Plan: | Heukelomlob, Zuilen |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0344.BPHEUKELOMLOB-0601 |
In deze paragraaf wordt per bestemming uitgelegd wat de achtergrond is van een bepaalde bestemming.
De bestemming 'Gemengd' geldt voor Huize Daelwijck en maakt het mogelijk het gebouw voor horeca- en woonfuncties te gebruiken. De huidige functie van Huize Daelwijck blijft daarmee onveranderd.
Deze bestemming is van toepassing op het grootste deel van de openbare ruimte in het plangebied. Het is een flexibile bestemming die onder andere het gebruik ten behoeve van groen, speelvoorzieningen, recreatie, fiets- en voetpaden toestaat. Uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde kunnen op deze gronden worden gebouwd. Ter plaatse van de specifieke aanduiding zijn balkons ten behoeve van de aangrenzemde bestemmingen (Wonen en Maatschappelijk) toegestaan. De balkons zijn niet dieper dan 2 meter en hebben een vrije hoogte van 3,5 meter.
De Springertuin krijgt een tuinbestemming. Dit biedt voldoende bescherming ter behoud van deze historische tuin, maar ook de nodige flexibiliteit. Ook doet deze bestemming recht aan de tuin die deels siertuin en deels moestuin is van oorsprong. In de tuin is het mogelijk om in beperkte mate bijgebouwen te plaatsen. Hierbij wordt gedacht aan een schuur, een kas en/of een bijenstal. In de regels is opgenomen dat burgemeester en wethouders nadere eisen kunnen stellen aan de positie van de bijgebouwen in de tuin. Het stellen van nadere eisen is mogelijk op basis van artikel 3.6 lid 1 onder d van Wro. Het stellen van nadere eisen kan betrekking hebben op een heel scala van onderwerpen als er aanleiding is of behoefte bestaat om specifieke ruimtelijke belangen op een juiste manier af te stemmen. In dit geval is de regel opgenomen om de cultuurhistorische waarde van de tuin te respecteren. Bij het stellen van deze nadere eisen wordt gekeken naar de oorspronkelijke aanleg en cultuurhistorische karakteristieken van de tuin.
Op het gebouw van de Lieven de Key-locatie ligt de bestemming 'Maatschappelijk'. In dit complex komen maatschappelijke voorzieningen. Een deel van het gebouw aan de zijde van de groene lob is ook bestemd voor woonfuncties en is daarom voorzien van de aanduiding 'gemengd', zodat zowel maatschappelijke voorzieningen als wonen mogelijk is.
De doorgaande weg (Burgemeester Norbruislaan) wordt bestemd tot 'Verkeer'.
Artikel 8 Verkeer - Verblijfsgebied
De overige wegen, stoepen, parkeervoorzieningen en bermen hebben deze bestemming gekregen. Ook het nieuw aan te leggen plein tussen de Lieven de Key-locatie en de Parklocatie is als zodanig bestemd. Binnen deze bestemming zijn ook groen-, speel- en nutsvoorzieningen mogelijk.
Het deel van de rivier De Vecht dat in het plangebied is opgenomen is bestemd voor 'Water'.
Zowel de Parklocatie als de Vechtlocatie zijn bestemd voor 'Wonen'. Om de niet-woonfuncties in de plint op de Vechtlocatie te waarborgen, is een nadere aanduiding 'gemengd' opgenomen. Op grond van deze aanduiding zijn horecafuncties en bedrijven mogelijk en worden woningen uitgesloten. Bedrijven zijn toegestaan in categorie A en B1. Ten aanzien van horeca is categorie C en D (cafetaria, snackbar, restaurant, lunchroom, ijssalons) mogelijk. Café of disco is niet toegestaan. Ook zijn maatschappelijke voorzieningen, dienstverlening, sport en ateliers mogelijk.
Om in de toekomst op eventuele gewijzigde martkomstandigheden in te spelen is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen waarmee de nadere aanduiding (gedeeltelijk) opgeheven kan worden zodat in de plint alsnog woningen kunnen worden toegestaan.
Artikel 11 Waarde - Archeologie
De dubbelbestemming Waarde - Archeologie is opgenomen ter veiligstelling en bescherming van de archeologische waarde en verwachtingen. Door de daarin opgenomen specifieke gebruiksbepaling waarin wordt verwezen naar de Verordening op de Archeologische Monumentenzorg is een handelen in strijd met het bestemmingsplan een strafbaar feit.
Artikel 12 Waterstaat - Waterkering
Deze bestemming is op verzoek van de waterbeheerder opgenomen voor de gronden met een waterkerende functie, grenzend aan de Vecht en het Amsterdam-Rijnkanaal.
Geluidsonderzoek wijst uit dat er in het plangebied als gevolg van het (rail)verkeer en industrie een overschrijding van de voorkeursgrenswaarde uit de Wet geluidhinder zal zijn. Hiervoor wordt een besluit hogere waarde afgegeven. Er mogen uitsluitend geluidgevoelige bestemmingen worden opgericht indien het bouwplan in overeenstemming is met de Wet geluidhinder of met de ontheffing Hogere waarde.
Artikel 14 Antidubbeltelbepaling
Deze bepaling is opgenomen om te voorkomen dat een stuk grond dat al eens was betrokken bij het verlenen van een omgevingsvergunning bouwen bij de beoordeling van latere bouwplannen nogmaals wordt betrokken.
