Plan: | Kernen Egmond |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0373.BPG10000kernenegmd-C001 |
Wet op de archeologische monumentenzorg/Verdrag van Malta
Het archeologisch bodemarchief is de grootste bron voor de geschiedenis in Nederland. Het Verdrag van Malta regelt de bescherming en het behoud van deze archeologische waarden. Het Verdrag is geïmplementeerd via de Wet op de archeologische monumentenzorg. Als gevolg van dit Verdrag wordt in het kader van de ruimtelijke ordening het behoud van het archeologisch erfgoed meegewogen zoals alle andere belangen die bij de voorbereiding van het plan een rol spelen. Op grond van de aangescherpte regelgeving stellen Rijk en provincie zich op het standpunt dat in het ruimtelijk beleid zorgvuldig met het archeologische erfgoed moet worden omgegaan. Voor gebieden waar archeologische waarden voorkomen of waar reële verwachtingen bestaan dat ter plaatse archeologische waarden aanwezig zijn, dient door de initiatiefnemer voorafgaand aan bodemingrepen archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd. De uitkomsten van het archeologisch onderzoek dienen vervolgens volwaardig in de belangenafweging te worden betrokken. Het belangrijkste doel is de bescherming van het archeologische in de bodem (in situ) omdat de bodem doorgaans de beste garantie biedt voor een goede conservering. Er is uitgegaan van het basisprincipe de 'verstoorder' betaalt voor het opgraven en het documenteren van de aangetroffen waarden als behoud in de bodem niet tot de mogelijkheden behoort.
Het Rijk heeft de beleidsuitgangspunten ten aanzien van archeologie neergelegd in onder meer de 'Handreiking Erfgoed en Ruimte' van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, de Wijziging van de Monumentenwet 1988, Wet op de archeologische monumentenzorg (AMZ) en diverse andere publicaties van het Rijk.
Het Rijk heeft in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) vastgelegd dat gemeenten vanaf 1 januari 2012 in hun bestemmingsplannen rekening moeten houden met aanwezige cultuurhistorische waarden. Goede ruimtelijke ordening betekent dat er een integrale afweging plaatsvindt van alle belangen die effect hebben op de kwaliteit van de ruimte. Een van die belangen is de cultuurhistorie.
Monumentenwet
Het doel van de Monumentenwet 1988 is om monumenten van bouwkunst en archeologie te behouden. Voor wijzigingen van een beschermd monument moet vergunning worden aangevraagd bij burgemeester en wethouders. In het plangebied zijn verschillende monumenten gelegen, waaronder enkele stolpboerderijen. In paragraaf 2.2.3 zijn de monumenten reeds beschreven.
Provinciale monumentenverordening
De provinciale monumentenverordening bevat de door de Gedeputeerde Staten van Noord-Holland aangewezen beschermde monumenten. Deze telt momenteel circa 550 monumenten. Voor het onderhoud of de restauratie van deze monumenten kan onder bepaalde voorwaarden subsidie worden verleend. Bij restauratiewerkzaamheden aan een erkend monument moet de eigenaar een vergunning aanvragen bij de provincie.
Gemeentelijke monumentenverordening
De gemeentelijke monumentenverordening is door de gemeenteraad van Bergen vastgesteld op 31 oktober 2006. De verordening bevat bepalingen ten aanzien van de aanwijzing van gebouwen tot gemeentelijk monument. Daarnaast bevat het een verbod op het beschadigen of vernielen van een gemeentelijk monument. Zonder een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag mag aan een gemeentelijk monument niets worden gewijzigd. De Commissie Cultuurhistorische Kwaliteit geeft een schriftelijk advies omtrent de omgevingsvergunningverlening.
Erfgoedverordening gemeente Bergen
De erfgoedverordening is door de gemeenteraad van Bergen vastgesteld op 15 december 2011. De verordening bevat bepalingen ten aanzien van de aanwijzing van gebouwen tot gemeentelijk monument. Daarnaast bevat het een verbod op het beschadigen of vernielen van een gemeentelijk monument. Zonder een vergunning van het college van burgemeester en wethouders mag aan een gemeentelijk monument niets worden gewijzigd.