direct naar inhoud van Artikel 24 Algemene gebruiksregels
Plan: Gershwin
Plannummer: W0902BPGST
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.W0902BPGST-OH01

Artikel 24 Algemene gebruiksregels

24.1 Algemene gebruiksregels
  • a. Het is verboden de gronden en bebouwing te gebruiken dan wel laten te gebruiken in strijd met de bestemming.
  • b. Onder verboden gebruik wordt in elk geval begrepen het gebruik, dan wel laten gebruiken van gronden en bebouwing ten dienste van:
    - inrichtingen en bedrijven die worden begrepen in art. 2.4 van het "Inrichtingen en vergunningenbesluit milieubeheer";
    - het gebruik van gronden en bebouwing ten behoeve van automatenhallen, seksinrichtingen, raam- resp. straatprostitutie en prostitutiebedrijven, telefoneerinrichtingen of belhuis, smartshops, geldwisselkantoren en moneytransferkantoren;
    - het gebruik van water en aangrenzende gronden ten behoeve van woonboten en andere vaartuigen.
  • c. Voor de functie detailhandel geldt dat, voorzover deze wordt uitgeoefend in de vorm van een supermarkt, er maximaal 2 supermarkten met een maximale vloeroppervlakte van 500 m2 pervestiging zijn toegestaan.
  • d. Voor de functie wonen geldt een maximaal aantal woningen van 1.520;
  • e. Ten aanzien van parkeren gelden de volgende bepalingen:
    • 1. parkeernorm voor de functies bedrijf, detailhandel, horeca I,horeca II, horeca III en horeca IV, consumentverzorgende dienstverlening, maatschappelijke dienstverlening, zakelijke dienstverlening, sport- en recreatieve voorzieningen, en creatieve functies : maximaal 1 parkeerplaats per 100 m2 bruto vloeroppervlak;
    • 2. parkeernorm horeca V: maximaal 1 parkeerplaats per hotelkamer;
    • 3. parkeernorm kantoren: maximaal 1 parkeerplaats per 250 m2 bruto vloeroppervlak;
    • 4. parkeernorm wonen: maximaal 1,00 parkeerplaats per woning;
    • 5. parkeernorm bezoekers woningen: maximaal 0,25 parkeerplaats per woning
    • 6. parkeernormen overig voorzieningen: maximaal 1 parkeerplaats per 100 m2 bruto vloeroppervlak.
  • f. Maatschappelijke voorzieningen zijn uitsluitend toegestaan voor zover het niet betreft: basisonderwijs, voortgezet onderwijs of overig onderwijs aan minderjarigen, kinderopvang, verzorgingstehuizen, verpleegtehuizen, bejaardentehuizen, psychiatrische inrichtingen, medische centra, poliklinieken en medische kleuterdagverblijven.
  • g. De functies als bedoeld in lid 1 van de artikelen 3 tot en met 21 zijn uitsluitend zijn toegestaan voor zover deze in de van deze regels deel uitmakende Staat van Inrichtingen vallen in milieuhindercategorie 1, 2 of 3.1;
  • h. Voor de onder g van dit lid genoemde functies geldt voorts dat deze, voor zover vallend onder milieuhindercategorie 3.1, uitsluitend zijn toegestaan voor zover:
    - de betreffende functie op grond van milieuhinderaspecten gevaar, geur en stof niet hoger scoort dan milieuhindercategorie 2;
    - de activiteiten niet tijdens de nachtperiode plaatsvinden;
    - de activiteiten hoofdzakelijk inpandig plaatsvinden;
    - de betreffende functie geen gemeenschappelijke muur of vloer/plafond hebben met een geluidsgevoelige functie;
  • i. Bebouwing waarvoor, voor zover gebruikt voor geluidgevoelige functies, in deze regels een dove gevel of vliesgevel is voorgeschreven, mag niet voor geluidgevoelige functies worden gebruikt als deze bebouwing zonder dovegevel of vliesgevel is gerealiseerd.
24.2 afwijking van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd af te wijken van:

  • a. het bepaalde in lid 24.1 onder g en h, met dien verstande dat het gebruik van gronden en bebouwing kan worden toegestaan ten behoeve van een functie die:
    • 1. niet in de 'Staat van Inrichtingen' voorkomt en niet meer milieuhinder veroorzaakt dan functies die vallen onder de toegestane categorieën;
    • 2. al dan niet na uitbreiding of wijziging valt onder één of meer categorieën hoger in de 'Staat van Inrichtingen' dan toegestaan, mits de desbetreffende functie niet meer milieuhinder veroorzaakt dan functies die vallen onder de toegestane categorieën.
  • b. het bepaalde in lid 24.1 onder f, met dien verstande dat binnen het bestemmingsvlak Wonen-3 een kinderdagverblijf kan worden toegestaan.