direct naar inhoud van Artikel 6 Centrum - 3
Plan: Oude Stad
Plannummer: BP1080005
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP1080005-0004

Artikel 6 Centrum - 3

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Centrum-3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

6.1.1 kelder/begane grond/eerste verdieping
  • a. detailhandel met daaraan verbonden horeca met niet meer dan 30% van het brutovloeroppervlak, zonder terras en zonder het schenken van alcoholische dranken;
  • b. kantoor met loketfunctie;
  • c. dienstverlening met loketfunctie;
  • d. horeca t/m categorie 2;
  • e. horeca 4:;
  • f. cultuur en ontspanning conform artikel 7.1 onder a en b;
  • g. sportschool;
  • h. bij de bestemming behorende 'andere bouwwerken, groenvoorzieningen, wegen en paden,tuinen,erven en terreinen,waterlopen en waterpartijen, (ondergrondse) parkeervoorzieningen.
6.1.2 overige verdiepingen
  • a. wonen dan niet in combinatie met de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep, bed & breakfast of gastouderopvang;
  • b. horeca 4:;
  • c. shortstay.
6.2 Bouwregels

Voor bouwwerken gelden tevens de bouwregels zoals aangegeven in artikel 22.

6.2.1 Andere bouwwerken
  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de voorgevelrooilijn mag niet meer dan 2 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 1 m bedragen;
  • c. de hoogte van overige 'andere bouwwerken' mag niet meer dan 3 m bedragen;
  • d. 'andere bouwwerken' mogen alleen worden opgericht achter de voorgevel van het hoofdgebouw.
6.3 Specifieke gebruiksregels

Naast de algemene gebruiksregels genoemd in artikel 24 gelden met betrekking tot het gebruik de volgende regels:

  • a. een woning dient voor de huisvesting van maximaal één huishouden;
  • b. het gebruik van een woning voor aan-huis-verbonden beroep, gastouderopvang en/of bed & breakfast mag in totaal niet meer bedragen dan 35 procent van het bruto vloeroppervlak met een maximum van 50 vierkante meter.
6.4 afwijken van de gebruiksregels
  • 1. Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.1.2 en de functies genoemd in lid 6.1.1 op de overige verdiepingen toestaan.

  • 2. Het bevoegd gezag toetst bij de toepassing van de afwijkingsbevoegdheid of geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van:
    • a. invloed op de omgeving in vergelijking met de al toegestane functies;
    • b. effecten op ( bestaande winkelstructuur en) het voorzieningenniveau;
    • c. de verkeerssituatie ter plaatse;
    • d. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.