24.3 Afwijken van de bouwregels
24.3.1 Bouwvlak
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 24.2.1 sublid a, voor herbouw van een woning op een andere locatie binnen het bestemmingsvlak, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
a. de activiteit moet in ruimtelijk, milieuhygiënisch en/of verkeertechnisch opzicht een verbetering ten opzichte van de oude locatie vormen;
-
b. de maatvoering van de nieuwe woning moet voldoen aan artikel 24.2.1;
-
c. een reële zekerheid moet worden verschaft dat de bestaande woning wordt afgebroken;
-
d. deze werken en werkzaamheden niet leiden tot een onevenredige afbreuk aan de natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden van het gebied, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig;
-
e. deze werken en werkzaamheden niet leiden tot een onevenredige afbreuk aan de karakteristieke waarden van bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek'.
24.3.2 Oppervlakte bijbehorende bouwwerken
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 24.2.2 sublid c, voor het uitbreiden van bijbehorende bouwwerken tot maximaal 200 m2 ten behoeve van het agrarische medegebruik, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
a. de uitbreiding moet noodzakelijk zijn voor een doelmatige uitoefening van het agrarische medegebruik;
-
b. de afstand van de woning tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt aan beide zijnden minimaal de breedte van de voorgevel van de woning en altijd meer dan 5 meter;
-
c. de uitbreiding dient, gelet op de aard, ligging en omvang ten opzichte van in de nabijheid aanwezige functies en landschapswaarden, een zodanig beperkte milieuhinder te veroorzaken, dat daardoor de belangen van deze functies en waarden niet in onevenredige mate zullen worden geschaad;
-
d. deze werken en werkzaamheden niet leiden tot een onevenredige afbreuk aan de karakteristieke waarden van bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek'.
24.3.3 Zwembad
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 24.2.3 sublid c, voor het vergroten van de gezamenlijke oppervlakte van van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tot maximaal 50 m2 en ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' tot maximaal 80 m2, ten behoeve van een onoverdekt zembad, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
a. deze werken en werkzaamheden niet leiden tot een onevenredige afbreuk aan de natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden van het gebied, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig;
-
b. deze werken en werkzaamheden niet leiden tot een onevenredige afbreuk aan de karakteristieke waarden van bouwwerken ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek'.
24.4 Specifieke gebruiksregels
24.4.1 aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit
Het gebruik van ruimten in het (hoofd)gebouw ten behoeve van aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit, wordt als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden dat:
-
a. het vloeroppervlak in gebruik voor aan-huis-verbonden beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteit niet meer dan 33% bedraagt van het vloeroppervlak van het (hoofd)gebouw met een maximum van 50m²;
-
b. de activiteit wordt uitgeoefend door de hoofdbewoners van het desbetreffende pand;
-
c. de activiteit geen nadelige invloed mag hebben op de normale verkeersafwikkeling en er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
d. geen bedrijfsmatige activiteit buiten een gebouw plaatsvindt (behoudens in- en uitladen);
-
e. de activiteit zowel naar de aard als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk mag doen aan het karakter van de woning en de woonomgeving;
-
f. geen aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit plaatsvindt in de functioneel ondergeschikte bijbehorende bouwwerken;
-
g. geen horeca en geen detailhandel plaatsvindt.
24.4.2 Strijdig gebruik
Een gebruik, strijdig met deze bestemming, is het wonen ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten'.
24.5 Afwijken van de gebruiksregels
24.5.1 aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 24.4.1 sublid a en f, voor het toestaan van aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit in functioneel ondergeschikte bijbehorende bouwwerken, voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden dat:
-
a. de activiteit geen nadelige invloed mag hebben op de normale verkeersafwikkeling en er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
b. de activiteit zowel naar de aard als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk mag doen aan het karakter van de woonomgeving.
24.5.2 ten aanzien van bijbehorende bouwwerken:
-
a. het totaal bebouwd oppervlak van het achtererfgebied, behorend bij het oorspronkelijke (hoofd)gebouw, niet meer dan 50% bedraagt met een maximum van 50 m2;
-
b. de bouwhoogte, voor zover op een afstand van niet meer dan 4,00 meter van de oorspronkelijke achtergevel van het (hoofd)gebouw, niet meer dan 4,00 meter bedraagt en de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 0,30 meter boven de bovenkant van de scheidingsconstructie met de tweede bouwlaag van het (hoofd)gebouw;
-
c. de maximale breedte naast de oorspronkelijk zijgevel van het (hoofd)gebouw gelegen aangebouwde bijbehorende bouwwerken niet meer dan 2,50 meter bedraagt;
-
d. indien de naast de woning gelegen aangebouwde bijbehorende bouwwerken breder dan 2,50 meter zijn, dienen de bouwwerken op ten minste 3,00 meter achter de voorgevelrooilijn te liggen;
-
e. de bouwhoogte, voor zover op een afstand van meer dan 4,00 meter van het oorspronkelijke (hoofd)gebouw, niet meer dan 3,00 meter bedraagt;
-
f. de bouwhoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk niet meer dan 3,00 meter bedraagt;
24.5.3 aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsmatige activiteit:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 24.4.1 sublid b, voor het toestaan van niet meer dan extra medewerker (1 fte; dienstverband), voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden dat:
-
a. de activiteit geen nadelige invloed mag hebben op de normale verkeersafwikkeling en er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
b. de activiteit zowel naar de aard als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk mag doen aan het karakter van de woonomgeving.
24.5.4 bed & breakfast
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 24.4.1 sublid f, voor het toestaan van een bed & breakfast in functioneel ondergeschikte bijbehorende bouwwerken, voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden dat:
-
a. er niet tevens sprake is van een bed & breakfast in het hoofdgebouw;
-
b. de activiteit geen nadelige invloed mag hebben op de normale verkeersafwikkeling en er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
-
c. de activiteit zowel naar de aard als ten aanzien van de visuele aspecten ervan geen afbreuk mag doen aan de belangen van de gebruikers van aangrenzende gronden en het woon-, werk- en leefmilieu.
24.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
24.6.1 Verboden werken en werkzaamheden
Het is verboden op de in lid 24.1 bedoelde gronden, de navolgende werken of werkzaamheden uit te voeren, te doen of laten uitvoeren, zonder een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag:
-
a. het vergraven van gronden;
-
b. het egaliseren van gronden;
-
c. het ophogen van gronden en aanleggen van (geluids)wallen;
-
d. het bebossen of anderszins beplanten met houtopstanden;
-
e. het veranderen, verleggen en/of aanleggen, van wegen en paden, het verharden daarvan en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen;
-
f. het aanleggen van waterlopen, en het vergraven, verruimen en dempen van bestaande waterlopen;
-
g. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse leidingen, constructies, installaties en apparatuur.
-
h. het diepploegen, zijnde het extra diep -ca 0,4 meter of meer- omploegen, waarbij de kruidlaag volledig wordt omgeploegd;
-
i. andere werken die een wijzing van de waterhuishouding of waterstand beogen of ten gevolge hebben, zolas uitdiepen, draineren en slaan van putten.
24.6.2 Voorwaarden vergunning
De omgevingsvergunning wordt verleend, indien is gebleken dat de in 24.6.1 genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden niet leiden tot een onevenredige afbreuk aan de natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden van het gebied, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden geschaad, of kunnen worden verkleind dan wel dat de uitvoering van de werkzaamheden niet noodzakelijk is voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering.
24.6.3 Uitzonderingen op verbod
Het in lid 24.6.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
-
a. het normale onderhoud, gebruik en/of beheer betreffen;
-
b. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.