direct naar inhoud van 2.3 Ruimtelijke structuur
Plan: Oude Stad
Plannummer: BP1080005
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP1080005-0004

2.3 Ruimtelijke structuur

De ruimtelijke structuur van de Haarlemse binnenstad is voor een belangrijk deel van middeleeuwse oorsprong. Het stratenpatroon is sinds het eind van de 17e eeuw nauwelijks gewijzigd. Het Spaarne is de drager van de stedenbouwkundige opzet, die zich kenmerkt door gekromde, smalle straten met beeldbepalende gevels uit verschillende perioden. Veelal zijn het smalle steegjes die de verbinding vormen tussen binnenstad en Spaarne. Binnen het bestemmingsplangebied Oude Stad is recent alleen de omgeving van de Raaks ingrijpend veranderd, zowel wat betreft bebouwing als schaalgrootte.

Bebouwing

Door de aaneengesloten wijze van bouwen in het verleden vormen grachten, straten en pleinen duidelijk begrensde ruimten. Het bebouwingsbeeld in de oude stad is uitermate gevarieerd, maar heeft zich grotendeels ontwikkeld binnen de oorspronkelijke bebouwingsmaat en -schaal. Het gebied is zeer dicht bebouwd, waarbij ook veel binnenterreinen zijn volgebouwd. Kenmerk is in het algemeen een twee- tot drielaagse bebouwing, die overwegend verticaal gericht is en veelal 2 tot 3 vensterassen breed is. Met name de kleinschaligheid en geringe maatvoering bepaalt het beeld van de gebouwde omgeving. Afwijkingen in structuur en hoogte worden vooral gevormd door monumentale bouwwerken als kerken of openbare gebouwen. Langs Gedempte Oude Gracht, de Kruisstraat en de Grote Houtstraat is de bebouwing hoger en is de schaal groter dan in smallere straten als Kleine Houtstraat of andere binnenstraten. Langs Nieuwe Gracht en Wilhelminastraat treffen we een bebouwing aan met een statig karakter. Bebouwing die in samenhang met elkaar en de breedte en rechtstand van de aanliggende onpenbare ruimte is opgetrokken.

Centraal element in de oude stad is de stedelijke ruimte die gevormd wordt door Grote Markt, Riviervismarkt, Klokhuisplein en Oude Groenmarkt. Een aantal belangrijke functies op het terrein van bestuur, recht, handel en kerk vonden en vinden deels nog hun plaats aan of op deze ruimte. Het karakter van de Grote Markt als belangrijkste stadsplein is bovendien van bovenlokale betekenis.

De demping van een aantal grachten in de 19e eeuw droeg sterk bij tot een veranderend gebruik van die openbare ruimten. De daarmee gepaard gaande sterke schaal- en functievergroting bij de herindeling van een aantal wegprofielen, was van grote invloed op het ruimtelijk beeld. Hoewel het oorspronkelijke stratenpatroon ongeschonden door de tijd is heengekomen zijn er her en der wel gaten gevallen.

In de bebouwde structuur zijn panden verdwenen ter wille van de infrastructuur of leidingentracés. Ingrepen die vandaag de dag niet meer nodig zouden zijn. Indien mogelijk wordt voorgesteld het beschermde stadsgezicht ter plekke te herstellen.

Ter plaatse van het Brinkmanncomplex is achter deels historische gevels een historisch bouwblok volgebouwd. Bij de grote ingreep begin jaren 80 van de vorige eeuw werd gezocht naar een nieuwe openbare ruimte in de vorm van een winkelpassage door het blok en een arcade aan de Smedestraat. Aan de teloorgang van dit complex heeft in ieder geval ook bijgedragen de te krappe en benauwde uitvoering. Hetzelfde geldt voor de arcade langs Smedestraat met de negatieve uitstraling naar de rest van de Smedestraat.

