemming 'Groen';
• 3. toestaan van bepaalde categorieën bedrijven en horeca;

Randvoorwaarden

Het voorliggende bestemmingsplan wijzigt eveneens niet qua gebruiks- en bouwmogelijkheden. In dit bestemmingsplan is een eenduidige richting gekozen voor de diverse regelingen. Belangrijk is, dat de bestaande planologische rechten blijven behouden.

De hoofdbebouwing is vastgelegd in bouwvlakken, waarbij is aangesloten bij de toegestane bouwdiepte uit het hiervoor geldende bestemmingsplan. Op deze wijze zijn de bestaande bouwmogelijkheden niet aangetast. Verder is op het gehele woongebied de systematiek van het vergunningvrije bouwen rechtstreeks doorvertaald naar zowel de bestemmingslegging als de bestemmingsregels. De medebestemmingen uit het voorheen geldende bestemmingsplan zijn op het onderdeel voor primaire woongebied niet overgenomen. Het onderdeel ter bescherming van de ecologische waarden is komen te vervallen, aangezien het deel met een natuurbestemming nu is opgenomen in het bestemmingsplan Buitengebied.

Het bestemmingsplan regelt met de bestemmingen het gebruik van de gronden voor het betreffende gebied. Bouwgrenzen, bouwhoogtes, goothoogtes, nokrichtingen en bebouwingspercentages zijn bebouwingsbepalingen die in het bestemmingsplan opgenomen kunnen worden.