Artikel 15 Algemene bouwregels
In de bouwverordening zijn ook voorschriften opgenomen. Het bestemmingsplan gaat vóór deze bepalingen, maar in dit artikel is bepaald welke voorschriften uit de bouwverordening naast het bestemmingsplan van kracht blijven. Het gaat daarbij om voorschriften van stedenbouwkundige aard, zoals de bereikbaarheid van bouwwerken van wegverkeer en brandblus-voorzieningen, bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten, de ruimte tussen bouwwerken en parkeergelegenheid bij gebouwen. Daarnaast regelt dit artikel de mogelijkheid voor (beperkte) overschrijdingen van bebouwingsgrenzen die op de kaart zijn aangegeven.
Artikel 16 Algemene gebruiksregels
De Wro bevat een algemeen verbod om de gronden en bebouwing in strijd met het bestemmingsplan te gebruiken. Een algemeen gebruiksverbod hoeft derhalve niet meer in de planregels te worden opgenomen. Het is wel mogelijk om in het bestemmingsplan aan te geven wat onder verboden gebruik in ieder geval wordt verstaan. In dit artikel is opgenomen dat onder verboden gebruik wordt verstaan: onbebouwde gronden te gebruiken als staanplaats voor onderkomens als opslagplaats voor onklare voer-, vlieg- en vaartuigen of onderdelen daarvan of als stortplaats voor puin en afvalstoffen.
Artikel 17 Algemene afwijkingsregels
Dit artikel regelt afwijkingsmogelijkheden voor het college van burgemeester en wethouders. Dit heeft primair tot doel enige flexibiliteit in de regels aan te brengen. Ze kunnen worden toegepast als er niet op grond van de bestemmingsregelingen in hoofdstuk 2 al afgeweken kan worden. Het gaat dan om een afwijking van maten, afmetingen en percentages, het plaatsen van objecten van beeldende kunst, het realiseren van kleine nutsgebouwtjes.
De overgangs- en slotbepalingen van hoofdstuk 4 bevatten de onderstaande 3 bepalingen.
In het nieuwe Besluit op de ruimtelijke ordening is overgangsrecht opgenomen dat in elk bestemmingsplan moet worden overgenomen. Indien de in het plan opgenomen regels voor wat betreft gebruik of bebouwing, afwijken van een bestaande legale situatie, dan zijn daarop de overgangsbepalingen van toepassing. De overgangsbepaling heeft tot doel bestaande belangen te respecteren totdat realisering van de nieuwe regels plaatsvindt. Voor bouwwerken die onder het overgangsrecht vallen, is bepaald dat deze gedeeltelijk mogen worden vernieuwd of veranderd, mits de bestaande afwijking niet wordt vergroot. Gehele vernieuwing is in principe uitgesloten, waaronder ook gefaseerde vernieuwing van een bouwwerk wordt verstaan. Het doel van het overgangsrecht is dat het bestaande bouwwerk in de bestaande staat in stand mag worden gehouden. Uitsluitend na het tenietgaan van het bouwwerk door een calamiteit, waarmee onder andere brand of extreme weersomstandigheden wordt bedoeld, is onder voorwaarden gehele vernieuwing toegestaan.
Vergunningplichtige bouwwerken die zonder vergunning zijn opgericht, kunnen door overgangsrecht niet gelegaliseerd worden. Bouwen zonder vergunning is immers een overtreding van de Woningwet die niet door een regeling in een bestemmingsplan ongedaan kan worden gemaakt. Wel kan met een beroep op het overgangsrecht een aanvraag worden ingediend voor de verbouw van een illegaal bouwwerk. Om te voorkomen dat een dergelijke aanvraag moet worden gehonoreerd, is in de overgangsbepaling van dit plan opgenomen dat deze slechts van toepassing is op legale bouwwerken. Voor het gebruik dat onder het overgangsrecht valt, is bepaald dat dat gebruik mag worden voortgezet. Het gebruik mag eveneens worden gewijzigd, voor zover de afwijking ten opzichte van het toegestane gebruik niet vergroot wordt. Hiervoor is reeds aangegeven dat illegale bouwwerken niet gelegaliseerd kunnen worden door overgangsrecht. Voor gebruik is dat in principe wel mogelijk maar vanuit het oogpunt van handhaving ongewenst. Gezien het voorgaande is in de overgangsbepaling opgenomen dat het gebruik, dat reeds in strijd was met het voorheen geldende plan, van het overgangsrecht is uitgesloten. Ook na het van kracht worden van dit plan kan dus nog met succes handhavend worden opgetreden tegen gebruik dat reeds in strijd was met het voorgaande bestemmingsplan. Dit laatste is uiteraard mede afhankelijk van andere aspecten, waaronder de vraag of het strijdige gebruik reeds zolang plaatsvindt dat de gemeente haar rechten heeft verwerkt.
In dit artikel is de naam van het bestemmingsplan, de citeertitel, omschreven.
Prostitutie
In het plangebied van dit bestemmingsplan zijn geen seksinrichtingen gevestigd met een vergunning op basis van de APV. Gezien het in Utrecht gehanteerde maximumstelsel zijn nieuwe seksinrichtingen niet toegestaan en zijn uitgesloten in de gebruiksbepaling en in de begripsbepaling "aan huis verbonden beroep en bedrijf". Gelet op het binnen de gemeente gehanteerde maximumstelsel betekent de regeling in dit bestemmingsplan geen algeheel verbod, maar wel een verbod op seksinrichtingen binnen dit plangebied.