Kenmerkend voor het Raaksgebied is de grote mate van nieuwbouw. Van de voorheen bestaande bebouwing is slechts de HBS-B en de Jopenkerk (voormalige Wijnkerk) gehandhaafd. Hierdoor is een nieuwe stedenbouwkundige structuur ontstaan. De Drossestraat is een nieuwe straat en vormt de ruimtelijke as van het gebied. Deze straat verbindt de Gedempte Oude Gracht met het nieuw gevormde plein bij de Wijnkerk. De bouwhoogtes in het gebied zijn in het algemeen hoger dan in de oudere delen van de binnenstad. maar kenmerken zich door de gemengde bestemming en de oriëntatie op het openbare domein. Onder delen van het gebied is een grootschalige parkeergarage opgenomen.

Openbare inrichting

Verkeer

Haarlem is gelegen op een noord-zuid lopende strandwal, die ter hoogte van de huidige binnenstad samen kwam met de toenmalige belangrijke verkeersader, het Spaarne. De toenemende regionale betekenis van de stad en het daarmee gepaard gaande verkeer over land, maakte dat de noord-zuidroutes Kruisweg-Kruisstraat en later Jansweg-Jansstraat en Kleine Houtstraat-Lange Veerstraat steeds meer de functie kregen van toegangswegen tot de Grote Markt. Deze vervoerslijnen vormen nog steeds belangrijke elementen in de structuur van de stad.

Ook in de oost-westrichting zijn al van oudsher toegangswegen aanwezig. Als ontwikkelingsas hebben deze een minder voorname rol gespeeld. Het betreft hier aan de westkant de Zijlweg en Zijlstraat en vanaf de Amsterdamse Poort de route Spaarnwouderstraat-Anegang.

De verkeersstructuur van de Haarlemse binnenstad is zo ingericht dat het doorgaande verkeer van de auto's zoveel mogelijk om het Centrum heen wordt geleid. Deze wegen vormen de centrumring. Kinderhuisvest en Wilhelminastraat vormen hier onderdeel van en zorgen voor de auto-ontsluiting van het plangebied, dat grotendeels autovrij of autoluw is. Binnen het plangebied zijn 2 grote ondergrondse parkeergarages gelegen: de Raaks en de Appelaar.

De route Kruisstraat-Kruisweg-Smedestraat, de zogeheten rode loper, is een langzaamverkeersroute van noord naar zuid en vice versa door de stad en wordt primair bestemd voor langzaam verkeer. Ook de Koningstraat is een belangrijke fietsroute. In het plangebied zijn er twee openbare bewaakte fietsenstallingen en talrijke fietsklemmen.

Groen en water

Het beeld, de functie en de verschijningsvorm van het groen in de Haarlemse binnenstad zijn in hoofdzaak door de historie bepaald. Het groen verfraait en veraangenaamt het versteende karakter en brengt rustgebieden met vogelgeluiden tot in het hart van de stad.

Voortuinen ontbreken practisch doordat panden direct aan de straat zijn gelegen. Bijgebouwen, waaronder achterhuizen en aanbouwen zijn aan de achterzijde op de binnenterreinen gerealiseerd.

In het plangebied komen naast de Wijngaardtuin en de Prinsenhof geen grote open groene ruimten voor. Buiten deze (semi) openbare ruimten vormen een 6-tal hofjes belangrijke groene elementen. Daarnaast manifesteren zich her en der grote bomen in de stad, hetzij op straat hetzij op binnenterreinen. Door hun omvang en grootte kleuren ze het aanzien van de oude stad. De combinatie van grachten en bomen draagt hier eveneens toe bij. Het groen in de historische hofjes wordt beschermd door de monumentenwet. Een monumentale boom wordt beschermd via de bomenverordening. De hoofdbomenstructuur loopt langs de wateren die het plangebied begrenzen en de Gedempte Oude Gracht.

Het plangebied wordt aan de noord- en de westkant omsloten door water. Aan de zuidoostelijke zijde vormt het Spaarne een belangrijk ruimtelijk structurerend element. Het Spaarne maakt deel uit van de recreatieve hoofdstructuur van Haarlem. De andere wateren in het plangebied behoren tot de verbindingen voor de kleine recreatievaart.