19.2 Bouwregels
19.2.1 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
a. een gebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
-
b. het bebouwingspercentage mag 100% bedragen, tenzij anders is aangegeven;
-
c. de goot- en bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' mag niet worden overschreden.
19.2.2 Bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:
-
a. per bestemmingsvlak mag maximaal één bedrijfswoning worden opgericht;
-
b. een bedrijfswoning mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
-
c. de goot- en bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' mag niet worden overschreden;
-
d. de inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 650 m³.
19.2.3 Bijgebouwen bij bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bijgebouwen bij bedrijfswoningen, gelden de volgende regels:
-
a. een bijgebouw bij een bedrijfswoning mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
-
b. bijgebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd bij vrijstaande/niet-inpandige bedrijfswoningen;
-
c. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen bij een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 60 m²;
-
d. de goot- en bouwhoogte van een bijgebouw mag maximaal 3 meter en 4,50 meter bedragen;
-
e. de dakhelling van een bijgebouw mag niet meer dan 60° bedragen. Deze contouren gelden voor ten minste twee dakvlakken.
19.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
-
a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel c.q. het verlengde daarvan niet meer dan 1 meter mag bedragen;
-
b. 6 meter voor palen en masten;
-
c. 3 meter voor lichtmasten en voor het overige.
19.2.5 Overige bouwregels
Voor zover gelegen buiten de bouwvlakken zijn de gronden uitsluitend bestemd voor tuinen, ontsluitingswegen, terreinverhardingen, terrassen en parkeerterrein.
19.4 Specifieke gebruiksregels
19.4.1 Gebruiksverbod
Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met deze bestemming.
19.4.2 Strijdig gebruik
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in lid 19.4.1, wordt in ieder geval gerekend:
-
a. het gebruik van onbebouwde gronden voor opslag van goederen met een hoogte van meer dan 2 meter;
-
b. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel;
-
c. het gebruik van gronden en bouwwerken als seksinrichting.